maandag in week 26 door het jaar
Johannes sprak: ‘Meester, we hebben iemand gezien die in uw naam demonen uitdreef en we hebben geprobeerd hem dat te beletten, omdat hij U niet samen met ons volgt.’ Jezus zei tegen hem: ‘Verhinder het niet! Want wie niet tegen jullie is, is voor jullie.' We zijn 1950, ergens in een Vlaams-Brabants dorp. De dokter kwam te overlijden. De man was zeer geliefd en graag gezien. Dag en nacht stond hij voor z'n patiënten klaar. Er mankeerde maar één ding aan hem: hij was niet katholiek, hij geloofde nergens in. De mensen in het dorp treurden en zeiden: zo'n goeie mens, wat verschrikkelijk toch dat hij niet in de hemel kan komen. Maar de oude pastoor, een wijs man, ergens zijn tijd ver vooruit, zei: maak je maar geen zorgen: onze dokter zit vast en zeker heel hoog in de hemel. Hij droeg wel niet de naam van Jezus, maar Jezus heeft ongetwijfeld zichzelf in hem herkend.