Posts

Posts uit november, 2023 tonen

vrijdag in week 34 door het jaar

HOOP ALS ENGAGEMENT (Bij Lc 21, 29-31) Ik denk dat we mogen zeggen dat de winter zijn intrede heeft gedaan. Hier in onze streken flirten zowel de nacht- als de dagtemperaturen met de nul graden. In de vroege ochtend zie je op gras en weilanden dat broos wit vriestapijtje. Nu buiten lopen doet de bodem kraken. Heerlijk geluid. Wat merkwaardig is, is dat bij het begin van de winter, bij de eerste echte koude, de bomen reeds in bot staan. Als je goed naar de takken van de bomen kijkt - Jezus maakt er in het evangelie van vandaag een allusie naar - zie je dat er reeds botten aanwezig zijn. Ze komen uiteraard nog niet uit; ze zouden kapot vriezen. Maar iets zegt: na deze winter komt er opnieuw een lente, en wij - bomen - zijn daar klaar voor en werken er nu reeds aan mee. In die zin zijn bomen een teken van een naderende lente. En zo was het ook met de tekens die Jezus stelde. Wat Hij deed verwees naar het komende Rijk: zowel in zijn persoon alsook kijkende naar de eeuwigheid. Je zou kunn

30 nov - Andreas

GEROEPEN DOOR ZIJN WOORD (Bij het feest van Andreas) Vandaag feest. Elke apostel heeft z’n feestdag, dus ook Andreas. Andreas was een enthousiast volgeling van de Heer die, zo lezen we in het evangelie van vandaag, bereid was haven en goed achter te laten om de Heer te volgen nadat Hij hem riep. En eigenlijk is het mooi, om bij de aankomende advent, na te denken over onze eigen roeping, hoe we deze ontvangen en dragen, om vervolgens te baren doorheen ons ja-woord. Vaak zeggen mensen tegen elkaar: 'Je moet doen wat je voor jezelf het beste vindt, als je maar gelukkig bent'. Men zegt dit over het algemeen goed bedoeld, maar het heeft een heidens ondertoontje. Een christen zou veeleer moeten zeggen: 'Je zou moeten trachten te weten te komen wat God met je leven wil, en dát trachten te doen.' Dát is evangelie. Het is de Heer die roept. We roepen niet onszelf, we roepen ook niet anderen. Het is de Heer die roept en Hij alleen. Het kan natuurlijk zijn dat Hij mensen gebruik

woensdag in week 34 door het jaar

WIJSHEID ALS GAVE (Bij Lc 21, 14-15) Wanneer we ons op geloofsvlak bedreigd voelen, hebben we al vlug de neiging om ons te gaan verdedigen, alsof de Heer zelf bedreigd wordt. Uit liefde willen we het dan voor Hem opnemen. Willen 'we'... En daar gaan we dikwijls de fout in. 'We' willen het doen. En Jezus dan? Krijgt Hij nog ruimte om te spreken, te handelen? We eigenen ons de verdediging toe, nemen het zelf in handen, eisen zelfs het recht op. Jezus is duidelijk: 'Bedenk wel dat jullie je verdediging niet moeten voorbereiden. Want Ik zal jullie woorden van wijsheid schenken die door geen van je tegenstanders kunnen worden weerstaan of weersproken.' De wijsheid waar Jezus hier over spreekt is de wijsheid van God, de wijsheid van de Geest; een wijsheid als gave. Wat moeten we ons bij deze gave voorstellen? De Geest, als gave, zal ons richting geven. Hij zal ons stuwen weg van dat ik dat leeft en spreekt los van de Heer. De Geest zal ons losweken van het

dinsdag in week 34 door het jaar

DE TEMPEL DIE WE ZELF ZIJN (Bij Lc 21,5-11) Beste mensen, de tempel in Jeruzalem was het centrum van het religieuze leven. Vast zijn de leerlingen van Jezus, samen met Hem in die tempel geweest. Het was de hernieuwde tempel nadat de eerste die Salomo liet bouwen, verwoest was. Deze nieuwe tempel was evenals die van Salomo, een toonbeeld van schoonheid. Er was zeer veel te bewonderen. Kijkend naar de prachtige stenen en wijgeschenken maakt Jezus een opmerking waarvan de leerlingen wel schrikken: Wat jullie hier zien, er zullen dagen komen waarop geen steen op de andere zal blijven; alles zal worden afgebroken. Daar willen Jezus’ leerlingen meer over weten, namelijk wanneer het zou gebeuren en aan welk teken dit te herkennen zou zijn. Jezus noemt geen tijd, maar waarschuwt wel voor de enorme verwarring, waarin je niet iedereen die in Jezus’ naam iets beweert kunt vertrouwen. En ook voorbijgaande verschijnselen, zoals oorlog, hongersnood, paniek, opstand van het ene volk tegen het ander

maandag in week 34 door het jaar

ZELFGAVE (Bij Lc 21, 1-4) Op het eerste zicht legt Jezus vandaag de lat van het evangelie weer bijzonder hoog; haast onmenselijk hoog. Is het nu echt de bedoeling dat wij, zoals de arme weduwe, álles geven van ons bezit aan de armen? Dus niet een beetje zoals we dat doorgaans doen (áls we het al doen), maar werkelijk álles. Het zou natuurlijk mooi zijn moesten we véél meer geven aan de armen dan dat we dat nu doen. De Kerk zou een mooie getuigenis zijn wat betreft haar keuze voor, en haar vriendschap met, de armen. Onze genegenheid voor de armen zou eigenlijk een evidentie moeten zijn. Wanneer we dit laatste niet doen zouden we ons eerlijk de vraag moeten stellen wie hier de échte armen zijn. Maar het evangelie van vandaag vraagt ook een diepere bezinning. Want álles geven van wat we hebben reikt verder dan het geven van geld of goederen aan de armen. Het gaat erover in welke mate we ons geven aan Christus. Geldt ook hier dat we maar een deeltje geven van wie we zijn? Of zijn we ber

Christus Koning - A

KEUZE (Bij Mt 25, 31-46) Heel veel van wat er gebeurt in de wereld en in ons eigen leven hebben we niet in de hand. Veel wordt voor ons beslist, en er bestaat ook zoiets als het 'lot des levens'. Doch over één zaak kunnen we wél beslissen; héél persoonlijk zelfs. Namelijk: liefhebben of niet liefhebben. Op dit laatste zullen we ooit aangesproken worden, en wel door God zelf: 'Heb je liefgehad in je leven? Met wat ben je bezig geweest? Heb je Mij in de naaste gezien als degene die bedelde naar liefde? Ik heb je er zo vaak over gesproken ...' Geliefde mensen, in ons leven komt het erop aan te kiezen: kies ik voor de liefde, of kies ik puur voor mezelf los van de liefde voor de naaste? Daar gaat het om. En laten we daar, in de stilte van het gebed, waar we in de Geest naar binnen kijken, gewoon heel eerlijk op antwoorden. En laten we dit doen met het evangelie van vandaag: Heb je Mij gezien toen Ik honger en dorst had? En heb je Mij te eten en te drinken gegeven? Heb j

zaterdag in week 33 door het jaar

GOD VAN LEVENDEN (bij Lc 20, 27-40) Beste mensen, vandaag stellen de sadduceeën Jezus op een unieke wijze op de proef. Daar hebben ze een slim plan voor bedacht. Zij geloven niet in de verrijzenis van de doden. Hun lastige vraag is het tegenovergestelde van hetgeen hun eigen opvattingen over leven na de dood zijn. Toch vragen ze aan wie de gestorven vrouw voortaan toebehoort, aan welke van de zeven echtgenoten die de vrouw heeft gehad. Wat zal deze rabbi daarop gaan antwoorden? Zijn eerste antwoord komt erop neer dat er een totaal andere wereld is als je gestorven bent en waardig bevonden bent deel te krijgen aan de komende wereld en de opstanding van de doden … Je kunt het leven na het sterven niet vergelijken met ons aardse leven waar wel getrouwd en uitgehuwelijkt wordt. Totaal kinderen van God te mogen zijn, zonder belemmeringen moet wel een ‘hemel’ zijn. Het antwoord van Jezus wordt nog krachtiger als Hij, die de Schrift heel goed kent, een tekst aanhaalt uit Exodus, hoofdstuk

vrijdag in week 33 door het jaar

HEILIGE VERONTWAARDIGING (Bij Lc 9, 45-46) Jezus ging naar de tempel, waar Hij de handelaars begon weg te jagen, terwijl Hij hun toevoegde: ‘Er staat geschreven: "Mijn huis moet een huis van gebed zijn, maar jullie hebben er een rovershol van gemaakt!"’ Vandaag horen we Jezus die kritiek geeft met geen mis te verstane woorden en gebaren. We kennen het verhaal, we weten waarover het gaat: over plaatsen om te bidden, én over de gemeenschap als tempel van de heilige Geest. In het verleden zijn er nog mensen geweest die met kritiek voor de dag kwamen; heilige mensen. Zo kennen we bijvoorbeeld Catharina van Sienna, een dominicanes uit de veertiende eeuw. Ze trad vanuit haar mystieke bewogenheid onverbloemd 'kerkreinigend' op. Ze wordt genoemd 'de vrouw die niet zweeg in de Kerk'. Vanuit haar intens grote liefde voor de Kerk als heilige plaats van Gods aanwezigheid uitte zij met regelmaat sterke kritiek, ook op paus en kardinalen. Haar kritiek was een soort '

donderdag in week 33 door het jaar

TOT ONDER HET KRUIS Jezus naderde Jeruzalem. In de naam Jeruzalem zit het woord 'sjaloom': 'stad van vrede'. Over deze stad van vrede huilde Hij. Hij zag het drama, de hardnekkige blindheid van het volk, het zich halsstarrig verzetten tegen Gods ontferming. Het gaat hier niet over emotionele tranen van een kortstondige droefheid; het gaat hier over een fundamentele vaststelling dat mensen aan wie God zich in vlees en bloed gegeven heeft zich afsluiten voor deze gave. Het is de pijn van God waar mensen zich de rug toekeren naar Hem. Vandaag roept men nog, met velen 'Hosanna!'. Morgen, onder het kruis, zijn nog maar enkele getrouwen aanwezig. Hoe staat dat met ons? Want Jezus staat ook voor ons hart, het 'nieuwe Jeruzalem', de 'nieuwe stad van vrede', waar Hij wil binnentreden. Laten we toe dat Hij ook hier huilt door een hart dat zich sluit voor Hem? Of mag Hij zich te gast weten diep in onszelf, waar Hij welkom is als Zoon van God waaraan wij

woensdag in week 33 door het jaar

LEVEN VOOR DE ANDER (Bij Lc 19, 11-28) Ieder mens op deze wereldbol, dus ook u en ik, is een uniek wezen. We kunnen op elkaar lijken, maar in wezen zijn we allen verschillend van elkaar. Al was het maar doordat we allemaal een eigen lichaam hebben, een eigen persoonlijkheid, een eigen karakter. Veel hebben we meegekregen met onze genen, van onze ouders zoals zij van hun ouders. Veel van wat we zijn is bepaald of gevormd door de plek waar we geboren zijn op deze wereld (cultuur), door onze opvoeding thuis of elders, door zaken die we meegemaakt hebben. Je zou kunnen stellen: heel veel van wat of wie we zijn is beïnvloed geworden door zaken die ons overkomen zijn, en waar we als persoon dikwijls geen, of weinig, keuze in hadden. Anderzijds is het zo dat ieder van ons een autonomie in zich draagt; een autonomie die zich versterkt naarmate we volwassen worden. Als volwassenen (in wording) worden we zelfstandig, en in zekere zin onafhankelijk van elkaar, van regimes, of van wat dan ook. W

21 nov - Maria Opdracht

GOD HEEFT AAN ZIJN VOLK GEDACHT (bij Zach 2, 14-17) Beste mensen, vandaag wordt de gedachtenis gevierd van de opdracht van Maria in de tempel te Jeruzalem. Het verhaal staat niet in de Bijbel. Het komt voor in het apocriefe Proto-Evangelie van de apostel Jacobus. In de Oosterse Kerk is het een van de twaalf grote feesten. In het westen wordt het feest niet overal gevierd. Jezus zelf maakte vaak van verhalen gebruik, gaf in zekere zin voorbeelden van hoe een boodschap overgebracht kon worden. Dit regelmatig zonder historische achtergrond. Zo wordt er vandaag gevierd dat Maria als driejarig meisje door haar ouders, Joachim en Anna, naar de tempel in Jeruzalem wordt gebracht. Joachim en Anna hadden lang moeten wachten voordat Anna eindelijk op wonderbare wijze een kind verwachtte. De ouders wilden hun dankbaarheid uitdrukken door het kind als tempelmaagd tot haar twaalfde jaar af te staan om als jong meisje dienstbaar te zijn aan de priesters en levieten. Wij kunnen ons daarvan waarschi

maandag in week 33 door het jaar

OVER GELOOF DAT REDT (Bij Lc 18, 35-43) De blinde bedelaar bleef naar Jezus roepen, zelfs nog luider dan voordien, nadat degenen die voorop liepen hem berispten en vroegen of hij zou zwijgen. Nadat degenen die voorop liepen hem beripsten ... zo staat er. Het zijn geen echte volgelingen van Jezus. Ze lopen voor Jezus uit, denkend Hem in hart en nieren te kennen en te begrijpen. In werkelijkheid zijn het zieke fanatici, mensen die enkel zichzelf volgen, denkend de liefde te dienen. Ze hebben niet enkel een grote mond, maar trachten zelfs hen die nederig roepen de mond te snoeren. Je komt hen overal tegen, in alle tijden. Lastige, en zelfs soms gevaarlijke, medegelovigen. Ze trekken vaak mensen mee in hun oppervlakkig enthousiasme, blind als ze zijn en daardoor niet bereid zijnde de diepte in te gaan. Zij verrichten dikwijls meer kwaad dan goed. Maar ondanks hun lastigheid blijft onze blinde bedelaar roepen. Hij doet dit van binnenuit, omdat hij aanvoelt dat de Heer is wie Hij is en da

zondag 33 door het jaar - A

OVER DE VREUGDE VAN HET GEVEN (bij Mat 25, 14-30) Onderstaande overweging is ontleend aan Vincenzo Paglia uit 'Het Woord van God elke dag - 2023', uitgegeven bij Halewijn/Sant'Egidio Vandaag, zondag 19 november, zijn wij verenigd met alle kerken over de hele wereld die de Werelddag van de Armen vieren. Door het feest van vandaag in te stellen heeft paus Franciscus de plaats die de armen in het leven van de Kerk innemen duidelijk willen maken. Hen centraal stellen is de kern van het Evangelie. We kunnen onze liefde voor de armen vergelijken met de talenten waarover gesproken wordt in het Evangelie dat we vandaag lezen. De werken van barmhartigheid - die de evangelist Matteüs in de passage na die van vandaag in herinnering brengt - zijn de talenten die de Heer aan zijn gemeenschappen toevertrouwt, zoals Hij ze aan die dienaren in de parabel had toevertrouwd. Door de geschiedenis heen, tot aan zijn wederkomst, worden de gemeenschappen opgeroepen om die talenten te laten ren

zaterdag in week 32 door het jaar

BIDDEN, NIET OPGEVEN! (bij Lc 18, 1-8) Beste mensen, het evangelie van vandaag volgt op woorden die Jezus vertelt over de moeilijke gebeurtenissen die vooraf zullen gaan aan de komst van het koninkrijk. In die tijd lopen de spanningen hoog op, zelfs tussen mensen die in één gezin wonen. Jezus dringt erop aan om altijd te bidden. Zoals Hij dat gewend is, vertelt Hij er een verhaaltje bij. Deze keer over een weduwe. In die tijd wordt er niet zorgvuldig met de rechten van weduwen omgegaan. Ook niet alle rechters, waarvan je bij moeilijkheden zou verwachten dat ze hun beroep naar waarheid goed uitoefenen, handelen zeker niet altijd gewetensvol. Zo ook in het voorbeeld wat Jezus geeft. Al aan het begin van het verhaal lezen we: Er was eens een rechter in een stad die voor God geen ontzag had en zich van de mensen niets aantrok. Even verder in het verhaal komt een weduwe bij de rechter. Het is niet de eerste keer, ze ging steeds weer naar hem toe, lezen we. De vrouw weet dat ze in haar re

vrijdag in week 32 door het jaar

IK BEN BEREID, HEER (bij Lc 17, 26-37) Heel veel energie wordt gestoken in het bouwen van zekerheden. Op zich hoeft dat niet slecht te zijn. Een mens moet zijn leven organiseren, men heeft verantwoordelijkheden naar anderen, men verzorgt de woonst, enzovoort. Des mensen. Het gevaar bestaat er echter in dat we ons leven zó gaan organiseren, dat de ware bedoeling van het  leven op de achtergrond dreigt te raken. En, zo zegt het evangelie: dat we niet klaar zullen zijn wanneer we sterven. De dood kan inderdaad komen als een dief in de nacht. Natuurlijk wensen we ieder een lang en gezond leven toe, maar het kan vandaag gebeuren. Bij u, bij mij, bij ieder van ons. Heel wat jaren terug was ik in een supermarkt, en aanschuivend aan de kassa viel een relatief jonge man gewoon dood. Zo ineens kan het gaan. Kardinaal Danneels zei ooit dat we zo zouden moeten leven alsof deze dag onze laatste dag is; gelovig, bereid, klaar. En dat hoeft in wezen geen sombere gedachte te zijn, integendeel. Wij

donderdag in week 32 door het jaar

GODS KONINKRIJK IN EN ONDER ONS (Bij Lc 17, 20-21) 'Het koninkrijk van God ligt binnen uw bereik', zegt Jezus ons vandaag. Misschien stel je jezelf wel eens de vraag: 'Hoe en waar kan ik God beminnen, en dienen, op dit moment?'. Het antwoord is eigenlijk heel eenvoudig: Op de plek waar je je die vraag stelt moet het gebeuren. Of je nu thuis bent - al dan niet alleen -, nog in je bed, aan het ontbijt, op je werk, op school, onderweg, ... Waar dan ook en onder welke omstandigheid ... de plek waar je nu bent is voor jou nu het Rijk Gods, dat 'binnen uw bereik' ligt, en waar je God en medemens kan dienen. Zelfs als je alleen thuis bent, bezig in het huishouden, een boek lezend, studerend of je tijd gevend aan ontspanning, op elk moment mogen wij leven in diepe verbinding met de heilige Geest die in ons is en ons in Christus zal brengen. Het is leven in een gebedshouding die Paulus verwoordt als 'bidden zonder ophouden'. Uiteraard beredeneer je dit niet al

woensdag in week 32 door het jaar

EEN LIED VAN DANKBAARHEID (bij Lc 17, 11-19) Alle tien werden door Jezus gereinigd. Slechts één kwam terug om God eer te bewijzen, om Hem te danken. Jezus weet heel goed, meer dan wij dat van onszelf weten, hoezeer wij genezing nodig hebben. Allen dragen we immers dingen in ons die - door welke oorzaak ook - onze relatie met Hem, en dus met de liefde, in de weg staan. Op velerlei wijze raakt Hij ons dan ook aan om ons te genezen. Soms zijn we ons bewust van deze aanrakingen, soms ook niet. Als je je leven aandachtig overschouwt zul je zeker van die momenten kunnen aanwijzen waar de Heer je heeft aangeraakt, waar Jezus genezend aanwezig was. Een innerlijk verlangen naar gebed, een biechtervaring, een goed gesprek, een gebeuren van verzoening, een omarming van iemand, een bedelaar aan de deur van de kerk, een lezing uit de Schrift, een inzicht je leven te wijzigen, een boek dat je gegrepen heeft, een film die je geraakt heeft, ... In al die aanrakingen komt Hij naar je toe; reinigend

dinsdag in week 32 door het jaar

DIENEN, OM NIET (Bij Lc 17, 7-10) In het evangelie van vandaag komen we de moeilijkheid tegen dat de verhoudingen tussen ‘een heer en zijn dienaar’ nu zodanig veranderd zijn dat we het verhaal niet meteen herkennen. Toch misschien wel, want, ondanks het feit dat de wereld en de verhoudingen drastisch veranderd zijn, kunnen we, bij meditatieve benadering, op een diepere laag komen die geldt voor alle tijden. Het verhaal handelt over dienen zonder er iets voor terug te krijgen. Die knecht, in eerdere vertalingen slaaf genoemd, was ‘bezit’ van de heer. Hij moest doen wat de heer zei. Punt. Stel dat het een knecht was uit deze tijd, dan zou hij een baan hebben waarvoor hij betaald zou worden. Afhankelijk van de mentaliteit van de ‘heer’ zou hij zijn werk met plezier of met tegenzin kunnen uitvoeren, ‘om den brode’. Geld verdienen om te kunnen leven. Dat onderscheid wordt er niet direct gemaakt in dit stukje van het evangelie. Wat kan er met ‘dienen’ bedoeld zijn? Zeker meer dan blinde g

maandag in week 32 door het jaar

UITNODIGING TOT MEER GELOOF De leerlingen vroegen aan de Heer: 'Geef ons meer geloof' . Zo lezen we vandaag. Meer geloof... Kun je dan een beetje geloven, meer of minder? Schijnbaar dus wel. Elders zegt Jezus: 'Jullie kleingelovigen '. Kleingelovig is men wanneer men gelooft, maar aan het geloof eigen grenzen stelt. Men wil wel meegaan in het verhaal van Jezus, men wil Jezus wel als Vriend in het hart dragen, maar altijd en overal doen wat het evangelie vraagt ... Nee, da's teveel gevraagd. Eigen grenzen dus. Je zou zo iemand ook een gelegenheidsgelovige kunnen noemen, of zoiets. Wat is een gelovige dan wel? Gelovig is men wanneer men zich ten volle geeft aan de Heer, en bereid is de weg te gaan die de Heer in jou wil gaan. Niet als eigen prestatie, maar als een gevolg van het zich toevertrouwen aan het waaien van de Geest. In het evangelie van vandaag gaat het over vergeven. Jezus is heel duidelijk: áltijd vergeven, punt. Niet enkel in sommige gevallen, binnen

zondag 32 door het jaar A

OVER HET BELANG VAN WAKKER TE LEVEN (Bij Mt 25, 1-13) Onderstaande overweging is ontleend aan Preken.be (auteur stond niet aangegeven) Het overkomt mij nogal eens dat ik boodschappen heb gedaan en dan bij thuiskomst merk dat ik iets vergeten ben. Soms kan het een week wachten, soms moet ik terug naar de winkel. Maar ja, wie zijn hoofd niet gebruikt moet zijn benen maar wat meer gebruiken. In de winkel zie ik vaak mensen lopen met een boodschappenlijstje en dan denk ik: dat moet ik ook gaan doen, dat is verstandig. Maar een week later ben ik dat toch weer vergeten. Iets vergeten bij het boodschappen doen kan best eens lastig zijn maar het is geen ramp, het is meestal wel op te lossen. Als je echter mensen gaat vergeten, dan ligt het wat anders. Ik was laatst de verjaardag van mijn schoonzus vergeten, dat was niet netjes van me, maar ze heeft het me vergeven. Maar als een man de verjaardag van zijn vrouw vergeet, dan is dat heel erg. Daar heb ik persoonlijk geen last van, maar mensen

zaterdag in week 31 door het jaar

HET LANG VERZWEGEN GEHEIM (Bij Rom 16,3-9.16.22-27) Beste mensen, vandaag een tekst uit het slot van het laatste hoofdstuk van Paulus’ brief aan de Romeinen. Hij brengt daarin aan een hele rij mensen, waarvan we veel namen nooit eerder gehoord hebben, zijn groeten over. Het is zijn plan om de christenen in Rome op te zoeken en schrijft daarom een brief, die veel meer bevat dan de groeten. Als je over de lijst met groeten eventueel snel heen zou lezen, is het interessant om extra stil te staan bij de laatste drie verzen van de hele brief (25-27). Het is één superlange zin waarin hij iets over zijn werk, tot nu toe, samenvat in een lofprijzing. Ik heb de zin in stukjes verdeeld om de draad niet kwijt te raken (en nog een klein deeltje overgeslagen): Aan Hem die bij machte is u kracht te geven, overeenkomstig het evangelie van Jezus Christus dat ik verkondig, overeenkomstig de onthulling van het geheim waarover eeuwenlang gezwegen is, maar dat nu is geopenbaard … en bij alle volken bek

vrijdag in week 31 door het jaar

 CREATIEF (Bij Lc 16, 1-8) Jezus roept op om een voorbeeld te nemen aan de slimheid van hen die alles en allen misbruiken om hun eigen ego te strelen. En dan gaat het natuurlijk niet om wat zij doen, maar wel om de wijze waarop zij hun ding doen: slim, vastberaden, creatief, ervoor gaan, zich gevend aan de zaak. Het is uit je comfortzone treden, kiezen om Kerk te zijn, vastberaden en verstandig, geen cocooning, maar als christen de wereld omarmen, met een bijzondere genegenheid voor wat verloren dreigt te lopen; naar het voorbeeld van Jezus, die niet gekomen is voor de zieke maar voor de zondaar. Het is oog en hart hebben voor het broze in de wereld, in ieder ander, ook in jezelf. Het is leven in een voortdurende houding de ander de voeten te willen wassen. Laat de medemens (iedere medemens, zonder enig onderscheid) de zin zijn van je bestaan, als een oproep van God uit om zijn liefde te bezingen. Kom mensen, laten we als Kerk creatief in het leven staan, ons hele zijn gevend aan

9 nov - Kerkwijdingsfeest van de Lateraanse basiliek

TOEGEWIJD AAN DE HEER Onderstaande overweging is van de hand van Vincenzo Paglia, voorzitter van de Pauselijke Academie voor het Leven en spiritueel raadgever van de Gemeenschap van Sant'Egidio, ontleend aan het boek 'Het Woord van God elke dag - 2023', uitgegeven bij Halewijn/Sant'Egidio. Vandaag viert de Kerk het feest van de wijding van de basiliek van de heilige Johannes de Doper en de heilige Johannes de evangelist in Lateranen, in Rome, die ook wel 'moeder van alle kerker ter wereld' wordt genoemd. Het feest voert ons terug naar de oorsprong van de Kerk en herinnert ons aan de waarde en de zin van elk heiligdom, plaats van gebed en ontmoeting met de Heer. Jezus had heel helder voor ogen dat de tempel aan God was toegewijd en niet aan de commercie van mensen. En daarom wil Hij deze plaatsen beschermen, en dat doet Hij met kracht en doortastendheid. Als Hij de verkopers van runderen, schapen en duiven en de geldwisselaars uit de tempel jaagt, herkennen de

woensdag in week 31 door het jaar

HOE KAN IK LEERLING WORDEN? (Bij Lc 14, 25-33) Wie niet zijn kruis draagt en achter Mij aankomt, kan niet mijn leerling zijn. Deze zin is neutraler dan de eerste waarin Jezus zegt dat je moet breken met je ouders, vrouw, kinderen, broers en zussen, ja, zelfs met je eigen leven. Als je dat niet wilt of doet, of kunt, dan kun je geen leerling van hem zijn. Daar schrikken we wel even van, want ouders, vrouw, kinderen, broers en zussen behoren misschien wel tot je dierbaarste ‘bezittingen’. Dat woord bezittingen biedt misschien een sleutel aan, om de tekst te begrijpen. Daarover direct meer. Eerst eens luisteren hoe Jezus duidelijk wil maken wat Hij bedoelt. Een grote schare loopt achter Jezus aan. Armen en gebrekkigen, zieken, mensen die in nood zijn, of niet gelukkig. Toen deze mensen over Jezus gehoord hadden die zoveel mensen kon genezen, wilden ze graag in zijn nabijheid zijn, en ze liepen achter hem aan opdat Hij hen misschien zou willen genezen. Jezus, de genezende ‘verhalenman’

dinsdag in week 31 door het jaar

IN DIENST VAN HET GEHEEL Bij onderstaande overweging heb ik me laten inspireren door Vincenzo Paglia, voorzitter van de Pauselijke Academie voor het Leven en spiritueel raadgever van de Gemeenschap van Sant'Egidio. In een lichaam is de verscheidenheid van de ledematen niet in strijd met de eenheid en het goede functioneren van dat lichaam; integendeel, ze staat er ten dienste van. Zo verrijkt de Heer de Kerk en elke christelijke gemeenschap met een veelheid van gaven en charisma's, opdat allen kunnen bijdragen aan de groei van de liefde en het getuigenis van het evangelie. Ieder is met de anderen verbonden door de band van de liefde, maar de Heer geeft een specifieke taak in die gemeenschappelijke dienst. Natuurlijk behoudt ieder zijn of haar identiteit. Die schaft de Geest niet af, maar Hij brengt ze in harmonie in een nieuwe gemeenschap, die juist deze verschillende identiteiten tot één lichaam maakt. De christelijke gemeenschap bestaat dus niet uit de gezindheid van indiv

maandag in week 31 door het jaar

FEEST VAN GEMEENSCHAP (bij Lc 14, 12-14) Bij onderstaande overweging liet ik me inspireren door een tekst van Jan Bots, sj. ‘Wanneer u een maaltijd aanbiedt of een feestmaal geeft, vraag dan niet uw vrienden, uw broers, uw verwanten of uw rijke buren, in de verwachting dat zij u op hun beurt zullen uitnodigen om iets terug te doen. Wanneer u mensen ontvangt, nodig dan armen, kreupelen, verlamden en blinden uit', zegt Jezus vandaag. Een vermaning van Jezus aan de mensen waar Hij te gast was. Niet dat die mensen op zich genomen geen goede mensen waren, maar zij bewaarden hun goedheid, hun rijkdom, hun sympathie voor elkaar, zij sloten zich op in hun eigen kring, zij vormden een gesloten circuit, waardoor de armen, de kreupelen, de verlamden en de blinden afgesloten werden. En dat zijn nu juist de mensen aan wie Jezus voor alles zijn gezelschap wil geven, zijn sympathie en vriendschap, want Hij is toch de Zoon van de Vader; de Vader die Vader is van allen en die allen bemint met e

Van Woord naar leven - zondag 31 door het jaar A

GODS-DIENST Bij onderstaande overweging heb ik me laten inspireren door Vincenzo Paglia (voorzitter van de Pauselijke Academie voor het Leven en spiritueel raadgever van de Gemeenschap van Sant'Egidio) Jezus bevindt zich in de tempel waar vier synagogen waren om naar de wet te luisteren. Voorgangers lazen de teksten voor en legden ze vervolgens uit. In de synagoge was er een zetel speciaal bestemd voor hen die de Schriften uitlegden, de 'stoel van Mozes', om aan te geven dat Mozes aanwezig is in degene die de wet uitlegt. Jezus' eerste uitspraak gaat juist over deze stoel, waar deskundigen van de farizeïsche strekking hun onderricht gaven. Hun leer is juist, zegt Jezus, en moet onderhouden worden, maar hun gedrag is niet in overeenstemming met wat ze leren: 'Handel niet naar hun daden'.  Jezus hekelt de kloof tussen hun principes en het leven dat ze leiden. 'Ze verbreden immers hun gebedsriemen en maken de kwastjes aan hun kleren langer.' Jezus doelt

zaterdag in week 30 door het jaar

Van HOOG naar LAAG, van LAAG naar HOOG (Bij Lc 14, 1. 7-11) Beste lezers, dit schrijf ik nu wel ‘lezers’, maar in feite is het geen leeslesje. Onze teksten zijn een kleine toelichting op een thema uit de Bijbelteksten van deze dag. Elk stukje uit de Bijbel roept niet alleen zomaar wat gedachten op, maar vraagt ook om de woorden dieper in jezelf toe te laten. Als we de tijd nemen om het verhaal te laten bezinken, dan kan het zijn dat een tekst die je al lang kent, ineens een nuance laat zien die je er nooit eerder in ontdekt hebt. Eigenlijk moet je op de tekst kauwen, zoals je op gewone voedingsartikelen kauwt. Hoe beter je kauwt, des te beter kan hetgeen je in je mond hebt verteren. Zo ook met woorden uit de Schrift. Natuurlijk is daarbij goed kauwen niet voldoende. Als de Geest ons niet te hulp komt, blijft het kauwen een natuurlijk proces. Vaak is het dan denken over, of een soort studie. Dan heeft het meestal met kennis te maken. Op zich niets mis mee, maar met denken bereik je nie