woensdag in de 1e week van de veertigdagentijd

GOD, DE TOTAAL ANDERE
(bij Jona 3, 1-10)

Het verhaal van de profeet Jona is niet in de geschiedenis terug te vinden. Het is wel in de Bijbel opgenomen. Ieder van ons kan misschien wel op bepaalde punten ontdekken waar hij of zij zichzelf herkent in een deeltje van het verhaal.

Jona is een profeet die er niet voor voelt om de opdracht die hij van godswege krijgt uit te voeren. Hij vlucht precies in de omgekeerde richting. Maar hij kan zijn roeping blijkbaar niet ontlopen, krijgt een herkansing en wordt een tweede keer naar die zondige stad Nineve gezonden om aan te zeggen dat het hele volk zich moet bekeren. Hij trekt, na allerlei wederwaardigheden, dan toch naar die stad met de boodschap dat inwoners hun leven totaal moeten veranderen opdat God zijn voornemen om de stad weg te vagen van de aardbodem omwille van hun losbandig leven, niet zal uitvoeren. Ze krijgen veertig dagen de tijd om een nieuw leven te beginnen.

Jona gelooft er nauwelijks in dat zijn prediking helpen zal, want deze stad is totaal verdorven. Maar, wat gebeurt er? Mensen luisteren naar hem en willen zich bekeren. Ook de koning is zeer onder de indruk en gaat zelf voorop, kondigt een strenge vasten aan. Niemand mag eten of drinken. Het is een intensief rouwproces. Iedereen, mens en dier, moet zich hullen in een boetekleed. De dieren worden gedwongen op hun manier mee te doen. Ook zij krijgen geen eten en geen drinken.

Wonderlijk genoeg slaat de boodschap van Jona aan en bekeert de hele stad zich.
Toen God zag dat zij inderdaad braken met hun kwalijke praktijken, zag Hij ervan af hen te treffen met het onheil dat Hij had aangekondigd, en Hij deed het niet.
Hier eindigt onze lezing. Wel jammer want de geschiedenis van Jona gaat verder.

Wat me opvalt is dat Jona uiteindelijk zelf niet verandert en dat God wel verandert.
Dit brengt me bij de vraag naar ons eigen godsbeeld. Wij hebben van onze ouders waarschijnlijk een beeld meegekregen, dat in de loop van ons leven veranderd zal zijn. Je eigen groei, de invloeden van anderen en van de maatschappij, lectuur enz.
Hoe zit dat met ons eigen godsbeeld op dit moment?

In feite mogen en kunnen we geen beeld maken van God, want dat zou dan weleens een afgodsbeeld kunnen worden. Vraag tien mensen of ze hun beeld op willen schrijven van wie God voor hen is, en lees de zo verschillende antwoorden. Met woorden leg je als het ware iets vast, maar wie God is zal iedereen met andere woorden beschrijven. In het verhaal blijkt God zelf ook te kunnen veranderen. En Jona verandert niet, zien we in het vervolg van het verhaal. Hij kan niet meegaan met de ‘veranderingen’ van God, is er zelfs woedend om. Hij heeft de levende God ‘opgesloten’,

Ik ga hier niet verder op in, om jullie de ruimte te geven zelf aan de slag te gaan met deze gedachte en ook met onze houding ten opzichte van een veranderende God, en te kijken hoe wij met veranderingen omgaan, en wat dat ons doet.

Laten we bidden

Jezus leerde ons te bidden met de woorden Onze Vader, een basisgebed. Eigenlijk weten we niet hoe beter te bidden dan met deze basis.

Goede Vader,
U hebt vele namen,
en toch bent U de Onbenoembare,
de Ene, die er altijd al was, is,
en altijd zal zijn.
Wij mensen hebben soms woorden nodig
maar kunnen ook woordloos bidden tot U,
de Eeuwige, de Algoede, de Barmhartige.
Mogen we ook zwijgend
en luisterend bij U rusten,
U die de Bron van ons leven bent.
Wij willen met heel ons hart
aanwezig zijn bij U, de Altijd Aanwezige.
Aanvaard ons telkens weer opnieuw
als we van U zijn afgedwaald
van wie en hoe U wezenlijk bent.
Door Jezus uw Zoon en onze Broeder.
Amen

Beste mensen, boven deze woorden staat: God, de totaal Andere. Hoe ga je om met alles wat we van God niet begrijpen? Kunnen we, los daarvan, toch intiem met hem zijn?
Ricky


Voor onderweg

Jona strijdt met zichzelf en met zijn godsbeeld. Herken je iets van Jona in jezelf? Wat boeit je in het gegeven uit het verhaal, dat God zich aanpast aan mensen?
Beïnvloedt dat je in je eigen beeldvorming?

Reacties