Posts

Posts uit juli, 2019 tonen

woensdag in week 17 door het jaar

Mozes daalde de Sinai af, met de twee platen van het verbond bij zich. Hij wist niet dat zijn gezicht glansde doordat hij met de Heer had gesproken. Zo lezen we vandaag uit het boek Exodus. Ik zou met u willen nadenken over de glans die men ziet op het aangezicht wanneer iemand met God heeft gepraat. Als het goed is wenden wij ons met regelmaat tot God in gebed. Dit kan in expliciet gebed, dit kan tijdens een zogenaamd schietgebed, dit kan op de tram of de fiets wanneer we ons hart tot Hem wenden. Telkens wanneer we ons tot Hem richten voeren we eigenlijk een gesprek met Hem. Soms met woorden, dikwijls woordenloos door met ons hart bij Hem te zijn. Eigenlijk zouden deze gebedsmomenten, of momentjes, het hart moeten zijn van ons mens-zijn, van ons christen-zijn. Het zijn momenten van liefde, van openheid, van ontvankelijkheid; momenten van diepe innige vrede. En, lieve mensen, deze vrede (als vrucht van ons gebed, ons spreken met God) zal ons gelaat doen glanzen. Niet erg opvallend, al

dinsdag in week 17 door het jaar

Een woordje over dat onkruid dat, zolang we hier op aarde rondlopen, aanwezig zal zijn. Naast de prachtige bloemen zal de wereld altijd te kampen hebben met onkruid. Pas met de ‘voltooiing van de wereld’ zullen zij die hardnekkig onkruid wilden blijven knarsetanden en zullen de rechtvaardigen stralen als de zon, zoals het evangelie van vandaag zegt. Maar laten we het even hebben over dat onkruid hier op aarde. Wat moeten we daar toch mee… Moet het uitgeroeid worden? Weg met degenen die kwaad doen? 'Nee' zegt Jezus heel duidelijk. Moeten we dat allemaal dan zomaar verdragen? 'Ja' zegt Jezus, 'laat beiden samen opgroeien tot de oogst'. Dulden dus, eindeloos dulden. We moeten het geduld van God hebben. We moeten het onduldbare dulden en daarbij ons hart tot vrede stemmen opdat de barmhartigheid van de Heer mag zegevieren. Wilt dat zeggen dat wij niet mogen strijden tegen het kwaad? Jawel, we mogen en moeten strijden, zowel tegen het kwaad in onszelf als tegen het k

29 juli - Marta

Wat het evangelie ons vandaag niet wil leren is dat we liefdesdaden moeten verwaarlozen ten koste van de contemplatie. Jezus wil ons veeleer een bepaalde volgorde duidelijk maken: eerst contemplatie, om van daaruit daden van liefde te verrichten. In de contemplatie ontmoeten we de Heer, rusten we in Hem, ontvangen we van Hem. Vanuit dit samenzijn met de Heer worden we door Hem gezonden. We worden gezonden om in eenheid met Hem zijn liefde te zijn in al ons doen en laten. In wezen hoeven we zelfs de contemplatie niet te verlaten. Christelijk leven is immers ‘bidden zonder ophouden’. Dat betekent leven in een voortdurende innigheid met de Heer. Niet altijd bewust beredenerend, eerder als een levenshouding, een gerichtheid van het hart, zich laten leidend door de Liefde om in eenheid met haar zelf liefde te worden. kris

zondag 17 door het jaar

De Kerk wil ons vandaag iets zeggen over het gebed. Dat zat er wat aan te komen omdat Jezus is de voorafgaande perikoop van het Lucasevangelie de overactieve Martha uitnodigde om gewoon wat bij Hem te komen zitten en wat tijd te maken voor die ontmoeting en dat gesprek. Omdat we zelf ook vaak wat overactief zijn en niet gemakkelijk stil bij de Heer gaan zitten, wil de Kerk het ons vandaag ook niet moeilijk maken als ze spreekt over het gebed. Ze neemt de gemakkelijkste vorm van het gebed, een vorm die de mensen direct begrijpen en waar ze vaak spontaan naar grijpen: het smeekgebed. Iets vragen als je iets nodig hebt, om hulp vragen als je in de penarie zit, om raad vragen als je een probleem hebt in je persoonlijk leven of als je een van je kinderen wilt helpen… Het zijn normale stappen die een mens zet. Je vraagt een dokter om je te helpen bij gezondheidsproblemen, eventueel een psychiater voor jezelf of een van je huisgenoten, je vraagt hulp bij het invullen van je belastingsaangifte

zaterdag in week 16 door het jaar

Wanneer wij kwade mensen zouden verwijderen, verwijderen we heel die mens, ook het goede in die kwade mensen, dat tot dan toe misschien weinig kans kreeg om te ontplooien. Jezus' barmhartigheid bestaat er juist in elke mens altijd opnieuw kansen te geven om het kwade achter te laten opdat het goede ten volle tot bloei zou kunnen komen. In zijn overgrote liefde geeft God ons de vrijheid om te kiezen tussen goed en kwaad. En laat ons eerlijk zijn: soms laten we ons leiden door kwaad, kiezen we er zelfs voor, soms heel subtiel, maar wel reƫel. Moest God ons telkens verwijderen... wat zou de wereld dunbevolkt zijn. Jezus kent de zwakheid van de mens, van ieder van ons. Hij kent onze neigingen tot zonde. In het hart van die neigingen wil Hij tot ons komen, ons ten diepste aanraken, om ons te genezen, te bevrijden, op te tillen in zijn licht. Hij heeft ons het sacrament van de biecht gegeven niet enkel opdat we vergeving van zonden zouden krijgen, maar ook om ons werkelijk tot genezing t

26 juli - Joachim en Anna

Jezus sprak tot zijn leerlingen: 'Gelukkig jullie ogen omdat ze zien, en jullie oren omdat ze horen! Want Ik verzeker jullie: vele profeten en rechtvaardigen hebben ernaar verlangd te zien wat jullie zien, maar ze kregen het niet te zien, en te horen wat jullie horen, maar ze kregen het niet te horen.' Inderdaad, vele geslachten voor de tijd van Jezus verlangden naar het Messiaanse tijdperk waarover zo dikwijls geprofeteerd werd door de profeten. De leerlingen, en velen met hen uit die dagen, mochten het allemaal van dichtbij meemaken. Wat een bijzondere tijd moet dat geweest zijn. Wij zouden kunnen jaloers zijn op deze mensen. Want wat zij mochten zien, kunnen wij - sinds de hemelvaart van Jezus – niet meer zien. Maar het zou wel eens kunnen zijn dat Jezus ons dan zou berispen, zoals Hij dat deed tot zijn leerlingen die niet konden geloven dat Hij iemand kon genezen: ‘Wat zijn jullie toch een ongelovig en dwars volk, hoe lang moet Ik nog bij jullie blijven? Hoe lang moe