Posts

Posts uit februari, 2023 tonen

woensdag in week 1 van de veertigdagentijd

Het offer voor God is een gebroken geest; een gebroken en verbrijzeld hart zult U, God, niet verachten. Zo bidden we vandaag in psalm 51. Jezus had een grote liefde voor zondaars. Uiteraard niet omdat Hij de zonde beminde, maar wél de zondaars. Voor hen was Hij immers gekomen, niet voor de 'gezonden'. Zoals de vader uit de parabel van de verloren zoon speurt Hij elke dag opnieuw de horizon af om te kijken of er zondaars 'terugkomen'. Hij zou, net zoals in het verhaal, naar hen toesnellen, hen omhelzen, hen ontvangen, én er zelfs een feest voor geven. Echte zondaars, die hun zonde voor God niet verdoezelen, die hun zwakheden onder ogen willen zien ... aan zulke zondaars kan God geen weerstand bieden. Hij zal áltijd vergeven en optillen. In deze paaservaring - zoals André Louf dat noemt - zal hij de levende werkelijkheid van God ervaren, namelijk een God die liefheeft en die zijn barmhartig hart altijd voor iedereen zal openen. Méér zelfs: Hij komt met zijn barmhartighe

dinsdag in week 1 van de veertigdagentijd

Onze Vader Beste mensen, ieder van ons zal andere associaties hebben bij de woorden ‘Onze Vader’. Voor de een is het een dierbaar gebed, voor de ander een studieobject, weer anderen willen die woorden niet meer horen, omdat ze een slechte ervaring hebben met hun minder goede aardse vader, of ze willen in het geheel niets meer van religie weten, zien het als iets van vroeger en kunnen het met een gerust geweten achter zich laten.  Voor mijzelf gaat de geschiedenis terug naar mijn jeugd. Religie hoorde bij ons leven. De gewone gebeden zoals het ‘Onze Vader’ en het ‘Wees gegroet’ kenden we al van buiten, vanaf onze vroegste kinderjaren. We wisten nauwelijks wat we zeiden. Het bidden hoorde bij het dagelijks ritueel. Omdat we onze eigen vader geen ‘vader’ noemden, maar ‘papa’, maakten we nooit die associatie met de Vader uit het ‘Onze Vader’. Bijzonder was de ontdekking toen ik volwassen werd dat het woord papa en het woord Vader wel degelijk met elkaar te maken hadden. Het Aramese woord

maandag in week 1 van de veertigdagentijd

Het evangelie van vandaag is duidelijk: christen zijn betekent je ontfermen over je naaste. Als we dit verwaarlozen moeten we ons de vraag stellen waar we als zogenaamde christenen mee bezig zijn. Want het is toch waar: christen zijn vraagt – naast het gebed en tijd voor bezinning - een zéér concrete beleving van naastenliefde, met een bijzóndere genegenheid voor wie arm is, zwak of broos. Als we als christenen vergaderen om ons te buigen hoe het er aan toe gaat in onze gemeenschap gaat het vaak over organisatorische structuren, de pijnpunten inzake tekort aan priesters, de parochies die boven onze hoofden afgeschaft of vergroot worden,… Maar welke parochievergadering, of gemeenschapsgesprek, begint met de vraag: wie zijn onze eenzamen op de parochie? Waar wonen onze zieken uit onze buurt? Wie is of voelt er zich uitgesloten in onze directe omgeving? Waar zijn onze jongeren? Zijn we bereid hen op te zoeken? Natuurlijk vraagt een parochie en iedere gemeenschap organisatie, en daar moe

zondag 1 in de veertigdagentijd A

Daarna liet de duivel Jezus met rust, en meteen kwamen er engelen om Hem te dienen. Zo eindigt het evangelie van vandaag. Het is een ervaring die ieder van ons heel zeker zal krijgen wanneer we bereid zijn de woestijn van ons hart binnen te gaan; en - niet onbelangrijk - er niet van weg te lopen. Vooraleer we naar de zinvolheid van dergelijke woestijntocht kijken is het misschien goed om in te zien dat deze trip geen gebeuren mag zijn vanuit een zekere prestatiedrang. 'Ik' ga naar de woestijn, 'ik' ga me daar openstellen voor de Heer, 'ik' ga eens goed in mijn innerlijke spiegel kijken, en 'ik' zal eens bewijzen dat ik de verleidingen van het leven aankan. Ok, jij gaat, maar louter vanuit je ik. Het zal een egotrip worden met heel veel geestelijke frustratie tot gevolg. Jezus werd door de Geest meegevoerd naar de woestijn... zo staat er. Dit is diep uitgedrukt waarover het gaat. Jezus laat zich namelijk meenemen door iets dat in Hem gebeurt, in dit g

zaterdag na aswoensdag

Vandaag gaat de profeet Jesaja verder op wat hij gisteren zei, namelijk dat we de concrete beleving van de liefde nooit uit het oog mogen verliezen wanneer wij werken aan ons innerlijk leven. Zó belangrijk om in 't oog te houden! In het evangelie horen we hoe Levi alles achterlaat om Jezus te volgen. Van belang is dat hij dit niet zomaar doet vanuit een oppervlakkig verlangen een andere wending te geven aan z'n leven, vanuit een soort buikgevoel naar spirituele groei. Nee, Levi laat alles achter op 'het woord van de Heer'. Dit maakt hem dan ook tot volgeling van Christus. Wanneer wij als christenen werken aan onze binnenkant is het - net zoal bij Levi - goed om dit te doen op het woord van de Heer en niet als een antwoord op onze buik los van God. De Heer roept; Hij roept u, Hij roept mij, Hij roept ieder van ons. En wel vandaag. Bekering is altijd een antwoord op een innerlijke roep van de Heer. Volgeling van de Jezus worden betekent dus alles achterlaten. Wat is d

vrijdag na aswoensdag

Vasten op voeding en drank is goed en heilzaam. Soberder eten, of enkel water en brood, een maaltijd overslaan, geen alcohol, geen gesnoep,... het is goed hieraan aandacht te geven tijdens de veertigdagentijd. De fysieke honger, en die vele goestingen naar lekkere dingen, die bovenkomen bij het vasten, mogen we in gebed ombuigen naar geestelijke honger, naar dorst naar God, naar verlangen naar Hem. Het gaat niet om de prestatie of de eer tijdens het vasten. Het gaat over het aanscherpen van ons verlangen naar God. Fysiek vasten plaatst ons ook voor onze innerlijke spiegel, tenminste - en dit is zó belangrijk! - als we ons niet-kunnen onder ogen durven zien. Gisteren hadden we het hier nog over het maken van onderscheid, en wel als gave van de Geest. Wel, fysiek vasten maakt plaats voor deze door God geschonken gave. Daarom is het zo belangrijk om ons fysiek vasten altijd te koppelen aan stil en lang gebed, juist om ons verlangen naar God aan te scherpen en het aanvoelen waar het op a

donderdag na aswoensdag

Als u God de rug toekeert en weigert te luisteren, als u zich ertoe laat verleiden neer te knielen voor andere goden en die te vereren, dan zeg ik u op voorhand dat u te gronde zult gaan. (...) U staat voor de keuze tussen leven en dood, tussen zegen en vloek. Kies voor het leven, voor uw eigen toekomst en die van uw nakomelingen, door de Heer, uw God, lief te hebben, Hem te gehoorzamen en Hem toegedaan te blijven. Zo beluisteren we vandaag Mozes in het boek Deuteronomium. De Heer in jezelf niet toelaten leidt vaak tot het neerknielen voor andere goden. Dit zien we in de grote wereld rondom ons, dit zien we in ons. Of beter gezegd: we zien dit vaak dééls, doorgaans niet niet ten volle. Heel dikwijls is het duidelijk dat we afgoden vereren; het is als het ware zichtbaar in ons leven. Ik denk aan de afgod van de sport. Uiteraard is er niets verkeerd aan sport, maar het kan je zó in beslag nemen dat het je weerhoudt Gods weg te gaan. Ik denk aan seksualiteitsbeleving. Ook dát is een moo

Aswoensdag 2023

Namens Christus vragen wij u dringend: laat u met God verzoenen. Zo lezen we vandaag bij Paulus in zijn brief aan de christenen van Korinte. Zoals je kon lezen in de voorbereidende brief op deze veertigdagentijd gaan wij op weg naar Pasen met als thema: ‘Je hebt genoeg aan mijn genade, want mijn kracht openbaart zich juist ten volle wanneer iemand zwak is’ , ontleend aan 2 Kor 12, 9a. De verzoening met God houdt in te stoppen met de held te willen uithangen. Het is een einde maken aan je eigen redder te willen zijn. Het betekent je onvermogen onder ogen zien en ervoor kiezen daarin te blijven staan; er dus niet van weg te lopen. Ware verzoening met God betekent een halt toeroepen aan je eigen krachtpatserij, en Hem alle ruimte geven. Hij klopt - in Christus - zoals we in de Openbaring van Johannes kunnen lezen, aan de deur van ons hart: 'Ik sta voor de deur en klop aan. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik binnenkomen, en we zullen samen eten, Ik met hem en hij

dinsdag in week 7 door het jaar

Beste mensen, we staan aan de vooravond van de veertigdagentijd, een belangrijke liturgische periode waarin we een intensief proces mee kunnen maken over de weg die Jezus gegaan is. Misschien, - al geven we dat niet toe, - zouden we liever rechtstreeks naar het paasfeest willen overstappen, want ook wij zien lijden en dood liever aan ons voorbij gaan, zoals de leerlingen die met geen woord ingaan op de aankondiging van Jezus wat er binnenkort te gebeuren staat. Zijn ze zo geschrokken, willen ze het niet weten? Ze begrepen deze uitspraak niet, maar durfden Hem geen vragen te stellen. Bovendien reageren de leerlingen niet alleen op de nare eerste helft van wat Jezus zei. In de tweede helft staat: ...drie dagen na zijn dood zal Hij opstaan. Dat ‘horen’ ze niet meer.  Het is overigens ook een onbegrijpelijke boodschap. Jezus spreekt over zichzelf als de Mensenzoon. Zou Hij het doen om het minder persoonlijk te maken of misschien om het verband te leggen met de Schriften? Ik herinner me

maandag in week 7 door het jaar

Jezus ging een huis in, en toen ze weer alleen waren, vroegen zijn leerlingen Hem: ‘Waarom konden wij die geest niet uitdrijven?’ Hij antwoordde: ‘Dit soort kan alleen door gebed worden uitgedreven.’ Een mens kan uit zichzelf veel goeds doen. Met Gods genade kan hij echter nog veel méér doen. Of beter gezegd: de dingen die Hij dan doet verricht hij vanuit Gods inwoning in hemzelf en de ander. In de handeling openbaart zich Gods liefde. In christelijk doen stroomt de genade. Doch zijn er dingen die men - naar bovenstaand citaat - enkel met gebed tot een goed einde kan brengen. Het zijn zaken waar God wacht op het gebed van de mens om die zaken héél persoonlijk te komen aanraken. Zeer dikwijls gebruikt Hij de mens als instrument om zijn liefde te tonen. Maar soms handelt Hij ook bij wijze van spreken 'alleen'. Het is schijnbaar een zaak tussen dat gebeuren en Hem, zonder een menselijke tussenkomst. Hij wacht op het gebed van de Kerk, om die zaak heel rechtstreeks te komen verv

zondag 7 door het jaar A

De overweging van deze zondag is ontleend aan Preken.be 'Keer degene die je op de rechterwang slaat, ook de linkerwang toe. Als iemand je onderkleed van je wil afnemen, sta hem dan ook je bovenkleed af. Heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen.' Zusters en broeders, het zijn harde en veeleisende woorden van Jezus. Maar als we ze verbinden met de laatste woorden van het evangelie, veranderen ze van toon. Daar zegt Jezus: 'Wees volmaakt, zoals jullie hemelse Vader volmaakt is.' Dat is natuurlijk onmogelijk, want hoe zouden wij even volmaakt kunnen zijn als God? Maar als we die woorden verbinden met het scheppingsverhaal, klinken ze al helemaal anders. Daar lezen we dat God de mens schiep als zijn evenbeeld. Wij zijn dus Gods evenbeeld, dus is het vanzelfsprekend dat wij ons gedragen zoals Hij. En wat zegt Jezus over Hem? 'Hij laat zijn zon opgaan over goede en slechte mensen en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.'  God strooi

zaterdag in week 6 door het jaar

Toen ze de berg afdaalden … Vandaag het gekende verhaal van gedaanteverandering van de Heer op de berg Tabor. Ik denk dat velen onder ons in hun leven minstens één of meerder evaringen hebben gehad die iets hadden van de Taborbeleving. Een ervaring waar, bij wijze van spreken, de hemel zich even opende, met als gevolg: een diepe intense vreugde, een vrede die enkel de hemel geven kan. Een innigheid, zeg maar, die je bijna niet onder woorden kan brengen. Dat kan een ervaring zijn bij het communiceren tijdens de Mis, of bij een beleving van werkelijke bevrijding na een biecht, maar het kan ook in een ontmoeting zijn met mensen, of bij het lezen van een boek, of tijdens een wandeling in de natuur. Het zijn van die momenten die je eigenlijk niet zou willen loslaten, omdat ze zo puur zijn, door God zelf geschonken. Ja, we zouden niet liever willen dan onze tent opslaan, om zo lang mogelijk van deze momenten te kunnen ‘genieten’. Maar vandaag zegt Jezus: ‘Hop vooruit, de berg af, naar bene

vrijdag in week 6 door het jaar

Onderstaand woordje is geïnspireerd aan woorden van Vincenzo Paglia, spiritueel raadgever van de Gemeenschap van Sant' Egidio. Vandaag beluisterden we het verhaal van de toren van Babel. Dit verhaal is een bespiegeling over de mensheid wanneer zij zich laat leiden door absoluut meester te willen zijn van haar leven. Dit leidt tot hoogmoed en alsmaar méér en 'hoger'. Aanvankelijke eenheid is slechts schijn. Het trekt, integendeel, wat er nog is van gemeenschap uit elkaar. Dit om de eenvoudige reden dat hoogmoed de mens in zichzelf keert; hij ziet de naaste amper nog staan, laat staan dat hij in relatie met hem treedt als een werkelijke broer of zus. Als hij de ander al ziet, zal hij hem ervaren als een concurrent die bestreden moet worden. Hier moest God ingrijpen. Met Pinksteren zal de scheiding van Babel ten volle overwonnen worden, als de verstrooide mensheid - zij het in verschillende talen - weer zal luisteren naar hetzelfde evangelie. Sindsdien staan de leerlingen va

donderdag in week 6 door het jaar

Ook zei God tegen Noach en zijn zonen: 'Hierbij sluit Ik een verbond met jullie en met je nakomelingen, en met alle levende wezens die bij jullie zijn'. God die een verbond sluit met de mensheid... Dát, geliefde mensen, is dé Bijbelse (blijde) boodschap bij uitstek: God die in relatie treedt met de mens. Het is de oorsprong, de kern, de spirit van het heel Bijbelse verhaal. Voor ons christenen zou het het hart moeten zijn van ons gelovig leven. In zijn eerste brief drukt Johannes het zo uit: 'Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden.' (1 Joh 4, 10) God is liefde, en het eigene aan liefde is dat het niet op zichzelf wil bestaan. Ze wil zichzelf delen. Ze wil anderen tot haar deelgenoot maken. En daarvoor richt God zich naar de mens, daalt Hij af, en schenkt zichzelf. Doch, dit is één kant van het verhaal. Liefde vraagt namelijk ook wederker

woensdag in week 6 door het jaar

Jezus pakte de blinde bij de hand en bracht hem buiten het dorp. Hij deed wat speeksel op zijn ogen, legde er zijn handen op en vroeg: ‘Ziet u iets?’ Hij begon weer te zien en zei: ‘Ik zie mensen, het zijn net bomen, maar ze lopen rond.’ Daarna legde Hij weer zijn handen op de ogen van de blinde. Deze sperde zijn ogen open en genas; hij zag alles nu heel helder. Vandaag een geleidelijke genezing. Laten we het nog eens over ons bidden hebben. Wanneer wij bidden komt het erop aan dat we leren luisteren, en wel zo luisteren dat we uiteindelijk doen wat we beluisteren, zo gehoor geven dat we gehoorzamen aan wat we horen. Bidden is je eigen spreken tot stilstand brengen. Het is stil worden, stil zijn, stil blijven. Om te kunnen ontvangen van Hem die geven wil zoals Hij het wil. De blinde uit het evangelie van vandaag zag in eerste instantie opnieuw, maar hij zag half. Hij zag de mensen als bomen. Hij had meer aanraking van de Heer nodig om volledig ziende te worden. Zo is het ook met on

14 febr - Cyrillus en Methodius

Ga op weg… Beste mensen, de twee broers, Cyrillus en Methodius uit Tessalonika (Noord-Griekenland) van wie we vandaag het feest vieren, leefden in de negende eeuw na Christus. Het waren vooruitstrevende en kundige monniken met een groot elan. Zij hebben bijzonder geijverd om het christendom in heel Zuidoost-Europa te verspreiden door in het Slavisch, hun landtaal, het geloof te verkondigen en de liturgie in de landstaal over te brengen. Dat was helemaal nieuw met verrassende resultaten. De invloed van deze twee monniken is zo groot geweest dat ze in 1980 uitgeroepen zijn tot medepatronen van Europa. Hoe zijn wijzelf tot geloof gekomen, en hoe beleven we dat in deze tijd, nu het kerkbezoek terugloopt? Hoe staan we erin? Kunnen we de vertaalslag maken naar deze tijd, die anders is dan in onze jeugd? Verlangen we ernaar om meer gevoed te worden in eigentijdse taal? Of blijft het een zoektocht en kunnen we de weg (nog) niet vinden? Het mag echter steeds een zoektocht blijven, want dat is

maandag in week 6 door het jaar

'Handel je goed, dan kun je toch iedereen recht in de ogen kijken? Handel je slecht, dan ligt de zonde op de loer, begerig om jou in haar greep te krijgen; maar jij moet sterker zijn dan zij.’ Deze uitspraak lezen we in de eerste lezing vandaag; woorden van de Heer gericht aan Kaïn nadat deze zich boos maakte omdat God de Heer meer aandacht had besteed aan het offer van z'n broer dan aan zijn eigen offer. Handel je goed, dan kun je toch iedereen recht in de ogen kijken? Het is een belangrijke toetssteen voor ons wel of niet liefdevol handelen. Ik denk dat we vaak mensen niet recht in de ogen kunnen kijken. Dikwijls wenden we letterlijk onze ogen af van de ander wanneer we weten dat er iets scheef zit in de relatie waarin wij een zekere schuld dragen. Het is lastig om dán iemand recht in de ogen te zien. Er zit iets onoprechts in. Op zich is dat gevoel goed, en belangrijk om het niet te verdringen alsof het er niet zou zijn. Misschien is het God wel die - gebruik makend van da

zondag 6 door het jaar - A

De overweging van vandaag is van de hand van Vincenzo Paglia, ontleend aan 'Het Woord van God elke dag - 2023', uitgegeven bij Halewijn / Sant' Egidio De passage uit het evangelie volgens Matteüs die we deze zondag beluisteren, zet de lezing van de Bergrede verder met wat de 'toespraak van de tegenstellingen' wordt genoemd. Hierin wordt het probleem aangekaart van de verhouding van Jezus tot de wet, van het evangelie tot de ethische normen. Jezus spreekt over een ander soort gerechtigheid, een die namelijk direct gelinkt wordt aan Gods manier van handelen. God is geen kille berekenaar die afweegt hoeveel te geven en te krijgen, of hoeveel schuld en verdienste iemand heeft. God handelt met een groot barmhartig hart dat elke grens overstijgt, ook die van de wet. Het probleem zit niet in de verhouding tussen wat voorgeschreven en wat nageleefd wordt, maar tussen liefde en onverschilligheid, tussen passie en berekening. Het is niet de naleving van de wetten die op het

zaterdag in week 5 door het jaar

De Heer God riep de mens: ‘Waar ben je?’ Liefde laat nooit in de steek. En daar God liefde is, laat Hij dus de mens nooit los. Nooit! Zelfs niet wanneer hij zondigt of zich van Hem afkeert. Na van de verboden vrucht gegeten te hebben zoekt Hij Adam en Eva liefdevol op en vraagt waar ze zijn. Ja, soms verbergen we ons voor de Heer en sluiten ons op in onszelf. Iedere keer als we handelen tegen de liefde steken we ons als het ware weg, omdat we - wanneer we luisteren naar ons diepste geweten - beschaamd zijn. Maar, ondanks onze nee-woorden, ondanks die schaamte, zal God blijven opzoeken en vragen: 'Waar ben je?' Telkens opnieuw vraagt Hij ons ons niet te verbergen voor zijn liefde. Adam, die zich wellicht bewust was van de zonde die hij had begaan, was bang toen de Heer in zijn nabijheid kwam. Daarom verborg Hij zich ook. Je moet je eens voorstellen: God komt je huis binnen wandelen en je bent je plots bewust van je nee-woorden jegens Hem. Weinigen zouden in zijn armen vliegen.

vrijdag in week 5 door het jaar

Vanwaar dat verbod niet te mogen eten van die boom van goed en kwaad? God is liefde. En die liefde heeft haar inhoud. Ze heeft niet enkel haar wortels in God, maar ze belichaamt ook bepaalde waarden en normen. Leven binnen deze waarden normen, je bewust zijnde dat zij de inhoud vormen van Gods liefde, doet je zelf leven als een gelovig en liefhebbend mens. Eten van de boom van goed en kwaad is de liefde een eigen invulling geven. Jij bepaalt welke waarden en normen thuis horen binnen de liefde. En het zal nog maar de vraag zijn of die overeenkomen met de waarden en normen zoals God ze bedoelt. Eten van de boom van goed en kwaad is dus een beetje god spelen. Jij bepaalt wat goed en kwaad is. En als dat nog niet genoeg is ... vaak verwacht je van anderen dat ze je volgen in jouw bepaling over kwaad en goed. We zien dat in het klein, we zien dat in het groot. We zien dat binnen huiskringen en gemeenschappen, maar ook in regimes die macht hebben over heeldere bevolkingsgroepen. Het v

donderdag in week 5 door het jaar

Beiden waren ze naakt, de mens en zijn vrouw, maar ze schaamden zich niet voor elkaar. Zo eindigt de eerste lezing vandaag, nadat God de vrouw had gemaakt uit de rib van de man. Ik wil met u nadenken over het feit dat ze naakt bij elkaar rondliepen. Want dat deden ze: ze liepen naakt rond, met geen enkel gevoel van schaamte. Dat deden ze niet enkel naar elkaar toe, maar ook naar God toe. Ook voor Hem hoefden ze zich niet te schamen. Ze hadden dan ook niets te verbergen; ze leefden als het ware zuiver. Je moet weten: we zijn nog steeds in de Tuin van Eden, het Aards Paradijs, vóór de zondeval. Er was nog geen afvalligheid, geen ondeugd, geen ongerechtigheid. Hun leven was, bij wijze van spreken, nog onbevlekt. We gaan niet vooruit lopen op de feiten (de komende dagen gaat het verhaal - mét de zondeval - verder wat de eerste lezing betreft), maar ná de zondeval zullen ze zich wél 'kleden' en zich verstoppen voor God achter de struiken. In het Aards Paradijs, in de tijd vóór de zo

woensdag in week 5 door het jaar

Vandaag horen we Jezus zeggen: ‘Wat uit de mens komt, dat maakt hem onrein. Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen slechte gedachten, ontucht, diefstal, moord, overspel, hebzucht, kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, laster, hoogmoed, dwaasheid; al deze slechte dingen komen van binnenuit, en die maken de mens onrein.’ Elders zegt Hij: 'Gelukkig wie zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien.' Om het wit-zwart te stellen: Ofwel ben je zuiver van hart en zie je God, ofwel is je hart helemaal niet zuiver met alle gevolgen van dien: een onrein leven. Ik denk dat ieder van ons verlangt naar dat zuivere hart, naar dat hart dat inderdaad voort-durend voor het aanschijn staat van God; Hem aanbiddend, van Hem ontvangend, Hem dienend in de liefde in het dagelijks leven. Wat een vreugde en vrede moet het geven voortdurend in deze zuiverheid te staan. Verlangt daar niet ieder van ons naar? Maar de meesten van ons zijn meesters in het knoeien. Zo dikwijls

dinsdag in week 5 door het jaar

U hebt hem bijna een god gemaakt, hem gekroond met glans en glorie. Beste mensen, deze woorden uit psalm 8 drukken een groot enthousiasme uit. Dit temeer nadat er eerst staat dat je je als sterveling wel heel erg nietig moet voelen bij het zien van de grootsheid van al wat God geschapen heeft. Soms vallen we stil en worden we ontroerd bij een ervaring in de natuur. Maar deze tijd leert ons - we merken het bijna dagelijks, hier en in andere landen en werelddelen - dat er in de zo schitterende schepping ook iets is misgegaan. Het is hier niet de plaats om alle problematiek rond het klimaat en alles wat daarmee samenhangt te bespreken. Alleen dit: de zorg voor die prachtige aarde en de hele kosmos is bijna niet meer te overzien. Het kan ons bang maken. Waar moet het naar toe? Wij lijden aan de gevolgen van dingen waarvoor we al te lang onze ogen en oren gesloten hebben gehouden. Het inzicht is groeiende dat we zo niet eindeloos door kunnen leven. Maar, als in de psalm gezegd wordt dat

maandag in week 5 door het jaar

Overal waar Jezus kwam, in dorpen, steden en gehuchten,...  de plaatsen worden niet eens met name genoemd, zo klein, zo gering, zo min zijn ze. Maar voor God is niets of niemand te min. ... legden ze de zieken op het plein. Ze smeekten Hem of ze ten minste de zoom van zijn mantel mochten aanraken. En iedereen die Hem aanraakte, werd genezen. Geliefde mensen, laten we, als Kerk, elkaar tot bij Jezus brengen, of Jezus bij elkaar. Een christen is geroepen te leven van binnen naar buiten, zijn ogen gericht op de wereld rondom hem, zijn hart gericht - vanuit Gods inwoning - op de medemens, dichtbij en veraf. De wereld is het werkdomein van de christen. Er is zoveel dorst, zoveel vraag naar liefde. Hoeveel mensen smachten naar wat menselijke nabijheid, naar gemeende vriendschap, naar niet altijd die tas koffie alleen te moeten drinken. Onlangs hoorde ik nog dat planten groeien wanneer je met hen praat. Neem dat het waar is... Wat moet het dan zijn wanneer we mensen opzoeken en het ‘goede

zondag 5 door het jaar - A

De overweging van vandaag is geïnspireerd aan woorden van Frans Mistiaen sj Zout geeft smaak aan het eten, licht geeft schittering en kleur aan alles. ‘Zout’ en ‘licht’ zijn twee beelden waarmee Jezus benadrukt dat zijn leerlingen krachtige invloed kunnen uitoefenen op het geheel. Vraag is: Is dit wel zo? En is het geen onaanvaardbare pretentie te menen dat wij, Jezus' leerlingen, voor anderen zout en licht kunnen zijn, aan de hele wereld smaak en schittering kunnen geven? Wat het eerste betreft: Het is inderdaad zo. Wat het twee betreft: Het zou inderdaad pretentieus zijn, indien wij onszelf zouden aanprijzen en verkondigden. Wat brengen Jezus' leerlingen eigenlijk aan de hele wereld rondom hen? Eigenlijk niet 'iets', maar 'Iemand', nl. de God-Vader. De taak van de christenen, die in Jezus' spoor leven, bestaat er vooral in aan de wereld te laten voelen, zien en ervaren dat er een God is, een 'Vader is voor allen, en dat deze de wereld verlost heeft

zaterdag in week 4 door het jaar

Vandaag horen we Jezus zeggen tot de leerlingen: ‘Ga nu mee naar een eenzame plaats om alleen te zijn en een tijdje uit te rusten.’ Wanneer je een stilte-retraite gaat volgen in een of andere abdij, dan liggen - bij wijze van welkom - zeer dikwijls deze woorden op je te wachten op je kamer. Abdijen zijn dan ook plekken waar je zowel lichamelijk als geestelijk grondig tot rust kan komen. En ook al ben je beslist niet de enige gast, en zijn er de monniken, in een abdij ga je de eenzaamheid en de stilte in. Dat is niet alleen zalig, maar - naar het woord van de Heer - ook af en toe nodig. Eenzaamheid, stilte, rust... het heeft iets van een woestijn, een soort 'niets' waar enkel jij bent. En natuurlijk Jezus. Jij en Hem. Verder geen verstrooiingen; geen lawaai, geklets, tv, pc, smartphone,... enkel jij en Jezus. Voor wie innerlijk die eenzaamheid echt ingaat is dat best confronterend. Je kunt namelijk niet buiten Hem. Je zit als het ware op elkaars schoot en er is niemand anders

vrijdag in week 4 door het jaar

Bij Paulus lezen we vandaag: Houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen.  Vele jaren terug was ik eens te gast bij de zusters van Moeder Theresa in Gent. Ik herinner me dat wanneer je van hen binnen door de voordeur naar buiten ging, dat daar boven de voordeur (langs de binnenkant dus) de tekst hing: 'Jezus heeft net aangeklopt' . Toen ik over die tekst met de zusters praatte, vertelden ze me dat dit een werkelijke beleving van hen was. In ieder mens die langskwam trachtten zij de Heer te ontvangen die bij hen langskwam als een bedelaar naar liefde. De persoon die aanklopte beminnen was voor hen de Heer beminnen. Mystiek in de praktijk. Stel, iemand belt bij ons aan en het is Jezus zelve... Wow... we zouden verschieten. Misschien kusten we wel zijn handen, of we vielen op onze knieën, of hadden geen woorden en enkel tranen uit ontroering. We zouden ons niet waardig weten Hem in onze woonst te ontvangen. De Martha's onder on

Opdracht van de Heer

Vandaag vieren we de 'Opdracht van de Heer in de tempel', ook wel genoemd 'Maria Lichtmis'. Terecht wordt met dit feest in heel wat preekjes gesproken over het licht dat de Heer is, waarvan Simeon vandaag voorspelt dat het zal schijnen over alle volkeren. Wij, mensen, zijn geroepen deelgenoot te worden van dit licht in de wereld waartoe we gezonden zijn. Vandaag zou ik met u willen nadenken over de woorden van Simeon die hij sprak tot Maria, na zijn lichtende woorden over Jezus die het licht is: ‘Weet dat velen in Israël vanwege Hem ten val zullen komen of juist zullen opstaan. Hij zal een teken zijn dat weersproken wordt, en zelf zult u als door een zwaard doorstoken worden. Zo zal de gezindheid van velen aan het licht komen.’ Velen zullen ten val komen... of juist opstaan... Opstaan doen zij die de Heer in hun leven welkom heten als de Messias, de bevrijder, de verlosser. Opstaan doen zij die gelovig ervaren bewoond te zijn door de Heer. Opstaan doen zij die leven