zaterdag na aswoensdag
Vandaag gaat de profeet Jesaja verder op wat hij gisteren zei, namelijk dat we de concrete beleving van de liefde nooit uit het oog mogen verliezen wanneer wij werken aan ons innerlijk leven. Zó belangrijk om in 't oog te houden!
In het evangelie horen we hoe Levi alles achterlaat om Jezus te volgen. Van belang is dat hij dit niet zomaar doet vanuit een oppervlakkig verlangen een andere wending te geven aan z'n leven, vanuit een soort buikgevoel naar spirituele groei. Nee, Levi laat alles achter op 'het woord van de Heer'. Dit maakt hem dan ook tot volgeling van Christus.
Wanneer wij als christenen werken aan onze binnenkant is het - net zoal bij Levi - goed om dit te doen op het woord van de Heer en niet als een antwoord op onze buik los van God. De Heer roept; Hij roept u, Hij roept mij, Hij roept ieder van ons. En wel vandaag. Bekering is altijd een antwoord op een innerlijke roep van de Heer.
Volgeling van de Jezus worden betekent dus alles achterlaten. Wat is dat alles?
Dat zal ieder voor zich zo'n beetje moeten onderzoeken in z'n eigen leven. Dat kunnen materiële zaken zijn, dat kan een levenshouding zijn, dat kunnen neigingen tot zonde zijn. Het kan erg verschillen van persoon tot persoon. Van belang is dit 'onderzoek' te doen in samenspraak met de Heer; biddend dus. De tijd nemen om met de Schrift in de hand, de stilte en het zwijgen koesterend, luisteren naar de Heer. Aanvoelen waartoe Hij je persoonlijk uitnodigt. Jezelf een zekere discipline opleggen - uiteraard gezond en verstandig - wat betreft tijd maken en nemen voor gebed is bij deze van groot belang. Anders - zoals we weten - verwatert ons gebedsleven snel.
Maar als we dat 'alles achterlaten' nu even leggen op onze thema waarmee we deze veertigdagentijd hier bij Bijbelcitaat.be doorgaan - namelijk 'mijn kracht openbaart zich juist ten volle wanneer iemand zwak is’ - dan kan dat 'alles achterlaten' betekenen dat we onze neiging om van onze zwakheden weg te lopen zullen moeten achterlaten. Dus niet onze zwakheden achterlaten, wel de neiging om er van weg te lopen.
En uiteraard gaat het dan niet over het toegeven aan onze zwakheden of bekoringen, maar wél over het heel bewust aanwezig blijven in de bekoring; biddend wel te verstaan.
Wie wegloopt van zijn bekoringen kiest het pad van de vlucht. Hij wil zichzelf niet onder ogen zien, of heeft een - al dan niet bewuste of onbewuste - angst voor de Heer die met zijn helende genade in ons aanwezig wil komen. Dit laatste zou op z'n minst voor een christen merkwaardig moeten overkomen: in plaats van angst voor de Heer zouden we juist moeten uitkijken naar zijn 'komen in ons', naar zijn 'aanraking in onze bekoringen'. In plaats van paniek zouden we ons als kinderen moeten werpen in zijn barmhartig komen.
Eigenlijk komt Hij niet. Hij is er reeds. Hij is er altijd. Wat wij doen is vaak met een innerlijke bolster leven rond onze neigingen tot zonde zodat we niet toelaten dat de Heer ons kán aanraken. De bolster openbreken, Hem alle toegang verlenen tot in onze diepste neigingen tot zonde is de boodschap. Pas dán kan het gebeuren. Dáár zit de bekering, en wel door Gods genade.
Morgen is de eerste zondag van de veertigdagentijd, waarin we het evangelie zullen lezen waar Jezus door de duivel bekoord wordt in de woestijn. Jezus liep niet weg van de verleidingen waarmee de duivel Hem tegemoet trad. Hij bleef in de verleiding aanwezig. En da's niet zomaar. Dat is - zoals we reeds zeiden - van fundamenteel belang.
We gaan daar morgen - aan de hand van het evangelie - dieper op in.
Laten wij bidden ...
Vader,
wij danken U omdat Gij ook ons
- in Christus - dagelijks aanspreekt.
Mogen wij in de liefde van de Geest
met veel blijdschap 'ja' zeggen
op uw roep tot eenheid met uw liefde.
Help ons onze innerlijke bolster af te leggen
opdat Gij - in Christus -
zou kunnen doen wat Je wil doen,
namelijk ons ten diepste aanraken
en genezen daar waar nodig.
Om deze genade bidden wij U,
door Christus, onze Heer.
Amen.
Een mooi weekend voor ieder van u,
kris
Kun je eens een voorbeeld geven in praktijk aub .
BeantwoordenVerwijderenBeste anoniem,
Verwijdereneen voorbeeld zou het volgende kunnen zijn:
Iemand heeft de neiging om in z'n omgang met z'n echtgenote zich altijd boven haar te willen plaatsen. Dit uit zich in een wijze van antwoorden, een houding, het altijd beter willen weten,... Eigenlijk plaatst die persoon zich boven z'n vrouw, en heeft door zijn omgang met haar een zeker machtsgevoel.
Diep in zichzelf weet hij dat dit niet juist is, dat dit vaak niet beantwoordt aan wat ware liefde is.
Hij kan dan twee zaken doen.
1. Z'n uiterste best doen om z'n vrouw wel in liefde te benaderen, met het respect dat ze verdient; niet vanuit een superioriteitsgevoel, maar als naaste van haar, geroepen als hij is haar ten diepste te beminnen.
Dit klinkt goed maar in wezen is het niet ok. Want vanuit z'n best doen gaat hij zelf 'redder' willen zijn van zijn probleem. 'Ik' ga het hier een oplossen. 'Ik' ga m'n best doen.
2. Vanuit het bewustzijn van je 'zwakheid' ga je 'knielen', al dan niet letterlijk. Dagelijks en langere tijd. Om in je wonde te gaan staan, en wel biddend. Dat betekent: je tracht de Heer welkom te heten in je pijn van je niet-kunnen. En laat Hij je Redder maar zijn. Laat Hem zó toe dat Hij in zijn barmhartigheid je niet-kunnen ombuigt naar een meer en meer wél lukken, en wel in genade.
André Louf noemt dit een paaservaring.
Alles achterlaten betekent dan voor deze mens het jezelf willen redden achterlaten. Stoppen met je probleem zelf te willen oplossen. Het roer aan Christus geven.
Ben je daar wat mee ?
Hartelijk, kris
dank. goed en praktisch uitgelegd...
BeantwoordenVerwijderenWat als je gehuwd bent met een koppige vrouw?
BeantwoordenVerwijderenMeer liefde , zachtheid en attenties geven.
Verwijderen