maandag in week 1 van de veertigdagentijd

Het evangelie van vandaag is duidelijk: christen zijn betekent je ontfermen over je naaste. Als we dit verwaarlozen moeten we ons de vraag stellen waar we als zogenaamde christenen mee bezig zijn.

Want het is toch waar: christen zijn vraagt – naast het gebed en tijd voor bezinning - een zéér concrete beleving van naastenliefde, met een bijzóndere genegenheid voor wie arm is, zwak of broos.

Als we als christenen vergaderen om ons te buigen hoe het er aan toe gaat in onze gemeenschap gaat het vaak over organisatorische structuren, de pijnpunten inzake tekort aan priesters, de parochies die boven onze hoofden afgeschaft of vergroot worden,… Maar welke parochievergadering, of gemeenschapsgesprek, begint met de vraag: wie zijn onze eenzamen op de parochie? Waar wonen onze zieken uit onze buurt? Wie is of voelt er zich uitgesloten in onze directe omgeving? Waar zijn onze jongeren? Zijn we bereid hen op te zoeken?
Natuurlijk vraagt een parochie en iedere gemeenschap organisatie, en daar moet tijd en energie voor vrij gemaakt worden. Maar laten we a.u.b. toch niet vergeten dat we als Kerk gezonden zijn (ook) de straat op te gaan; wetend van de grote dorst die er heerst. Laten we mensen opzoeken en ontmoeten. Laten we goede initiatieven starten, of bestaande met veel dankbaarheid ondersteunen. Liefde is van onze stoel komen.

Of zoals Thomas Carlyle, een schots schrijver uit de 19e eeuw, het uitdrukte: 'Onze daden vormen de enige spiegel waarin we zien wat we zijn.'

Lieve mensen, de wereld wacht op liefde, op zingeving, op verbinding. Laten we onze naam als christen waardig en blij dragen, door gemeenschap te vormen met de gewone mens in de straat; ons brood en goederen delend met ieder.

‘Mijn kracht openbaart zich juist ten volle wanneer iemand zwak is’ – ons vastenthema dit jaar – kan in deze heel concreet betekenen: je wijze van zijn als parochie of gemeenschap durven in vraag stellen, en ook daarin de Heer helend welkom heten.

En wie om een of andere reden niet buiten kan (door ouderdom, ziekte, beperking), laat hij of zij voor de Kerk en het leven in de straat bidden. Een onontbeerlijke vorm van naastenliefde!

Laten wij bidden ...

Vader,
moge uw heilige Geest
ons steeds in beweging zetten
in naam van de Heer
uw liefde gestalte te geven.
Mogen wij als Kerk
een blijde getuigenis zijn
van uw goed-zijn
voor de mensheid.
Tot in lengte van dagen.
Amen.

Een mooie maandag,
kris

 

Reacties

  1. Wees zorgzaam, goed en hartelijk voor elkaar uit liefde tot hen en de Heer uw God, want ook Hij is goed en zorgzaam voor jou. Wat jij niet wil dat jou geschiedt doet dat ook een ander niet! Leef in het bewustzijn dat het ook van God altijd op U gericht is en Hij al uw daden en gedachten ziet. Laat Hem niet teleurgesteld zijn in u. laat Hem u kennen door uw goede daden, werken van liefde en barmhartigheid. Want deze aan mijn naaste gedaan zijn aan Hem gedaan! Leef ik voor mezelf en onderhoud ik mijn naaste wat deze nodig heeft dan zal ik voor de Heer een onbekende zijn aan zijn liefde en zal er voor mij geen plaats zijn in zijn huis van liefde, maar zal ik de eeuwige straf moeten ondergaan. Maar cijfer ik mezelf weg in navolgende liefde van de Heer, dat zal ik in zijn liefde leven en zal nu al zijn vreugde en vrede mijn deel zijn, een gave die ik als opgave tot mijn naaste zal mogen uitdelen en ten goed mag laten komen.
    Heer, leer mij meer beminnen! Leer mij U meer zien en herkennen in mijn naaste. U wil ik dienen Heer omdat Gij zoveel van mij houdt en zorg voor mij draagt.
    Wat gij niet wil dat jou geschiedt doe dat ook een ander niet en wat ik verlangt voor mezelf zo ook zijn voor mijn naaste, mezelf wegschenkend in liefde zoals Christus mijn Heer.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. En zo is dat! Wij mogen Gods liefde tonen aan de mensen.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten