Posts

Posts uit 2022 tonen

1 jan - Moeder Gods

Geliefde mensen, mag ik vooreerst ieder van u een vredevol 2023 toewensen. Moge je innerlijk geheel geopend zijn voor onze Drie-ene God, opdat Hij zich mag openbaren doorheen je gebed, doorheen allen die je ontmoet, doorheen zoveel situaties. Moge je omgang met Hem leiden tot een liefde-vol leven, en wel in zijn naam. Vandaag lezen we in het evangelie: Maria bewaarde al deze woorden in haar hart en bleef erover nadenken.  In deze woorden leren we Maria kennen als een contemplatief iemand. Ze koestert haar innerlijke stilte om alles wat ze ziet en hoort ingang te doen vinden in haar diepste zelf. Je zou kunnen zeggen dat ze zich niet bezig hield met onmiddellijk te gaan interpreteren en er conclusies uit te trekken. Nee, wat is laten zijn, en wel in zijn puurheid. Geen invulling, geen woorden, geen duiding. Stilte. Stilte is iets dat we vaak missen in deze wereld die getekend is door veel lawaai en drukte vanuit zoveel verschillende hoeken. Misschien moeten we in 2023 wat meer stil

zaterdag in kerstoctaaf

Het Woord is mens geworden en heeft in ons midden gewoond, vol van genade en waarheid. Zo lezen we vandaag in het evangelie. Lieve mensen, het is vandaag de laatste dag van het jaar. Een iets of wat speciale dag, zeker naar de latere uren toe. Sommigen dansen het jaar feestend uit, weer anderen genieten van een intiem samen-zijn met familie of vrienden, sommigen bidden van oud naar nieuw; op zich mooi. Ik zou u willen uitnodigen, de woorden uit het Johannes-evangelie hierboven aanhalend, dit jaar in diepe dankbaarheid af te sluiten. Dankbaarheid op de eerste plaats om God die bij ons is in Jezus Christus. Mensen, dat is zo’n groot geschenk voor de mensheid! We kunnen daar ons niet genoeg bewust van zijn. Jezus is áltijd bij ons, zowel op momenten dat wij bij Hem zijn alsook op momenten dat wij niet bij Hem zijn. Hij is trouw, ook al zijn wij, of is de mensheid, wel eens ontrouw. En steeds opnieuw staat God in zijn Zoon op ons te wachten om ons weer in zijn armen te sluiten, ons omhel

H. Familie - A

Vandaag vieren we het gezin 'Jezus, Maria en Jozef', de 'heilige' familie, zoals men dat dan plechtig noemt. Wat dit gezin zo heilig maakt lezen we misschien wel bij Paulus vandaag, waar hij de gemeenschap van Kolosse oproept zich in de liefde te kleden. Dat is de band - zo schrijft hij - die hen tot volmaakte eenheid zal maken. Dat kan zeker gezegd worden van Maria, Jozef en Jezus: zij hebben zich gekleed in Gods liefde, en dat maakte hen één; één in de liefde voor elkaar, vanuit de liefde van en voor God die zij in zich droegen. Dat maakte hen tot een hecht gezin; een familie die tot doel had te leven in Gods plan, daar alles voor te doen en te geven, tot hun eigen leven toe. Dat deed ieder op de plaats waar God hem of haar bracht. Jozef moest dit doen als Jozef, Maria als Maria, en Jezus als Jezus. Zij verlangden niet van elkaar te zijn zoals zijzelf waren. Nee, hun eenheid van liefde bestond erin elkaar zo nabij te zijn, of los te laten, dat ieder kon doen wat hij

donderdag in kerstoctaaf

Simeon loofde God met de woorden: ‘Nu laat U, Heer, uw dienaar in vrede heengaan, zoals U hebt beloofd. Want met eigen ogen heb ik de redding gezien die U bewerkt hebt ten overstaan van alle volken: een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen en dat tot eer strekt van Israël, uw volk.’ Zij die vertrouwd zijn met het Getijdengebed weten dat deze woorden van lof iedere avond worden gebeden – al dan niet zingend -  tijdens de completen. Wat mooi is. Want daarin wordt uitgedrukt dat het ‘mooiste’ en het ‘diepste’ wat een mens kan meemaken gebeurd is tijdens de dag: het aanschouwen van, het aangeraakt worden door, het in relatie treden met, de Heer. Niets is inderdaad mooier dan de Heer te ontmoeten doorheen de dag: tijdens je gebed, je omgang met anderen, in je daden van goedheid, in je verwondering om al wat schoon en edel is. Je ’s avonds bewust zijn van deze ‘omgang’ met de Heer stemt je inderdaad tot vrede. Zowel om het feit dat Hij naar je toekwam, alsook om het feit dat jij i

28 dec - Onschuldige Kinderen

De angst van Herodes om zijn macht te verliezen, zelfs tegenover een kind, drijft hem tot ongekende wreedheid. Herodes wil tegen elke prijs zijn troon redden, ook als hij daardoor een ongehoord en niet goed te praten bloedbad moet aanrichten. Maar Jozef dwarsboomt het wrede kwaad, hoewel hij helemaal geen macht heeft. Zijn enige kracht is zijn geloof. Jozef luistert naar de engel en doet wat die hem opdraagt: ‘Maak je gereed en vlucht met het kind en zijn moeder naar Egypte'. Deze bladzijde van het evangelie is helaas niet enkel geschiedenis, maar ook brandend actueel. Ook vandaag nog vinden er massaslachtingen plaats. Denken we aan de inmiddels vele duizenden mensen die zijn omgekomen bij die kwaadaardige en zinloze oorlog in Oekraïne. Denken we ook aan de vele migranten die het leven verloren bij het op de vlucht zijn voor oorlog en conflicten elders in de wereld, aan die vele mensen die de dood vonden terwijl ze de woestijn of de zee overstaken. Of aan de miljoenen kinderen di

27 dec - Johannes

De eerste lezing van vandaag - uit de eerste brief van Johannes - eindigt met: We schrijven u deze brief om onze vreugde volkomen te maken. Waarin bestond de vreugde waarover Johannes en de zijnen schrijft? Ik vermoed dat het ging om het kennen van de Heer, zoals we in de zinnen daarvoor lezen. Hem kennen, Hem gezien en aangeraakt hebben, Hem ontmoet te hebben, gaf hen schijnbaar een onnoembare vreugde. En toch ontbrak er iets aan hun vreugde. Namelijk het meedelen van de Heer. Zij doen dat op die moment doorheen een brief, en dat maakt hun vreugde volkomen , zo schrijft hij. Lieve mensen, ik denk dat velen van ons vrede en vreugde ervaren in hun geloofsleven, daarom niet als een constante, maar Gods vrede dragen door je christelijk leven ... het is velen niet vreemd. Deze innerlijke vreugde kan zich manifesteren in momenten van gebed, tijdens een eucharistie, bij het lezen van de Schrift. Maar ook in handelingen als het schenken van vergeving, delen met wie minder heeft, gewoon dade

26 dec - Stefanus

Moesten we gisteren met Kerst ons al hebben laten meeslepen door allerhande romantische beelden die ons in een zekere sfeer brachten, de lezingen van vandaag zetten ons al snel weer met de voeten op de aarde. Niet voor niets plaatst de Kerk de gedachtenis aan Stefanus onmiddellijk na Kerst. Wat Stefanus namelijk meemaakt, is de uiterste consequentie van de navolging van het Kind in de kribbe. Niet dat we met z’n allen nu de marteldood moeten gaan sterven, maar het toont wel dat de trouwe liefde aan God gevolgen kan hebben. En dan moeten we spreken over kruisliefde, over consequenties, of minstens over de intentie Jezus’ kruis op te nemen wanneer de liefde dit vraagt. En de liefde vraagt dat. Heel dikwijls. Liefde vraagt keuze. Het gaat om engagement. Liefde vraagt afsterven aan een zeker oppervlakkig ik dat wil leven voor zichzelf. Liefde leeft voor de ander. Liefde kijkt naar God en probeert te begrijpen wat God wil. Liefde omarmt en koestert die wil van God. En dan zal je al snel me

Kerstmis

De herders gingen terug, terwijl ze God loofden en prezen om alles wat ze gehoord en gezien hadden... Persoonlijk heb ik een boontje voor de herders in het kerstverhaal. Zij leefden in de realiteit van het gewone leven: het waren arbeidslui, leefden niet in paleizen, leefden met de seizoenen der natuur. Hun leven was ver van romantiek, dikwijls hard en ruw, zoals het leven voor velen van ons is. Het waren mensen met haken en ogen, levend op kromme lijnen; mensen zoals u en ik. Mooi toch hoe deze groep mensen de eer kreeg om als eersten, uiteraard na Maria en Jozef (en de dieren), het Kind te mogen zien, te mogen aanbidden. Geen keizers en koningen, geen vooraanstaande religieuze mensen, maar gewone eenvoudige lieden mochten als eersten het Kind bewonderen. Die nederigheid, die kleinheid, dat 'afdalen' hebben we nodig. Gods menswording past niet in een hart dat uit is op prestige en wereldse glitter. Paus Franciscus sprak het vorig jaar nog duidelijk uit in zijn kersttoespraak

24 dec

Zacharias profeteerde: ‘Dankzij de liefdevolle barmhartigheid van onze God zal het stralende licht uit de hemel zich over ons ontfermen en schijnen over allen die in duisternis verkeren, in de schaduw van de dood, zodat we onze voeten kunnen zetten op de weg van de vrede.’ In één zin vat Zacharias samen wat we de komende nacht mogen verwachten. Het begint met 'Dankzij de liefdevolle barmhartigheid...' Het initiatief ligt bij God. De oorsprong van de menswording is Gods liefde, Hij die één en al liefde is; liefde voor de mens; zijn troetelkind, zijn oogappel. Naar hem komt Hij toe, naar hem buigt Hij zich neer, zijn voeten zal Hij wassen. Liefdevol en genezend komt Hij de mensheid ten diepste aanraken, door ons deelgenoot te maken van zijn liefde. Die liefde, dat stralende licht , zal zichtbaar worden in het Christuskind, liggend in de kribbe, gave voor de wereld, genade voor elke mens. Over allen die in duisternis leven , zo zegt het vers, zal het licht schijnen , zal Hij z

23 dec

Vandaag horen we over de geboorte van Johannes de Doper, neef en voorloper van Jezus. Een wat merkwaardig figuur die meer thuishoort bij de strenge oordelende profeten dan bij de warme goddelijke barmhartigheid die Jezus kwam brengen. Maar in zijn zogenaamde hardheid was hij duidelijk en klaar: bereid de weg van de Heer (in jezelf), laat de zonde achter, laat je dopen als voorbereiding op de Komende.   Johannes was een vreemd figuur, maar we moeten hem echt wel serieus nemen; zowel in persoon als in wat hij zei (en in zekere zin 'zegt'). Er is maar één manier om je op het komen van God in het Christuskind goed voor te bereiden, en dat is afstand nemen van je zonden, je nee-woorden, je slechte gewoonten, je laksheid, en zo meer. Het is met een proper hart en met de juiste intenties je openen voor Hem die je zal vullen met zichzelf, opdat Hij je leven kan worden ten bate van het leven in de Kerk, en in wezen heel de mensheid. Lieve mensen, laten we beslissen; kiezen voor de weg

22 dec

Wie in ontmoeting leeft met God, draagt vreugde. Daarom geen uitbundige vreugde met veel toeters en bellen, maar vooral een innerlijke vreugde. Iets dergelijks lezen we vandaag in het evangelie in dat mooie lied dat we ‘het magnificat’ zijn gaan noemen. Maria prijst God omdat Hij omziet naar het kleine, omdat Hij het nederige uitkiest om gebaard te worden voor de mensheid. Maria weet zich aangeraakt door God en dat doet haar ziel in vreugde ontvlammen. Lieve mensen, we zijn Maria niet, en we zijn geen fysische dragers van de Heer, en we zullen Hem ook niet zichtbaar baren. Anderzijds zijn we wel geroepen Maria te zijn, dragers van de Heer, geroepen Hem te baren voor de mensheid. 'Leven in hoop' is je gelovig bewust zijn dat God ook u heeft aangeraakt, en dat je geroepen bent te leven vanuit deze aanraking. Laten we ons daarbij spiegelen aan Maria. Ja, laat ons klein zijn en nederig, beschikbaar en dienstbaar. Opdat ook wij dragers zouden zijn van de Heer, bereid zijnde Hem

21 dec

De verzen die we vandaag horen uit het boek Hooglied gaan over verliefdheid; over een wederzijdse verliefdheid; een verliefdheid in de diepe betekenis van het woord, ver voorbij romantiek en spontaan buikgevoel. Hier gaat het om een goddelijke verliefdheid; een verliefdheid die haar ontstaan en wortels heeft in God zelf. Het gaat over een verliefdheid die opwekt, die fris is, die zingt van vreugde. Het is verliefdheid langs beide kanten. En dat maakt de verliefdheid juist zo vol, zo levendig, zo vruchtbaar. Het wordt een samensmelten van twee geliefden. Mooi zijn de woorden die de schrijver heeft gekozen om de liefde van God te bezingen. Als een jong hert snelt Hij naar ons toe, springend over de bergen, dansend over de heuvels, kijkend door het venster of Hij ons ziet... Prachtig. Zo is God, oud misschien in jaren, maar zo jong en jeugdig in zijn liefde; fris, blij, enthousiast... tot over zijn goddelijke oren verliefd. Ja, zo kijkt God naar ons. Zo komt, wat zeg ik... zo ‘snelt’ H

20 dec

God bezocht Maria via zijn engel. Wat een gebeuren! En dan nog wel met de aankondiging dat zij de Zoon van de Allerhoogste zou dragen. Onvoorstelbaar, maar waar. Eerst was er schrik, huivering, vragen, maar uiteindelijk zei Maria wel ‘ja’ tot de engel, wat een heus scharnierpunt zal worden in de geschiedenis. Hoe komt het dat Maria ‘ja’ zei? Wel, we kunnen dan samenvatten in de woorden: ‘Als God er is voor mij, dan ben ik er voor Hem.’ Wederkerige liefde noemt men dat. Liefde roept op tot liefde. Liefde wekt liefde. Ook al zijn wij in onze persoon niet uitgekozen - zoals het bij Maria wel het geval was - om Jezus te dragen en te baren, in wezen zijn we wel uitgenodigd tot hetzelfde ‘ja’. God komt niet anders tot ons dan Hij tot Maria is gekomen. In zekere zin vraagt God ook aan ons: ‘Ben je bereid de Heer te dragen, en te baren voor de mensheid?’ God kiest ieder van ons, Hij kiest u, Hij kiest mij, en spreekt ieder aan bij onze naam, heel persoonlijk, zeer gericht. Hij doet dat niet

19 dec

Zacharias werd door de engel letterlijk door stomheid geslagen toen deze hem de vraag stelde hoe hij kon weten of dit spreken van hem wel waar was. Misschien vinden we dat Zacharias overdreven behandeld werd. Negen maanden niet mogen spreken... dat is nogal wat... En toch... Deze negen maanden waren voor Zacharias beslist een tijd van diepe genade; een tijd waar hij in stilte kon nadenken over Gods beloften. En uit het prachtige gebed bij de geboorte van zijn zoon kunnen we opmaken dat dit inderdaad geen verloren tijd was. Wij leven in een tijd waarin veel gepraat wordt, en alles schijnbaar bepraat moet worden. Iedereen is maar aan de praat, letterlijk met de mond, of via sms, of andere kanalen via de zogenaamde ‘sociale’ media. Alsof het heil voort zal komen uit al dat menselijke getater. Natuurlijk kan God ook aanwezig zijn doorheen ons spreken, maar soms is het ook goed af en toe te zwijgen zonder alsmaar te denken te moeten praten. Kierkegaard (Deens protestants theoloog en filo

zondag 4 in de advent - A

Stel: je bent verliefd, meer: je bent verloofd. En ineens komt je geliefde naar je toe met de mededeling dat ze in verwachting is. ‘Oh schat, niet boos zijn, het is niet wat je denkt. Ik ben in verwachting door de heilige Geest’. Hoe zou je reageren? Jozef, een welopgevoed en rechtschapen man, wilde het proper oplossen, en in stilte van haar scheiden; haar dus niet openlijk in opspraak brengen. Wat hem ten diepste sierde. Ik denk dat God even in zijn wijze haren moet gekrabd hebben… Wat nu? Dat gaat hier niet goed komen… Hij kwam op het lumineuze idee Jozef een droom te schenken waarin een engel hem tot rust kon brengen en waardoor hij, hopelijk dan toch, de waarheid zou aannemen. Wat Jozef ook deed. En hij nam, zo lezenn we, Maria tot zijn vrouw. Het goddelijk plan kon doorgaan. Ik vermoed dat na dit gebeuren tussen Maria en Jozef geen enkele vrouw meer schoorvoetend naar haar lief is moeten stappen met de woorden dat ze in verwachting is geraakt door de heilige Geest. En toch… Er

17 dec

God is mens geworden. Hij heeft een menselijke voorgeschiedenis, een geslachtslijst, voorouders, een grootvader, een grootmoeder, een vader, een moeder, al laat de schrijver van de geslachtslijst duidelijk uitkomen, dat die niet zijn echte vader en moeder waren, want Jezus wordt hier niet voorgesteld als het kind van vader Jozef, maar als het kind van Maria die Hem heeft voortgebracht, niet uit kracht van een man, maar uit kracht van de heilige Geest van God. Wat is Hij ons nabij gekomen! En wat een verschil met de andere goden! Israëls God is een god van mensen, de goden der volkeren zijn goden van plaatsen, van plaatselijke heiligdommen: Thebe, Delfi, Babel enzovoort. Jahwe was de God van een nomadenvolk, zonder vaste woonplaats, heen en weer trekkend tussen de vruchtbare beddingen van de Nijl in Egypte en de vruchtbare rivierbeddingen van Tigris en Eufraat in het Oosten. Die andere volkeren waren rijk, want ze hadden beslag kunnen leggen op de meest vruchtbare zones van dat gebied,

vrijdag in week 3 van de advent

Mijn tempel zal heten Huis van gebed voor alle volken. Wat een mooie en vooral hoopgevende uitspraak van de Heer opgetekend door de profeet Jesaja. Hoop - nog steeds ons adventsthema - is niet enkel iets dat de mens in zich draagt, maar ook God. God droomt van een wereld waar de mensen de liefde beminnen, van een wereldgemeenschap waar zijn goedheid handen en voeten krijgt, van een wereldwijde samenleving die getekend is door vrede. Jesaja stelt het voor als een visioen: 'Mijn tempel zal heten Huis van gebed voor alle volken. De hoop van God is zo sterk dat Hij het stelt als iets dat zal gebeuren: 'Mijn tempel zal heten...'. Jesaja had het ook kunnen verwoorden als: 'Zo graag had Ik gehad dat mijn tempel in de verre toekomst zal heten...' . Nee, 'mijn tempel zal heten...'. Dat is juist het sterke van een visioen: er wordt gesteld dat iets is, terwijl het nog niet is. Het is er, en het is er nog niet. Dat brengt het visioen heel dicht bij ons leven, en doet

donderdag in week 3 van de advent

Al zouden de bergen wijken en de heuvels wankelen, mijn liefde zal nooit meer van jou wijken en mijn vredesverbond is onwankelbaar – zegt de Heer, die zich over je ontfermt.  Zo lezen we vandaag bij Jesaja. Wat een goddelijke liefde straalt uit deze uitspraak van God voor ieder van ons. De mens moet zijn oogappel wel zijn, zijn troetelkind, zijn pupil, zijn lieveling. Niet 'zomaar de mens', maar heel concreet: wij allen, jij, ik, iedereen. Deze God buigt zich naar ons toe in het Kerstkind, in de figuur van Jezus. Over deze God heeft Jezus gesproken. Deze liefde heeft Jezus getoond. Jezus was zelf, als persoon, de belichaming van deze liefde. Hoe groots toch de menswording van God in Jezus. Wat een geschenk aan de mensheid! Als je de wereld van vandaag inkijkt, kun je op z'n minst zeggen dat de mens héél ondankbaar omgaat met het feit dat God op zo'n wijze z'n liefde geeft. Normaal zou je denken dat de mens als antwoord op Gods liefde zich zou engageren tot een wer

woensdag in week 3 van de advent

Jezus antwoordde: ‘Zeg tegen Johannes wat jullie gezien en gehoord hebben: blinden zien en verlamden lopen, mensen die onrein zijn door een huidziekte worden gereinigd en doven horen, doden worden opgewekt en aan armen wordt het goede nieuws bekendgemaakt. Gelukkig is degene die aan Mij geen aanstoot neemt.’ Wanneer mensen naar ons gestuurd zouden worden met de vraag: 'Zijn jullie die gemeenschap die men christenen noemt ?', dan zouden wij als antwoord moeten kunnen geven: ‘Ga terug en zeg wat jullie zien en horen: mensen die verlamd zijn geraakt door oordeel ervaren weer dat zij bemind worden, mensen die gezondigd hebben groeien op hun weg naar bekering door eerlijk berouw en het krijgen van vergeving, mensen met depressies komen weer langzaam maar zeker tot leven, armen worden in de kring van de gemeenschap geplaatst en weten zich erbij, mensen die ziek waren door verwerping ervaren weer genezing door liefde die hen aangeboden wordt, eenzamen worden opgezocht, bejaarden word

dinsdag in week 2 van de advent

Vandaag horen we Gods Woord doorheen de profeet Sefanja: Ik zal een arm en zwak volk binnen je muren achterlaten dat in de naam van de Heer een toevlucht vindt. Het gaat hier over de 'rest van Israël', de zogenaamde Anawim, de armen van Jahwe. Letterlijk betekent 'anawim': de gebogene, in de zin van gebukt moeten gaan onder de last van het regime, opgelegde wetten, enz... In religieuze context betekent 'anawim' ook: 'het op God gerichte hart', de 'arme van geest', de ootmoedige, de nederige. Deze 'armen van geest', waar Jezus in de bergrede acht zaligheden aan zal wijden, zijn God zéér lief. En dit om de eenvoudige reden dat deze mensen stil weten en diep aanvoelen waarover het gaat. En dit niet alleen weten en aanvoelen, maar het ook leven. Niet vanuit een 'Kijk naar ons, want wij weten het' , maar vanuit een stille nederige overgave aan God en wat komen gaat. Het zijn mensen die leven in de tegenwoordigheid van God, in 'he

maandag in week 3 van de advent

De hogepriesters en de oudsten waren bekommerd om zichzelf, hun denken, hun veiligheid, en niet om de waarheid. Dat maakte hen niet enkel blind, maar ook ontoegankelijk. Hun hart bleef gesloten. Laten we niet te snel denken dat we niet zijn zoals de oudsten en de hogepriesters uit het evangelie van vandaag. De meesten van ons besteden heel wat energie in het omhelzen wat zij zien als hun waarheid. Wat ik denk, wat ik zeg, hoe ik het zie… ja, dat vind ik toch wel belangrijk. En een ander moet dat maar respecteren. Ieder z’n waarheid… weet je wel? Als we allemaal zo moesten praten en leven… er zou nog weinig plaats zijn voor ‘dé waarheid’. Gods waarheid is een waarheid die we niet kunnen maken, we kunnen haar enkel ontvangen. De Geest zal ze ons openbaren. Dit vraagt openheid, leegte, innerlijke armoede. Het vraagt geloof, in de zin van je toevertrouwen aan het waaien van de Geest. Sneller en makkelijker gezegd dan gedaan. In deze is het belangrijk bereid te zijn je altijd opnieuw kri

zondag 3 in de advent - A

‘Heb geduld, broeders en zusters, tot de Heer komt.’   Zo lezen we vandaag in de tweede lezing uit de brief van Jakobus. Ik zou met u, op deze derde adventszondag, eens willen nadenken over dat woordje ‘geduld’ dat dikwijls, terecht overigens, wordt aangehaald in de adventsperiode. Het mag duidelijk zijn dat het hier niet gaat over een passief gebeuren. Het is niet zomaar wachten op Kerst. Nee, het is veeleer een actief uitkijken naar die momenten, naar die plaatsen, naar die gelegenheden, waar de Heer komt, waar Hij zich openbaart, waar Hij uitnodigt. In die zin heeft geduld wezenlijk te maken met waakzaamheid en engagement. Dit in het achterhoofd citeer ik graag volgende woorden van Thomas Merton: “Het is onze taak Christus te zoeken en te vinden in de wereld zoals hij is, niet zoals hij zou kunnen zijn. Het feit dat de wereld er anders uitziet dan zou moeten, verandert niets aan de waarheid dat Christus erin aanwezig is. Onze advent is de viering van die hoop. Niet de komst van C

zaterdag in week 2 van de advent

Elia was een typisch profeet zoals wij ze dikwijls voorstellen, en kennen uit het Oude Testament. Vurig, en radicaal. Ze voelden zich verantwoordelijk om in een onheilige wereld het heilige aanwezig te stellen. Ze spraken, of riepen, met een vurige begeestering, oordelend en oproepend. Ze wilden het volk op deze wijze tot luisteren dwingen, omwille van God die in het dagelijks leven zo dikwijls verloochend werd. Zo was Elia, en met hem vele profeten. Ook Johannes de Doper was niet anders. Hoewel deze laatste ook nog een specifiek zending vervulde, namelijk voorloper te zijn van de Komende. Die Komende, Jezus, ja, die kwam ook met vuur, maar – zo mogen we zeggen – Hij kwam met een geheel nieuw vuur. Geen vernietigend vuur, geen oordelend vuur, maar een innerlijk vuur, een mild vuur, een zacht vuur. Jezus kwam met het vuur van de heilige Geest; een vuur dat de mens tot gebed zal aanzetten, een vuur dat de mens in ware Godsontmoeting zal brengen, een zachte gloed dat de hele mens van bin

vrijdag in week 2 van de advent

‘Ik geef jullie onderricht in je eigen belang...’ , zo lezen we vandaag bij de profeet Jesaja. Gods onderricht gaat veel dieper dan een gericht zijn op een 'weten hoe het moet'. Want, wat dit laatste betreft: in ons hoofdje weten we doorgaans maar al te goed hoe het moet. En toch spelen we het maar met mate klaar te doen wat God vraagt. De reden zit 'm doorgaans in het feit dat we ons moeilijk kunnen toevertrouwen aan het werkelijke onderricht dat God ons bieden wil: het onderricht van het hart. Immers, het onderricht dat God biedt is niet zozeer gericht op een verstandelijk kennen of weten. Wat Hij wil is ons in ontmoeting brengen met Zichzelf, dat veel dieper reikt dan onderricht geven puur op vlak van verstandelijk kennen of weten. Het gaat om eenwording, vereniging, intimiteit tussen God (in Christus) en wij. Dit 'gaan met de Heer', deze verkering tussen Hem en ons, gaat zoveel dieper dan een verstandelijk weten. Het gaat veeleer om een ervaring van samensmel

Onbevlekte Ontvangenis

De passage uit Genesis verhaalt in symbolische taal het begin van de menselijke geschiedenis: Adam en Eva verraden Gods liefde. Dit verhaal onthult het mysterie van de zonde, die erfzonde wordt genoemd, in die zin dat zij aan de oorsprong ligt van het kwaad, ook het kwaad van onze tijd. Het beeld van de slang betekent dat de verleider in het hart van de mens zit en hem aanspoort om koste wat kost als God te zijn. Wij zijn immers allen geneigd om ons meesters te voelen; niet alleen over onszelf, maar ook over anderen. Daartegenover staat Maria, die de Kerk ons laat beschouwen vanaf de conceptie. Zij werd behoed voor de erfschuld, voor dat instinct van eigenliefde dat ieder mens verwondt, om de Zoon van God te kunnen verwelkomen. Met Maria wordt dus de tragische keten verbroken die mensen leidt naar geweld en zonde. Met Maria begint een nieuwe bladzijde in de geschiedenis van de mensheid, één van vriendschap met God, nog mooier dan die de stamouders hadden in de tuin vóór de zondeval.

woensdag in week 2 van de advent

Vandaag lezen we bij de profeet Jesaja: 'De Heer geeft de vermoeide kracht.' Heb je ook soms van die dagen dan het moeilijk gaat, in de zin van dat je je precies door de dag heen moet sleuren? Dit kan op fysiek vlak zijn, maar evengoed op psychisch vlak, en zelfs op religieus vlak. Zonder dat we het altijd beseffen lopen deze drie soms door elkaar, overlappen ze elkaar, heeft het een invloed op het ander, enz... . Een mens is een geheel en alles hangt aan elkaar. Ja, soms kan het leven een echte pffffffff zijn, één grote zucht. Soms zijn we op, weegt alles zwaar, kunnen we moeilijk bidden, ons lichaam doet pijn, we zijn moe, we voelen ons niet begrepen, die stomme rekeningen die er nog liggen, we zijn eenzaam, we leven met schuldgevoel,... . Ach, het is bij ieder van ons hoor. Iemand die beweert dat hij van dit alles geen last heeft: vooral niks van geloven!! Je kan dan heel mooie adventsthema’s verzinnen zoals bijvoorbeeld ‘Hoop doet leven’ . Het zegt je niets. Al die schon

dinsdag in week 2 van de advent

Als iemand honderd schapen bezit en een daarvan dwaalt af, zal hij er dan niet negenennegentig in de bergen achterlaten en op weg gaan om het afgedwaalde dier te zoeken? Woorden van Jezus vandaag. God vinden is iets groots in een mensenleven. Het geeft immers een hele nieuwe wending aan je leven. Zo krijgen liefdesdaden een eeuwigheidswaarde, je zult je geroepen of gezonden weten, je weet je ten diepste verlost, vergeving krijgen van ‘hierboven’ zul je naar ziel en lijf ervaren, je beleeft je geloof als gemeenschapscheppend, je zult bij momenten diep in jezelf vrede en vreugde ervaren bij het leven in Gods aanwezigheid, je zult leren dorheden te dragen en daar zin aan te geven, je gaat het kruis zien als een weg van diepe genade,… Je zult een vervulling en een vrede ervaren die je eigenlijk iedereen wil gunnen. Om de eenvoudige reden dat je aanvoelt en weet: dát is de weg die we te gaan hebben, dát is de weg waartoe God roept, dát is de weg die Hij aanbiedt in zijn zoon Jezus Christu

maandag in week 2 van de advent

Er kwamen een paar mannen met een verlamde op een draagbed, die ze naar binnen wilden brengen om hem voor Jezus neer te leggen. Maar ze zagen geen kans om door de mensenmassa heen te komen, en dus gingen ze het dak op en lieten hem op het bed door een opening in het tegeldak naar beneden zakken tot vlak voor Jezus.  Zo lezen we vandaag in het evangelie. Mooi toch hoe die enkele mannen hun vriend tot bij Jezus brachten door het dak op te klimmen om hem vervolgens te laten zakken tot net voor de Heer. Het past zeer mooi binnen ons adventsthema ‘hoop doet leven’. Hoop is niet enkel verlangen dat iets gaat komen, het is uit je zetel komen opdat wat je verlangt zou gebeuren. In die zin gaat hoop mee op weg. Hoop engageert zich. Hoop neemt zijn verantwoordelijkheid. Hoop zet aan tot elkaar dragen. Hoop schept gemeenschap. Hoop brengt jezelf en je naasten tot in het hart van het bestaan. En dat hart is voor christenen Christus. Hoop doet leven, omdat hoop je in Christus brengt; Christus die

zondag 2 advent A

Bij Paulus lezen we vandaag: ‘Aanvaard elkaar ter ere van God.’ Overwal waar mensen samen komen, samen werken of samen wonen, zou deze zin goed zichtbaar aan de muur moeten hangen. In gezinnen, op werkvloeren, in kloostergemeenschappen, tijdens parochievergaderingen, in klaslokalen,… Aanvaard elkaar ter ere van God; een levensopdracht. Je moet verdomd diep liefhebben om dit te kunnen waarmaken. Meer zelfs: enkel de liefde zal ons in staat stellen elkaar ten diepste te aanvaarden. Heel dikwijls (en we zijn ons daarvan niet altijd bewust) verwachten wij van de anderen dat zij zijn zoals wij zijn, dat zij denken zoals wij denken, dat ze handelen zoals wij dat zouden doen. We ontkennen dat snel, maar diep vanbinnen speelt dit sterker dan we doorgaans vermoeden. Het is moeilijk de ander in zijn anders-zijn te beminnen. Elke gehuwde weet dit, maar ik vermoed ook iedere religieus die in een communiteit woont, of zij die om de zoveel tijd samenkomen in parochiaal verband. Het anders-zijn i

zaterdag in week 1 advent

Vandaag lezen we in het evangelie: Toen Jezus de mensenmenigte zag, voelde Hij medelijden met hen, omdat ze uitgeput en hulpeloos waren, als schapen zonder herder.  Laten we eens kijken naar de mensenmenigte van vandaag; wereldwijd, maar ook rondom ons; in onze straat, en misschien wel in eigen huis. We leven in lastige tijden. Veel mensen zijn vandaag levensmoe en vechten tegen depressie. Sommigen verlangen zelfs liever dood te zijn dan morgen weer de dag te moeten aangaan,… Zonder een onheilsprofeet te willen zijn, is het gewoon een feit dat vele mensen vandaag de dag 'op’ zijn, om welke reden ook. Men mist houvast in het leven, men mist bestaans-zin, een doel om voor te leven. In deze dagen komt de kerstversiering weer boven. We zien het langs vensters en in voortuinen. Mooi, en ook zinvol, in deze donkere dagen. Maar het is tevens een feit dat er achter heel wat gevels een verborgen leed aanwezig is getekend door moeheid en eenzaamheid. Het evangelie vandaag spreekt over ‘ui

vrijdag in week 1 advent

Nadat Hij een huis was binnengegaan, kwamen de blinden naar Hem toe. Zo lezen we vandaag in het evangelie. Verder lezen we dat, door hun sterk geloof, de blinden hun ogen open gingen. Maar, en daar wou ik even met u over nadenken, het gebeurde in dat ene huis. Een aanraking van de Heer gebeurt doorgaans niet op straat, niet in het rumoer van de wereld. En dat heb ik het niet over de Heer ontmoeten in de armen die we vaak op straat tegenkomen, of doorheen situaties die zich ook in rumoer voordoen. Ik heb het over het intieme samenzijn met de Heer, in ‘afzondering’. Het is zo’n beetje hetzelfde waar Jezus zegt: ‘Als jullie bidden, trek je dan terug in je huis, sluit de deur en bid tot je Vader die in het verborgene is.’ (Mt.6,6). We hebben die afzondering, die stilte, nodig om de Heer te kunnen ontmoeten, om Hem te kunnen welkom heten. Ook al zijn we geroepen ons te engageren in de wereld, soms is het goed, en nodig, momenten vrij te maken waar je even niet – bij wijze van spreken –

donderdag in week 1 advent

De rots waarover het evangelie spreekt, is Christus zelf. Bedoeling en roeping is ons ‘huis’ te bouwen op Hem. Dit ‘huis’ zal niet instorten, opdat Christus het fundament zal zijn van ons bestaan. Een christen leeft in de hoop en het diepe verlangen dat hij in deze sterkte mag staan: Christus in zich dragen als dé fundering van zijn bestaan. Wat niet wil zeggen dat hij er zich niet bewust van is dat er tegen het huis niet gebeukt zal worden. Hij weet goed dat dat heel zeker wel zal zijn. Maar hij zal steeds de ondergrond, de rots, Christus, in her-innering houden, in de zin dat hij zich in Hem verankerd heeft, innig met Hem verbonden. Hij draagt de Heer als een  innerlijk fundament waarop hij in vertrouwen mag bouwen. Op Christus mag hij vertrouwen dat datgene wat tracht in te beuken niet de macht heeft zijn ziel te schaden. Oh ja, misschien wel het lichaam, en vele andere dingen. Maar niet de ziel. Want die is vervuld met de Heer, die ziel is bewoond, en wie zich toevertrouwt aan dez

Andreas

Vandaag feest. Elke apostel heeft z’n feestdag, dus ook Andreas. Andreas was een enthousiast volgeling van de Heer die, zo lezen we in het evangelie van vandaag, bereid was haven en goed achter te laten om de Heer te volgen nadat Hij hem riep. En eigenlijk is het mooi, om bij het begin van de advent, na te denken over onze eigen roeping, hoe we deze ontvangen en dragen, om vervolgens te baren doorheen ons ja-woord. Dikwijls zeggen mensen tegen elkaar: 'Je moet doen wat je voor jezelf het beste vindt, als je maar gelukkig bent'. Men zegt dit over het algemeen goed bedoeld, maar het heeft een heidens ondertoontje. Een christen zou veeleer moeten zeggen: 'Je zou moeten trachten te weten te komen wat God met je leven wil, en dát trachten te doen.' Dát is evangelie. Ja, het is de Heer die roept. We roepen niet onszelf, we roepen ook niet anderen. Het is de Heer die roept en Hij alleen. Het kan natuurlijk zijn dat Hij mensen gebruikt om anderen te roepen, maar in wezen blijf

dinsdag in week 1 advent

Vervuld van de heilige Geest begon Jezus te juichen en zei: 'Ik loof U, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat U deze dingen voor wijzen en verstandigen hebt verborgen, maar ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld. Ja, Vader, zo hebt U het gewild.' Zo lezen we vandaag in het evangelie. Jezus prijst de eenvoudigen van hart. Het zijn de armen van geest. Het zijn zij die de kunst verstaan zich in alle nederigheid te openen voor God. Toevertrouwen en overgave zijn de sleutels van hun zijn. Dit heeft - voor alle duidelijkheid - niets te maken met al of niet 'slim' zijn, theologisch geschoold of andere hogere studies. Het heeft te maken met een innerlijke houding; een houding van toewijding aan God, zich klein wetend (niet in de vernederende zin van het woord) tegenover God. Het is hij die God God laat zijn, zich bewust zijnde dat hij een penseel mag zijn van Gods liefdevolle aanwezigheid. Als we ons adventsthema (hoop) leggen op bovenstaand citaat, denk ik dat we als christe

maandag in week 1 advent

Jezus prees de centurio om zijn geloof. Vaak komen vrome joden tot bij Jezus met de vraag om bekering. Maar in dit geval een centurio, iemand die een zeer hoge officiersrang bekleedde binnen het Romeins leger. Maar wie er ook tot bij Jezus kwam, en komt ... Jezus ziet altijd de méns voor hem, los van stand, volk, of zelfs religie; de méns met zijn honger en dorst. Wie bereid is z'n eigen bevrijding uit handen te geven wordt altijd door God ontvangen. In zekere zin wacht God tot de mens de stap zet van onthechting wat eigen redding betreft. Pas dan komt er plaats voor heling. Wie z'n leven toe-eigent sluit zich af voor God. Wie zich opent, wie z'n leven uit handen geeft, wie zich toevertrouwt aan God, geeft zichzelf én God de mogelijkheid tot bevrijding en genezing. Het is duidelijk dat de centurio hoop (ons advendsthema) in zich droeg; hoop dat Jezus zijn knecht zou kunnen bevrijden van z'n hevige pijnen. Misschien hoopte hij wel dat Jezus zijn knecht volledig zou gen

zondag 1 in de advent - A

Zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegijzers en hun speren tot snoeimessen. Geen volk zal meer het zwaard trekken tegen een ander volk, geen mens zal nog de wapens leren hanteren.  Zo lezen we vandaag, op deze eerste adventszondag, bij de profeet Jesaja. Spontaan gaan onze gedachten - terecht overigens - naar Oekraïne en al die andere plaatsen in de wereld waar momenteel oorlog woedt of dreigt. Wat Jesaja hier profeteert is een visioen van vrede onder alle volkeren; een droombeeld dat inderdaad werkelijkheid zou kunnen zijn wanneer elk volk en iedere regeringsleider open zou staan om de liefde van God in waarheid te ontvangen en deze ook te belichamen in het beleid dat men voert. Jammer genoeg - en het is van alle tijden - zijn er altijd mensen die zich sluiten voor deze liefde en het heft in eigen handen nemen waar vaak een pijnlijke machtswellust de overhand krijgt met intrieste gevolgen van dien. Als we spreken over 'hoop', en 'hoop doet leven' (het adventsthem