woensdag in week 29 door het jaar

ALS EEN VOGEL ONTSNAPT
(Bij Ps 124,1-8; Lc 12, 39-48)

Tekst overweging: Ricky Rieter

Beste vrienden, dit is wel een sterk beeld. Stel dat er een vogel uit de vrije natuur zomaar gevangen wordt en in een kooi gestopt. Dat moet schrikken zijn voor die vogel: nooit meer zelf te kunnen rondvliegen waarheen je wilt. Altijd de tralies om je heen. Alle vrijheid kwijt. Als dan iemand het deurtje per ongeluk open laat staan, dan wordt het een feest van bevrijding: wegwezen, de vrijheid tegemoet.

Dit vers komt uit psalm 124, vers 7. De psalm is geschreven als een pelgrimslied van David. Op welke situatie het precies slaat is voor mij niet duidelijk. Het gaat over die het volk levend verslonden zouden hebben van woede. Ook wordt de situatie vergeleken met een ziedende stroom water die hen allen meegesleurd zou hebben. Vreselijke beelden die een doodsnood uitbeelden. Ja, David heeft ervaren hoezeer Israël als volk regelmatig bedreigd is door allerlei volkeren. Die ene  vogel wordt een heel volk.

Gelukkig gaat er een troostend woord aan vooraf:

Was de Heer niet voor ons geweest, dan was het helemaal mis geweest met ons. Daarom prijzen ze de Heer die hen bevrijd heeft uit het net dat hen hopeloos gevangen hield.

De beelden tuimelen over elkaar: een verstikkend net, een ziedende stroom, tanden van woedende mensen. Dramatische taal horen we wel vaker, maar deze beelden zijn gewoon schokkend.

Toch horen we ook de bevrijdende kracht van de Heer die het net deed scheuren. En hoe dankbaar mensen daarvoor zijn.

Als je de huidige situatie van Israël voor de geest haalt, dan komen er mogelijk andere associaties.

God staat overigens altijd aan de zijde van de verdrukten. Israël is wel het uitverkoren volk, zo zegt de Bijbel, maar dat betekent niet dat de Heer alles goedkeurt wat daar gebeurd is en hoe erover gedacht wordt.

Sterke taal mogen we altijd relativeren in situaties die niet door de beugel kunnen.

Hoe is het met ons als wij ons bedreigd en onderdrukt  voelen, door mensen, door situaties, door machteloosheid, door verdriet, door onredelijke woede?

Kunnen we onszelf niet hevig bedreigd voelen? Het is niet te hopen dat iedereen in zichzelf dit donkere scenario herkent. Toch is het kwaad dat aan mensen wordt aangedaan soms hevig. Hoeveel mensen lopen er rond die het zwaar hebben. Vooral als ze zelden iets van de goedheid van de Ene, de Liefdevolle, de Barmhartige, gehoord of ervaren hebben.

Het is aan ons die in vrijheid rondlopen en door gunstige omstandigheden de Ene hebben leren kennen als de liefdevolle, bevrijdende God, dan is het noodzaak om ook onze reddende hand uit te steken naar alle verdrukten die op onze weg komen, onafhankelijk van het feit dat we een keuze zouden  moeten maken: deze wel en die niet.

Zo worden we de betrouwbare en verstandige rentmeester die de Heer zal aanstellen.

Het einde van de evangelietekst van vandaag is een intense overweging waard:
Van iedereen aan wie veel gegeven is, zal veel worden geëist, en hoe meer aan iemand is toevertrouwd, des te meer zal van hem worden gevraagd. (Lc 12, 48b)

Laten we bidden, goede God,

Neem ons aan zoals we zijn,
nu eens nalatig, dan weer bereid
om U zonder voorbehoud te dienen.
Vergeef ons onze zwakheden,
en neem ons aan
zoals we op dit moment kunnen zijn.
Moge uw Geest ons sterken op onze weg,
en ook op de weg van onze tegenstanders,
door Jezus onze Heer en broeder.
Amen

Beste vrienden, er is altijd werk aan de winkel. Kijk vandaag waar je je in kunt zetten om voor iemand een bevrijdend lichtpuntje te zijn!
Ricky

---

Suggesties voor onderweg.

Soms heb je een plan voor vandaag, maar komt er iets tussen waardoor je dat plan niet uit kunt voeren. Iemand doet een beroep op jou. Excuseer je je dat het je vandaag helemaal niet uitkomt, of kun je - al is het met moeite - toch met welgemeende hartelijkheid, je eigen plan loslaten?

Denk eens na hoe je, vanuit je eigen omstandigheden wat kunt betekenen voor anderen. Heb je het gevoel dat je veel gegeven is? En heb je ook het gevoel dat je, met al wat je gegeven is, vruchtbaar omgaat, tot eer van de Ene! En tot versterkende kracht van je naasten?