zaterdag in week 26 door het jaar
ARM VAN HART, RIJK IN CHRISTUS
‘Ik loof U, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat U deze dingen voor wijzen en verstandigen hebt verborgen en ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld.’
Met die woorden verheerlijkt Jezus zijn Vader. Hij legt niet de nadruk op geleerdheid, maar op de ontvankelijkheid van een eenvoudig hart. Het gaat niet om minder verstand, maar om meer openheid voor Gods Geest.
Vandaag – 4 oktober – vieren we het feest van Franciscus van Assisi. Van hem is een kort briefje bewaard gebleven dat sterk aansluit bij het evangelie van vandaag. Tijdens zijn leven vroeg een broeder, Antonius genaamd – bekend als Sint-Antonius, tot wie velen bidden als ze iets verloren hebben – toestemming om theologie te onderwijzen. Hij had de gaven daarvoor en wilde ze inzetten voor de broederschap en de verkondiging van het evangelie. Dit lag bij Franciscus erg gevoelig. Hij schreef een brief aan Antonius:
“Broeder Antonius, mijn bisschop, broeder Franciscus wenst u heil. Ik keur het goed dat u de heilige theologie aan de broeders onderwijst, mits u daarbij de geest van gebed en toewijding aan God niet uitblust, zoals het in de Regel staat” (Franciscus van Assisi, De geschriften, Gottmer-Haarlem 2004, p. 168).
Toen Franciscus deze brief korte schreef, was de broederschap nog klein en kwetsbaar, gedragen door de vurige keuze voor het evangelie: eenvoud, armoede, broederlijkheid en gebed. De gemeenschap groeide echter snel, en steeds meer broeders benadrukten naast deze evangelische deugden ook de waarde van studie. Hun zorg was terecht: een verkondiger heeft inzicht nodig in de Schrift en de leer van de Kerk. Toch voorzag Franciscus het gevaar dat de jonge gemeenschap haar kern zou verliezen wanneer studie de boventoon ging voeren.
Zijn brief aan Antonius is goed bewaard gebleven en heeft door de eeuwen heen veel betekend voor de broederschap, om de juiste evangelische balans te bewaren tussen studie en eenvoud van hart. Studie mocht er zijn, zolang zij geworteld bleef in gebed en eenvoud. Franciscus wilde dat de broederschap trouw bleef aan haar charisma: leven naar het evangelie, arm en eenvoudig. Dat gold voor de broederschap van toen, maar de brief spreekt nog altijd tot de franciscaanse gemeenschappen van nu. Kennis heeft alleen zin wanneer zij gevoed wordt door de Heilige Geest en dient tot opbouw van geloof en gemeenschap.
Voor de franciscaanse broederschappen van nu kan dat betekenen: de eerste vurigheid van de broederschap bewaken, studie gebruiken als hulpmiddel zonder dat zij het hart van de roeping bepaalt. Het betekent blijven bidden, eenvoudig leven en de mensen nabij zijn, met een bijzondere genegenheid voor wie arm en broos is. Het betekent de identiteit van het minderbroeder-zijn niet zoeken in academische opleiding, maar in het leven als broeders onder broeders en zusters, als kleine volgelingen van Christus, door Hem verlost.
Ook voor ons, van wie de meesten niet verbonden zijn aan een franciscaanse broederschap, heeft de brief aan Antonius betekenis. Onze cultuur waardeert kennis hoog, en binnen de Kerk speelt intellect een belangrijke rol. Dat is waardevol, maar Franciscus wijst ons erop dat geloof nooit mag opgaan in verstandelijk begrijpen. Zonder gebed en overgave wordt kennis dor en krachteloos. Het gevaar bestaat dat we het evangelie feilloos verklaren, maar de Geest missen die het tot leven wekt.
Wat we ook ondernemen – studeren, werken, organiseren – het blijft vruchtbaar als het geboren wordt uit gebed en vertrouwen op God. Dan is het doordrongen van de Geest en wordt het bron van leven. Zo zullen we hopelijk bij de kleinen horen tot wie de Vader zijn geheimen onthult, zoals Jezus het lofprijzend uitspreekt in het evangelie van vandaag.
Laten we bidden
Heer, wij danken U
voor Franciscus van Assisi,
voor zijn eenvoud en vreugde,
voor zijn liefde voor armen en kleinen,
voor zijn lofzang op de schepping.
Mogen wij ons laten inspireren door hem
en de genade ontvangen
om in eenvoud te leven,
geworteld in de Schrift,
in het hart van de Kerk,
in een gebed van overgave aan U.
In uw naam.
Amen.
Geliefde mensen, moge ons leven in eenvoud bloeien, vervuld van vreugde en gedragen door Gods Geest. Een mooi weekend voor jullie allen, dankbaar om de milde regen die de dorst van moeder aarde lest en nieuw leven wekt. Moge ook onze ziel verfrist worden en vrucht dragen uit de overvloed van Gods genade.
Met genegen groeten,
kris
Om mee op weg te gaan
Hoe ga ik om met kennis en inzicht: helpen ze mij werkelijk dieper te leven met het evangelie, of vullen ze alleen mijn hoofd? Blijf ik in mijn geloofsweg dicht bij de Schrift, in gebed en in overgave aan de Heer? Wat betekent eenvoud voor mij vandaag, en hoe kan die mijn band met God zuiverder maken?
de kerkelijke leer waarmee we ons hersen kunnen vullen is zo uitgebreid dat ze bijna oneindig te noemen is. maar er is maar één hart waarmee we waarmee we Hem werkelijk kunnen leren kennen.
BeantwoordenVerwijderenDat is zo, Stefan. Er is voor alles een tijd. Veel religieuze boeken in vroegere jaren,
BeantwoordenVerwijderenwant de honger was groot. Nu, in oktober, een tientje van de rozenkrans, want een hele rozenkrans is veel. Alles dozeren. Eenvoudig en nederig worden. Soms ook alleen maar »zijn »en ons zo aanbieden aan onze Vader.
Dit laatste herken ik helemaal!
Verwijderen