donderdag in week 30 door het jaar
GEBORGEN IN GODS LIEFDE
Tekst overweging: Kris
We lezen verder in de brief van Paulus aan de christenen van Rome. Na een lange redenering over genade, geloof en de werking van de Geest evolueert zijn betoog steeds meer tot een lofzang op Gods onwankelbare liefde. De christenen in Rome leefden in een kwetsbare positie, te midden van vervolgingen en onzekerheid. Paulus spreekt hen moed in: wie in Christus leeft, staat in een onbreekbare relatie met God. Zelfs het lijden dat zij ervaren - waaronder vervolging - betekent niet dat God hen verlaten heeft. Niets hoeft hen te scheiden van zijn liefde, werkelijk niets.
Wat kunnen die woorden voor ons vandaag betekenen? De wereld davert op haar fundamenten: oorlogen sleuren mensenlevens mee, machtsmisbruik tast de waardigheid van velen aan, armoede groeit, onrecht wordt vaak goedgepraat, en klimaatverwoesting tast de toekomst van onze kinderen aan. Ook in onze eigen Lage Landen voelen we hoe onzekerheid bij de mensen binnensluipt, hoe angst en polarisatie onze samenleving verdelen. Onze Europese cultuur lijkt steeds dieper ontworteld te raken uit haar christelijke oorsprong, alsof de mens zichzelf wil scheppen zonder de Bron die hem draagt.
In zo’n wereld klinkt Paulus’ vraag opnieuw: wat zal ons scheiden van de liefde van Christus? Laat al wat vandaag in de wereld gaande is, ons vervreemden van Hem? Of bewaren we, midden in al die stormen, de liefde van en voor Christus? Dat is geen gemakkelijke opdracht. Zij vraagt trouw en innerlijke waakzaamheid. Jij persoonlijk, maar ook wij als gemeenschap van gelovigen: zijn wij bereid, wat er ook gebeurt, verbonden te blijven met de Heer en vanuit Hem te leven? Niets hoeft ons immers te scheiden van zijn liefde.
We mogen dromen van een wereld waar vrede heerst, een samenleving waar Gods liefde zichtbaar wordt in onze omgang met elkaar. Ook Jezus had een droom. Hij verlangde ernaar – zo lezen we vandaag in het evangelie – dat de mensen tot vrede zouden komen, dat zij zich zouden laten bijeenbrengen door God zelf. Maar Hij zag hoe die droom stuitte op hardheid en verzet. Het moet voor Hem zwaar geweest zijn te ervaren dat zijn woorden vaak geen weerklank vonden, dat vijandigheid groeide en dat de weg van de profeten ook de zijne werd. Toch bleef Hij trouw aan zijn zending. Zelfs te midden van vervolging bleef Hij verbonden met de liefde van zijn Vader. Niets, zelfs zijn kruisiging, kon Hem daarvan losmaken. Jezus is hier voor ons niet enkel een voorbeeld; in zijn kruisdood ontvangen wij ook de genade om, midden in de gebrokenheid van onze wereld, in Gods liefde te blijven.
In het evangelie van vandaag verwoordt Jezus een ontroerende metafoor: Hij vergelijkt zichzelf met een moederlijke hen die haar kuikens wil verzamelen onder haar vleugels. Het is een teder en beschermend beeld, waarin we iets voelen van Gods verlangen om ons te omhullen met liefde. Jezus nodigt ons uit om in die nabijheid te blijven, om bij Hem te schuilen, om bescherming, kracht, genade en hoop te vinden bij Hem.
Laten we ons als Gods kinderen plaatsen onder de beschermende liefde van de Heer. Midden in de dagelijkse, vaak lastige realiteit van het leven mogen we in zijn liefde blijven, diep verinnigd in Hem. Daar vinden we de kracht om stand te houden, de moed om te blijven hopen, en een vrede die niet afhankelijk hoeft te zijn van omstandigheden.
Wat Paulus toen aan de christenen van Rome schreef, blijft een blijvende grond voor ons geloof: geen dood, geen leven, geen macht, geen kracht, niets in de schepping zal ons kunnen scheiden van de liefde van God, geopenbaard in Christus Jezus, onze Heer.
Laten we bidden
Heer,
houd ons dicht bij uw hart,
wanneer de wereld rumoerig lijkt.
Leer ons te rusten in uw trouw
en te leven uit uw vrede.
Maak ons één met U,
uw liefde die geen grenzen kent.
Amen.
Geliefde mensen, mogen wij telkens opnieuw de kracht vinden om vanuit Gods hart te leven en zijn vrede door te geven.
Een toegewijde donderdag,
kris
Hoe kun je in Gods Liefde blijven?
BeantwoordenVerwijderenvolgens mij door minder te leven naar het mensbeeld dat zegt "ik denk dus ik ben" (Descartes, de Verlichting), maar door me te realiseren dat ik een mens ben die vooraleerst 'voelt'. Want hoe kan ik Gods Liefde kennen als ik die niet allereerst probeer te VOELEN door mijn hart te openen voor mijn nabije en verre medemens en de hele wereld die mij omringt?
Dank U Vader dat jij er altijd voor ons bent. Het geloof geeft mij moed en kracht om vooruit te gaan in het leven. O Heer giet een stoom van levend water over mij heen.Zodat ik altijd in Uw aanwezigheid verder kan leven.
BeantwoordenVerwijderen