vrijdag in week 32 door het jaar

OP PELGRIMAGE NAAR DE BRON

Tekst overweging: Kris

Net als gisteren neemt de eerste lezing van vandaag ons mee naar het Alexandrië van de oudheid, waar verschillende filosofische stromingen een eigen invulling gaven aan wijsheid en vaak vertrouwden op het vermogen van het menselijk denken. De schrijver beschrijft een cultuur waar mensen geraakt worden door de schepping, maar geen oog hebben voor de Schepper die achter alles schuilgaat. Men wijst de natuur niet af; men herkent de schoonheid en de kracht van de kosmos als iets kostbaars en groots, maar het ontbreekt aan dieper inzicht. De schrijver wil blootleggen hoe bewondering voor zon, maan, sterren en natuurkrachten soms blijft hangen in het uiterlijk van de dingen, terwijl de Bron van dit alles niet wordt gezien. Daardoor kregen astrale culten en natuurreligies een sterke invloed op de mensen, met het gevaar dat er een cultuur ontstond waarin God amper nog plaats kreeg. De wijsheidsschrijver nodigt uit tot een blik die dieper kijkt en zoekt naar de oorsprong van al die natuurlijke schoonheid, naar Hem die alles draagt en leidt.

Vandaag leven we in een wereld waarin natuur, wetenschap en esthetiek sterk gewaardeerd worden en waarin veel mensen vol bewondering kijken naar het universum en de complexiteit van het leven. Niemand vraagt om afstand te doen van die waardering, maar wel om een aandachtige blik te ontwikkelen die niet blijft steken bij analyse of bewondering. Schoonheid kan een toegang worden tot ontmoeting wanneer we openstaan voor de stem die spreekt doorheen de schepping. Het zichtbare krijgt dan diepgang omdat ons hart gericht raakt op de Schepper zelf. Zo ontstaat een weg van kijken die ons uitnodigt tot een innerlijk luisteren, zodat de schepping geen eindpunt wordt maar juist een doorgang naar God.

Het evangelie van vandaag sluit bij die weg aan door te spreken over een innerlijke blik die niet verstrikt raakt in het ritme van de dag. Jezus verwijst naar de dagen van Noach en Lot, waarin het gewone leven gewoon verderging zonder aan te voelen hoe beslissend een bepaald moment kan zijn. Jezus roept zijn leerlingen, en met hen ook ons, op tot waakzaamheid, een houding die aandacht heeft voor Jezus’ aanwezigheid én roep. In de context van Lucas gaat het hierbij allereerst om de openbaring van de Mensenzoon op de beslissende dag, maar dezelfde houding vormt ook ons dagelijks leven. Die waakzaamheid vraagt dat ons hart niet opgeslorpt raakt door bezigheden die alle aandacht opeisen. De beelden over meenemen of achterlaten verwijzen niet naar willekeur, maar naar een innerlijke ingesteldheid. Waar zijn we mee bezig wanneer Christus ons tegemoet komt?

Dat komen van Christus heeft naast haar eschatologische betekenis (Christus die komt op het einde der tijden) ook haar betekenis voor ons eigen aards sterven. Dit kan - laat ons daar eerlijk in zijn - ieder moment gebeuren, oud of jong. Ook al willen we waarschijnlijk niet dat het vandaag gebeurt, de vraag blijft: met wat zijn we bezig, of dieper uitgedrukt: met Wie zijn we bezig? Krijgt Christus in ons leven die plaats die richting geeft en ons vormt tot mensen die beeld zijn van Gods liefde? Of steken we al onze energie in eigenbehoud, zelfredding, enzovoort?
Maar Christus’ komst gebeurt ook in het nu. Heel concreet: vele keren vandaag. In elke medemens die je ontmoet vraagt Christus om bemind te worden. In situaties die vragen om verzoening. In momenten die zoeken naar zingeving. In omstandigheden die uitnodigen tot gebed. En bijzonder ook in je eigen hart: daar waar Christus op je wacht, opdat je je aan Hem zou toevertrouwen zodat Hij je leven zou worden.

Waar zijn we mee bezig in ons leven? Hebben we oog voor Christus die komt? Daar draait het om.

Beide lezingen beschrijven een pelgrimage van zien naar doorzien, van waarneming naar ontmoeting, van bewondering naar overgave. Laten we ons leven, ook deze dag, ernstig nemen en trachten in de Geest te leven, dat betekent zien vanuit ons diepste binnenste: oog hebben voor de Schepper, voor Christus die komt en is, én voor de vele heilige momenten waarin Hij ons vandaag wil ontmoeten.

Laten we bidden

Heer van alle leven,
ga met ons mee op onze pelgrimage
van zien naar inzien.
Leid ons naar een blik
die uw aanwezigheid herkent
in al wat ons omringt.
Laat ons groeien in het verlangen
om U te ontmoeten.
Mogen wij ons toevertrouwen
aan uw Geest die in ons woont.
Vorm in ons een innerlijke rust
die luistert naar uw stem.
Leer ons te leven vanuit de diepte
die U in ons hebt gelegd.
Vervul ons leven met de vreugde
van uw nabijheid.
Amen.

Geliefde mensen, mogen wij in alles wat ons omringt en in ieder die ons ontmoet een glimp zien van de weg waarop God ons vooruit leidt.
Een op God gerichte vrijdag,
kris


Om mee op weg te gaan

Ben je bereid om deze dag en heel je leven te benaderen vanuit je diepste binnenste, daar waar de Geest je blik richt op de Schepper? Moge die innerlijke beweging in jou een houding laten groeien van zorg voor de schepping en toewijding aan je naaste.

Reacties

  1. "mogen wij in alles wat ons omringt en in ieder die ons ontmoet een glimp zien van de weg waarop God ons vooruit leidt. " De leestip sluit er bij aan. Mogen de verantwoordelijke de moed hebben om in te zien om geen onderdrukking uit te oefenen op medemensen. Amen

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Moedig van u Kris om zulk een leestip te plaatsen. Dank ervoor.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. " Heer van álle leven,
    ga met ons mee op onze pelgrimage....."
    weer zó een betekenisvolle verklaring én zo een mooi gebed in "laat ons bidden"🙏
    Daarom vind en blijf ik "Pelgrims van Hoop" ook zó waardevol klinken, mét de HOOP,
    dat die mooie wonderbare wereld van en door Zijn Schepping, mensen (opnieuw) meegaan op
    "onze Pelgrimage"🕯🙏

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten