4 januari

KOM EN ZIE
(Bij Joh 1, 35-42)

Het evangelie van vandaag spreekt ons over een hele beweging van drie mensen wat betreft het volgen van de Heer. Na het aanwijzen van de Heer door Johannes gingen twee van zijn leerlingen naar Jezus toe, die hen de vraag stelde: 'Wat zoeken jullie?'. Waarop ze Hem antwoordden met een tegenvraag: 'Waar verblijft U?'. Daarop nodigt Jezus hen uit te komen kijken: ‘Kom maar mee, dan zul je het zien.’ Eén van die twee, Andreas, ging na zijn verblijf bij de Heer zijn broer Simon opzoeken die hem sprak over Jezus. We weten dat ook Simon volgeling werd van de Heer.

Laten we de beweging van deze mensen eens spiegelen op ons eigen leven.

Johannes de doper wijst Jezus aan. We hebben zo'n mensen, of situaties nodig. Want zo vaak zijn we blind voor Hem die dikwijls midden onder ons aanwezig is zonder Hem te zien (cfr Joh 1, 26). We hebben aanwijzingen in het leven nodig. Wie aandachtig leeft voor deze aanwijzingen zal deze ook zien. Wie deze aanwijzingen liefheeft en koestert zal ongetwijfeld bij de Heer terechtkomen. Er zijn mensen die ons de Heer aanwijzen. Maar ook het Woord doet dit en de héle liturgie. De armen spreken ons van Jezus. Of situaties die vragen om vergeving en verzoening kunnen ons tot bij Jezus brengen. Het komt erop aan aandachtig te zijn voor de vele wegwijzers naar Jezus toe; wegwijzers ons geschonken door het Leven zelf.

En dan begint het volgen van de Heer. Dit mogen we gerust de heilige Geest noemen die ons van binnenuit in beweging zet. Hij doet ons verlangen naar iets wat we nog niet kennen. De Geest enthousiasmeert ons van binnenuit op zoek te gaan naar Iemand die ons trekt. Die Iemand - Jezus zelf - zal ons op een of andere wijze aanspreken. Hij zal ons aanspreken op onze verlangens: 'Wat zoeken jullie?' En geef maar een antwoord als je niet echt weet wat je zoekt ... niet gemakkelijk. Zo verging het die twee leerlingen van Johannes, maar zo gaat het ook dikwijls met ons. Vaak geen woorden als het gaat over diepere levensvragen of innerlijke zoektochten.
Dan maar meteen een tegenvraag (ook ingegeven door de Geest): 'Waar verblijft U?' En dat is nu ook meteen wat de Heer wou horen. Want nu kan Hij hen - op hun eigen woord - uitnodigen naar de plaats waar Hij verblijft.

We mogen over deze uitnodiging niet al te snel heen lezen. Het is voor onze twee leerlingen van wezensbelang: gaan kijken waar de Heer verblijft. En dat geldt natuurlijk ook voor ons. We kunnen nog met zoveel verlangens en vragen blijven rondlopen als we willen ... op een bepaald ogenblik zullen we moeten ingaan op de uitnodiging van de Heer te komen kijken waar Hij verblijft.

Dat 'kijken' zal ons tot twee inzichten brengen.
Een eerste inzicht is de blijde realiteit dat de Heer te vinden is in onszelf. We hoeven maar naar onze diepste binnenkant te kijken en we zullen de Heer ontwaren. In ons allen is Jezus te allen tijde aanwezig. Of we Hem nu herkennen of niet ... Hij is er. En wel altijd. Dus gaan 'kijken' waar de Heer zich ophoudt, is op de eerste plaats kijken diep in jezelf. Dáár zul je Hem ontmoeten. Dáár zul je van Hem ontvangen. Dáár mag je van Hem drinken.
Het is de kern van je ziel waar Hij jou deelgenoot wil maken van zijn liefde. Deze innerlijke plek, dit geheimvol gebeuren, is van onschatbare waarde. Het is het hart van ons christenzijn. Bedoeling is voortdurend af te dalen naar deze heilige plek om het feest van eenwording te kunnen laten gebeuren.
Vaak moeten we eerst van onze troon komen om deelgenoot te kunnen worden van dit innerlijk feest. Het is de weg, of de bekering, van hoogmoed naar nederigheid.

Een tweede inzicht als gevolg van ons kijken waar de Heer verblijft, zal ons brengen in het dagelijks leven. Jezus aanwezig zien, en Hem ontmoeten, in het alledaagse. In de mensen ons vandaag gegeven, in de armen langs de kant van de weg, in de zieke die bedelt om bezoek, in de vluchteling op zoek naar een thuis, in het ongeboren leven dat vraagt gedragen te worden, in de stervende die van binnenuit smeekt naar gebed, in situaties die daadwerkelijke stappen vragen naar verzoening. We mogen de Heer ontmoeten doorheen zoveel mensen en situaties.
Dus ... laten we gaan kijken. Laat ons verwonderd zijn over Gods aanwezigheid in situaties en mensen. En laten we ons engageren wat betreft het handen en voeten geven aan zijn liefde.

Interessant om zien is dat één van de twee leerlingen bij Jezus blijft. Er wordt niets meer over hem gezegd. Hij blijft schijnbaar bij Jezus, verborgen voor de wereld. En dan denk ik aan onze vele monniken en monialen wereldwijd die in de stilte van abdijen en kloosters de Kerk en de wereld dragen door hun gebed en offer. Zij zijn van onschatbare waarde voor het leven in, en het welzijn van, de wereld.

Andreas echter ging naar zijn broer Simon om hem te spreken over Jezus. De ontmoeting met de Heer heeft Andreas zo vervuld dat hij niet anders kon dan zijn broer te gaan opzoeken. Vanuit een innerlijk vuur (lees: godsontmoeting) de Heer uitdragen. Behoort het niet wezenlijk tot onze christelijke roeping? Vanuit een innerlijke gedrevenheid zullen we niet anders kunnen dan getuigenis af te leggen van de Heer. Ieder naar zijn of haar roeping met zijn of haar gaven.

Wat een prachtige beweging toch van deze mensen uit het evangelie van vandaag. Zo rijk wanneer we het spiegelen aan ons eigen leven.
Laten we dagelijks drinken van Gods Woord. Laten we het contempleren. En moge alzo het Woord tot leven komen in ieder van ons.

Laten we bidden

Heer Jezus,
wij danken U omdat U ook ons uitnodigt
te komen kijken waar U verblijft.
Moge dit kijken leiden
tot een ware godsontmoeting
die ons op weg zet
onze diepste roeping te ontdekken,
én te gaan.
In uw naam.
Amen.

Een mooie donderdag.
Met een genegen groet,
kris

Reacties

  1. Alle lof en eer aan u, o Kris

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Nee hoor. Alle lof aan aan God de Heer, en zijn Woord.
      En wij ... proberen nederige instrumenten te zijn in zijn hand.

      Verwijderen
    2. Respectvolle reacties dienen ook verwijderd te worden Kris

      Verwijderen
    3. Dank, lof en eer reacties mogen blijven staan en worden niet verwijderd, is dat rechtvaardigheid,.,?

      Verwijderen
  2. Het geluk dat ik mag ondervinden in mijn geloof zou ik iedereen zo graag gunnen, vooral mijn eigen broers en zussen. Zij hebben de Kerk vaarwel gezegd maar het zou fijn zijn als men daardoor toch zou zien dat er meer is dan het instituut Kerk. Zoals Johannes zijn broer bereikte kan ik misschien ook hen bereiken door gebed en liefde.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Beste Roosje,
      ik herken helemaal wat je schrijft. Zoveel mensen in mijn omgeving zou ik de 'vreugde' willen gunnen van het leven als christen. Het zou zo bevrijdend kunnen zijn voor hen ... denk ik vaak.
      Laten we - zoals je schrijft - blijven beminnen en bidden. We mogen geloven in de kracht van beiden.
      Van harte, kris

      Verwijderen
  3. Wie niet rechtvaardig leeft, komt niet uit God voort. Eerste lezing

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Beste Roosje, ik raad u aan de rozenkrans te bidden. Maria zal uw broers en zussen bereiken ook als u het niet merkt. met vr. groet l

    BeantwoordenVerwijderen
  5. ´van Hem drinken ´, precies voor zuigelingen die nog geen vast voedsel kunnen verdragen

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Beste anoniem, lach je met die uitdrukking? Ze komt nochtans vaak voor in mystieke teksten uit het verleden, waar God zijn 'melk' geeft aan zijn kinderen, zoals een moeder de borst geeft aan haar baby. Dit laatste is een diep mooi menselijk zeer intiem gebeuren. En als dit al zo intiem, wat moet het dan zijn als God als zijn kinderen te drinken geeft?
      Ga na in jezelf wat je doet lachen. Misschien kan de eerste lezing van vandaag daarin een leidraad zijn.

      Verwijderen
    2. Ik lach daar niet mee maar naar mijn persoonlijke mening en ook die van Paulus is dit geen vast voedsel. Zie nieuwe testament

      Verwijderen
    3. Wie van melk leeft is een zuigeling, die heeft nog geen weet van de rechte leer´,, Hebreeën 5,13

      Verwijderen
    4. Bovendien gebruiken volwassenen vast voedsel, hun zinnen zijn door ervaring en oefening geschept om onderscheid te maken tussen goed en kwaad

      Verwijderen
    5. Bovendien worden de meeste van mijn persoonlijke respectvolle reacties zonder reden verwijderd. Zo is een dialoog onmogelijk

      Verwijderen
    6. Beste Anoniem,
      het samen lezen en bloggewijs zoals hier bespreken van teksten is niet zelden teleurstellend. Het blijft vaak bij een uitwisseling van individuele leeservaringen en opvattingen die elkaar in zienswijze proberen te overtuigen. Vaak is er bovendien een pikorde, deels door macht en deels door niveauverschil. Dit laatste doet u zeer vaak. Echt op de tekst zelf ingaan en doen aan close reading schiet er mede daardoor vaak bij in.
      De contemplatieve dialoog - dat deze blog tot doel heeft - helpt om dat wél te doen, door elke deelnemer een gelijkwaardig eigenaar- en deelnemerschap aan het gesprek te geven en zo krachtige verbindingen tot stand te brengen.
      Dit is een hele andere invulling dan de reacties die u plaatst.
      Alsnog met een hartelijke groet, kris

      Verwijderen
    7. Naar mijn bescheiden mening zijn mijn reacties terecht, en komen rechtstreeks uit het evangelie, wat de bedoeling is van deze blog, een uitleg geven van het evangelie

      Verwijderen
    8. Hoe kan een man zonder bedrog, Nathaniel, een eerlijk man, een scepticus zijn.? Hoe leg je dat uit?

      Verwijderen
    9. Er wordt van alles toegevoegd aan het evangelie, van zaken die er niet zijn, bv een vraag zou een botte vraag zijn...Nu komt er scepticisme bij, wat er niet staat...

      Verwijderen
  6. Ja, getuigen, niet alleen door onze manier van leven (zoals vroeger dikwijls werd gezegd; maar waar zijn de resultaten daarvan?). Geloof komt uit het horen, zegt Paulus. En hij weet waarover hij het heeft. En hij gaat verder: hoe zullen ze horen als niemand spreekt? Getuigen met daden ja, maar niet zonder woorden. Mensen vertellen over geloof en Jezus, en God enz... Met mensen bidden, waar je ze ook tegenkomt en hun zorgen delen; luisteren en met hen bidden. Niet zeggen: ik zal eens voor je bidden, maar het meteen DOEN. Er is zoveel geestelijke nood en waar je dit doet, zijn mensen altijd blij en heel dankbaar. En je kunt ze verder in je hart elke dag bij Jezus blijven brengen. Jezus zegt: gij ZULT mijn getuigen zijn. Lees het niet als een vrome wens van de Heer (zou je aub willen?), maar lees het zoals het er staat: als een gebod, geen optie van 'doe ik het of doe ik het niet'. Gij ZULT gebied de Heer. Ik weet dat ik het nu sterk stel, maar soms moet het eens duidelijk op ons hart gedrukt worden, ook op het mijne. Niet preken, maar doen. Preken dat doen de leraars. En daarvan weten we dat de mensen geen nood hebben aan leraars maar aan getuigen. En als ze toch naar leraars luisteren, is het omdat zij getuigen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Oké, ik volg helemaal wat je zegt.
      Maar ik begrijp niet waarom je dat zegt. Dat weet toch iedereen?
      Van belang vind ik wel dat je dit doet binnen je eigen roeping of zending. Een monnik doet dat beslist anders dan een jezuiet die het weer anders zal doen dan een pater van Don Bosco onder de jeugd.
      En er is ook een diep menselijk kant die aan Jezus niet vreemd was. Met sommigen ging Hij onmiddellijk in cofrontatie, anderen 'liet Hij aanvoelen' beslist door voor hen te bidden (lees de afscheidsrede).
      Maar getuigen moeten we op een of andere manier altijd. Ieder naar zijn persoonlijke roeping en vanuit de gaven die hij ontvangen heeft.

      Verwijderen

Een reactie posten