zaterdag na Openbaring
De doper sprak: 'Een mens kan alleen ontvangen wat hem door de hemel gegeven wordt.'
Johannes is een groot voorbeeld van nederigheid. Terwijl hij veel ontzag genoot, terwijl honderden of misschien wel duizenden mensen naar hem toekwamen om hem te aanhoren, om door hem gedoopt te worden, bleef hij ten dienste van datgene wat God hem vroeg. Hij was er zich dan ook ten stelligste van bewust dat een mens enkel die dingen echt goed, juist en waarachtig kan doen, wanneer ze hem door God gegeven zijn.
'Hij (Jezus) moet groter worden en ik kleiner', zo zegt hij. Dat is heel zeker de sleutel, of het geheim, van zijn nederigheid. Het gaat niet om zijn leven dat hijzelf zou kunnen plannen en verwezenlijken. Nee, het gaat om wat God wil; God in Christus, Hij steeds groter, Johannes steeds kleiner.
Ook wij zijn geroepen om Jezus steeds groter te laten worden in ons leven en wij kleiner. En dat heeft niets te maken met minderwaardigheid, ook niet met het moeten prijsgeven van eigen identiteit, integendeel. Wie Christus groter laat worden in zijn leven zal juist meer en meer zijn ware identiteit ontdekken, en zijn diepste waardigheid. Ons ware ik is immers te vinden in ons ja-woord aan de Heer. In Hem zullen we ons meest ware zelf vinden. In Hem zullen we onze roeping horen en de genade ontvangen deze weg te kunnen gaan. Hij met ons.
Laat ons kleiner worden, opdat Jezus groter mag worden.
kris
Johannes is een groot voorbeeld van nederigheid. Terwijl hij veel ontzag genoot, terwijl honderden of misschien wel duizenden mensen naar hem toekwamen om hem te aanhoren, om door hem gedoopt te worden, bleef hij ten dienste van datgene wat God hem vroeg. Hij was er zich dan ook ten stelligste van bewust dat een mens enkel die dingen echt goed, juist en waarachtig kan doen, wanneer ze hem door God gegeven zijn.
'Hij (Jezus) moet groter worden en ik kleiner', zo zegt hij. Dat is heel zeker de sleutel, of het geheim, van zijn nederigheid. Het gaat niet om zijn leven dat hijzelf zou kunnen plannen en verwezenlijken. Nee, het gaat om wat God wil; God in Christus, Hij steeds groter, Johannes steeds kleiner.
Ook wij zijn geroepen om Jezus steeds groter te laten worden in ons leven en wij kleiner. En dat heeft niets te maken met minderwaardigheid, ook niet met het moeten prijsgeven van eigen identiteit, integendeel. Wie Christus groter laat worden in zijn leven zal juist meer en meer zijn ware identiteit ontdekken, en zijn diepste waardigheid. Ons ware ik is immers te vinden in ons ja-woord aan de Heer. In Hem zullen we ons meest ware zelf vinden. In Hem zullen we onze roeping horen en de genade ontvangen deze weg te kunnen gaan. Hij met ons.
Laat ons kleiner worden, opdat Jezus groter mag worden.
kris
- Ja, Kris, hier toont Johannes zijn ware grootheid, zijn schoonmenselijkheid. Johannes kent zijn plaats en hij blijft op zijn plaats. Hij is Jezus niet, Hij is Zijn voorloper, Zijn wegbereider. Mochten ook wij dat altijd een beetje zijn. Het gaat niet om ons, het gaat om de zaak en de eer van God. Hij moet groter worden en ik kleiner. Maar precies zo vind ik, zoals jij dat zo mooi zegt, mijn ware identiteit, mijn echt geluk.
BeantwoordenVerwijderen- Wij hebben vandaag de lezing afgerond van de eerste brief van Sint Jan. Omdat God liefde is, omdat wij Zijn geliefde kinderen zijn, daarom mogen wij aan God alles vragen. Het leven komt wel zoals het komt, maar in alle omstandigheden mogen wij de Heer aan onze zijde weten. Hij luistert naar ons, Hij is met ons begaan. Ook wij moeten met elkander begaan zijn, met elke ander. Sint Jan vraagt dat we zouden bidden voor onze broeder of zuster, ook als wij zien dat hij of zij mist en zonde doet. Raar is dat Sint Jan een uitzondering maakt: we moeten niet bidden als een zonde voert naar de dood. Niemand weet wat St. Jan hiermee precies bedoelt. Waarschijnlijk heeft hij het over de zonde van apostasie, geloofsafval. Wie afvalt van Jezus kan in de ogen van St. Jan niet meer gered worden. Jezus heeft ook al gezegd dat wie zondigt tegen de H. Geest geen vergiffenis kan krijgen (vgl. Lucas 12, 10). De H. Geest is degene die zonden vergeeft. Wie de H. Geest loochent of echt lasterlijk benadert, heeft het principe zelf van de vergeving weggeworpen. Ook hier bij St. Jan zal zoiets gelden. Wie van het geloof in Jezus als de Verlosser afvalt, plaatst zichzelf buiten het hemelrijk. De brief aan de Hebreeën zegt dat ook in 5, 4-6: 'Wie eenmaal het licht heeft gezien en geproefd van de hemelse gave en deelgenoot werd van de H. Geest en dan afvalt van dit alles, kan niet meer tot bekering worden gebracht. Hij heeft de Zoon van God opnieuw gekruisigd'. De Britse schrijver en theoloog C. S. Lewis zei ook zoiets in de vorige eeuw: 'Een christen die het geloof verliest, verliest ook het licht van de natuurlijke rede en is er erger aan toe dan iemand die het geloof nooit heeft gekend'.
Beste broeders en zusters, wat St. Jan ook zegt, ik zou toch blijven bidden voor de afvalligen. God is altijd groter en je weet maar nooit of iemand toch nog ooit terugkeert. Maar laten wij ook bidden voor onszelf: dat we nooit zover komen dat we van Jezus afvallen. Want heel de wereld mag in de zonde leven en leven voor het eigen ik, wij hebben heel deze Kersttijd van St. Jan mogen leren dat God liefde is en dat ook wij de zin van ons leven bereiken als we God en mekaar liefhebben. Mochten we dat toch nooit vergeten of opgeven.
"Laat ons kleiner worden, opdat Jezus groter mag worden".
BeantwoordenVerwijderenDank je Kris voor deze oproep. Ik vraag me wel al lang af waarin wij kleiner en Jezus groter
kan worden.
Geef me H. Geest van God inzicht om dat te ontdekken.