zondag 5 door het jaar - B

ZALIG DE BARMHARTIGEN
(Bij Mc 1, 29-31)

Vandaag horen we dat mooie verhaal waar Jezus de schoonmoeder van Simon - die met koorts te bed lag - geneest. Jezus doet dit nadat ze Hem over haar hadden gesproken.

Wat Jezus hier doet – en Hij doet dat zeer vaak – is Gods barmhartigheid tonen. Hij hoort, ziet en handelt.

Zo was, en is, Jezus. En daar wij, als christenen, geroepen zijn de Heer te volgen, zijn wij dus geroepen diezelfde barmhartigheid te zijn. Niet op ons eentje, maar – als het goed is – gedreven door de Geest, in eenheid met de Heer.

Barmhartigheid ontstaat wanneer je het lijden waardoor je omringd wordt toelaat in je hart. En als het goed is treedt er dan iets in werking. Niet vanuit beredenering, maar vanuit het hart. Je stemt in op wat je ziet. En dat brengt je tot handelen.

Terecht merkt Marjan Slob (zij is Denker des Vaderlands in Nederland dit jaar) op dat barmhartigheid geen denkrichting is waardoor het lijden eerst aan het intellect wordt voorgelegd alvorens het op te lossen. Het is niet eerst overdenken, en al zeker niet berekenen. Het is spontaan reageren vanuit je hart. (Ontleend aan ‘Barmhartigheid zijn: een ja zonder nee’, bij Volzin)

Barmhartigheid is de nood van de ander in je toelaten als een appel tot liefdevol handelen. Het is je, van binnenuit, zorgzaam ontfermen over je naaste die in je binnenkomt van zodra je hem of haar ziet, of van hem of haar hoort spreken. In die zin ontstaat barmhartigheid vanuit zien of horen én toelaten. Als een gebeuren van het hart.

Ik kan jullie nu reeds vertellen, dat ‘barmhartigheid’ het thema zal zijn waarmee we de komende Veertigdagentijd zullen doorgaan. ‘Wees barmhartig zoals jullie Vader barmhartig is’ (Lc 6, 36). God is barmhartig naar ons toe, en wij zijn geroepen – geworteld in Christus – barmhartig te zijn naar elkaar toe en naar iedere naaste.

Het tweede gedeelte van het evangelie van deze zondag vertelt ons dat Jezus in alle vroegte opstond en zich naar een eenzame plaats begaf om er te bidden. Ziehier het hart van de ware christelijke barmhartigheid: je verbondenheid met de Vader. Wij zijn niet geroepen om de held uit te hangen op vlak van pure humane goedheid. Wij zijn op de eerste plaats geroepen om ‘in Christus’ Gods goedheid te belichamen. Vanuit de Heer. In eenheid met Hem.

In die zin is christelijke barmhartigheid in wezen een mystiek gebeuren, waarin we ons ontfermen over de ander vanuit een innige godsverbondenheid.

Mogen we als Kerk op deze wijze in de wereld aanwezig zijn, zingend van Christus’ Pasen.


Laten we bidden

Vader,
moge uw barmhartigheid voor de mensheid
voor ons een aansporing zijn
op dezelfde wijze om te gaan
met ieder die U ons toevertrouwt.
Moge Jezus het levend hart zijn
van dit gebeuren.
In zijn naam.
Amen.


Een vreugdevolle zondag voor ieder van jullie.

Alle Goeds, kris


Vragen om mee op weg te gaan

Heet ik Jezus zo welkom dat het wonder van Gods barmhartigheid ook in mij kan gebeuren?

Laat ik toe dat de ander door zijn zijn mij appeleert tot daden van goedheid?

Beleef ik mijn goed zijn voor de ander puur vanuit mezelf los van God, of mag Jezus het hart zijn van dit gebeuren?

Reacties

  1. Twee zondagen geleden zei Jezus dat de tijd vervuld was en het Rijk Gods nabij, dat wij moesten luisteren naar dat goede nieuws. Vorige zondag dreef Jezus het kwaad uit en sprak Hij met gezag. Vandaag horen we over een dag uit Jezus' leven. Hij komt uit de synagoge, gaat het huis van Simon binnen en geneest er diens schoonmoeder. Dan stroomt heel de stad samen voor Simons huis en Jezus geneest ze allen. Dan gaat Hij weer bidden. Jezus brengt alles en allen weer onder de liefdesheerschappij van God. Hij maakt alles nieuw. Hij doet het kwaad uit ons leven weg, ook de onrust uit ons hart; Hij brengt ons thuis bij God, Hij brengt ons weer in relatie met God. En Zijn gebed maakt ook deel uit van Gods verlossingsplan: ook in Zijn gebed brengt Jezus ons allen voor het aangezicht van Zijn Vader. Zo mogen ook wij doen: mensen barmhartigheid bewijzen, zoals Kris zegt, goed doen aan onze medemens en voor hen bidden, hen in Gods hart brengen. Ons hart is onrustig totdat het rust vindt in God, zei St. Augustinus al. Ons hart zal rust vinden als het zichzelf vergeet voor God en voor de anderen, zoals St. Paulus voor niets, alleen uit roeping, het evangelie bracht. Mocht de Heer ons geven dat ook wij rust vinden in Zijn schoot. Door te werken aan een goede samenleving en ook door regelmatig stil te vallen en ons leven en werk voor God te brengen. Alles in relatie tot God, zuiver geordend tot lof en eer van Zijn goddelijke majesteit.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Laat ik toe dat de ander door haar zijn mij appelleert tot daden van goedheid? Mijn zus heeft alzheimer en roept mij gedurig op tot daden van goedheid. Zij voedt mij op tot geduld en zorgzaamheid. Zij is een zegen voor mij en zo leer ik langzaam Jezus in haar en anderen te ontdekken. Jezus die hulpbehoevend voor mij staat en mijn aandacht vraagt en smeekt om geduld en liefde. Dank u Jezus om Uw leiding! Madeleine

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Wauw dat is mooi. Zo heb ik het nog niet bekeken. Dank u hiervoor

      Verwijderen
    2. Zeker hee mooi. Zelf kom ik wekelijks bij bejaarde mensen en daar kun je ook deze onvoorwaardelijke liefde voelen. Bedankt Geerte.

      Verwijderen
    3. Een heel mooi en concreet voorbeeld van een appèl zonder woorden. Heel ons leven zit er vol van. Alles wat op ons pad komt, is een appèl tot barmhartigheid. Maar bekijk het niet met je verstand, wel met je hart. Als het hart geraakt wordt, komen er vanzelf daden van goedheid. Ook het gebed voor mensen met noden, is een werk van barmhartige goedheid. Alles voor God brengen, is alles weer in relatie brengen met Hem.

      Verwijderen
  3. Het hoeft niet enkele om mensen in nood te gaan. De 'lastige' autobestuurder die voor mij rijdt, helpt mij geduldig en vriendelijk te blijven achter het stuur. Ik kan ook ongeduldig, geërgerd of kwaad zijn in mijn wagen. Telkens dank ik de Heer voor het geduld dat de ander mij leert en zegen ik die chauffeur.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Heel mooi, maar daar kom ik nog niet altijd, om niet te zeggen nooit, aan toe.

      Verwijderen

Een reactie posten