maandag in week 28 door het jaar

Een mens is pas helemaal mens, als hij in staat is om zich te geven aan Iemand die groter is. Ons kleine menszijn, opgesloten in de kleine wereld van ons eigen 'ik', wordt door het geloof opengebroken en voorzien van de mogelijkheid om ons te geven aan God, onze Heer, die van zijn kant met uitgestrekte armen voor ons staat om ons te ontvangen, ons in zich op te nemen, want hier is méér, zegt Jezus, méér dan Salomo, méér dan Jona.

Daarbij doet Hij een beroep op de kennis van de geschriften, verhalen uit het Oude Verbond van een zekere koningin uit het Zuiden, uit het zuidland, ergens uit het Oosten wil dat zeggen, van het uiteinde der aarde, van heel ver weg. Ze had in haar verre land gehoord over Salomo, de man die zo wijs was en zo rijk. Ze wilde zelf wel eens zien wat ze over deze man had gehoord. Ze gaat op reis met een hele stoet kamelen, met geschenken, rijkdommen, klederen, parels, reukwerken, dienaren en knechten. Ze komt bij Salomo in zijn paleis in Jeruzalem aan en warempel: het was waar wat er van hem gezegd werd. Het was niet alleen waar wat ze gehoord had, maar het was nog veel meer. Zijn wijsheid was wijzer, zijn rijkdom rijker, zijn macht groter, zijn dienaren talrijker, zo staat het er, het kon gewoonweg niet op.

En dan heeft Jezus het over nog méér dan dat! Hij zegt niet hóeveel meer, Hij zegt méér. Je hebt de koningin van het Zuidland, stellende trap; Salomo, de vergrotende trap; en Jezus is méér. Juist dat onbepaalde, dat méér, heeft een suggestieve kracht van oneindig, altijd méér, zoals God, de Majesteit. In dat woord majesteit zit het woord 'majus', dat 'méér' betekent, groter. God is altijd groter, altijd méér.

Die wijsheid van God, die altijd grotere wijsheid van God, is onder ons gekomen in Jezus. Dit betekent, dat dit een wijsheid is niet alleen van vroegere dagen, een oude wijsheid uit oma's tijd, belegen wijsheid van profeten en wijsgeren die nog eens kan worden opgerakeld, waar mensen bedrevenheid in hebben, boeken over schrijven, of spreuken van verzamelen, nee, die wijsheid van Jezus is een wijsheid voor mensen nú. Dat is niet alleen iets van vroeger, dat is ook van nú. Hij spreekt nu tot u, Hij spreekt nu tot u in uw hart.

Dat doet Jezus' wijsheid, die de wijsheid van de koningin van het Zuiden en die van Salomo ver overtreft. Het is een innerlijke wijsheid, de wijsheid van het hart, of laten we zeggen: de wijsheid van de liefde. Het is de grondader van ons hart, de liefde van God, de heilige Geest. In Hem worden de woorden gesproken, van Hem is ook de ontvankelijkheid voor zijn woord in uw hart.

Naar woorden van J. Bots, sj

Reacties

  1. Geen ander teken ons gegeven, geen licht in onze duisternis, dan deze mens om mee te leven, een God die onze broeder is. Zo dichtte Huub Oosterhuis lang geleden in een Kerstlied. Sint-Paulus heeft Hem ook zo leren kennen: een mens uit het geslacht van David, maar eigenlijk veel méér: Gods eigen Zoon, verrezen uit de dood om voor altijd te leven ten bate van ons heil.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten