zondag 5 door het jaar - C

Als een soort Taborervaring mocht Jesaja de Heer aanschouwen, in gezelschap van zes engelen. En, hoe zou je zelf zijn... Jesaja voelde zich klein, én zondig. En net zoals u en ik, was Jesaja beslist ook een mens van vlees en bloed, en kampte hij - naast het zuivere - ook met donkere plekjes in hemzelf. En dat sprak hij ook uit: 'Wee mij... ik ben een mens met onreine lippen...' En dan dat mooie gebaar van die engel die met een tang een gloeiend stukje kool van het altaar neemt en daarmee de lippen van Jesaja aanraakt met de woorden: ‘Dit heeft je lippen aangeraakt; je schuld is geweken, je zonden zijn tenietgedaan.’ Waarop de Heer vroeg: 'Wie zal ik sturen?' Waarop Jesaja met al zijn toewijding antwoordde: 'Hier ben ik, stuur mij'.

Lieve mensen, is het niet precies dát wat er gebeurt tijdens een eucharistieviering? We gaan er naar toe als mensen die zondig zijn, mensen die heling nodig hebben. Het Woord dat we tijdens de viering aanhoren, de Communie die we ontvangen, ons samen bidden en zingen, is het heilig kooltje waarmee de engel de lippen van Jesaja aanraakt. Doorheen het Woord, doorheen de Communie, doorheen de schuldbelijdenis, doorheen ons samen bidden, komt de Heer in ieder van ons persoonlijk, en in het hart van onze gemeenschap. Daar raakt Hij ons aan, met dezelfde woorden die de engel sprak tot Jesaja nadat hij zijn lippen had aangeraakt met het kooltje van het altaar: 'Je schuld is geweken, je zonden zijn tenietgedaan.

We kunnen er ons niet genoeg bewust van zijn, dat, wanneer wij het Woord beluisteren en de Communie ontvangen, de Heer zelf, zoals bij de voetwassing destijds aan de leerlingen, voor ons neerknielt om ons de voeten te wassen, om ons hele zijn te reinigen. Hoe groots hoe Jezus, als Zoon van God, voor ons neerknielt in de eucharistie om ons te reinigen!

Van belang is dit niet enkel in geloof te 'weten', maar dit ook toe te laten. Want net zoals bij Simon Petrus zegt Hij ook tot ons: ‘Als Ik uw voeten niet mag wassen kun je niet bij Mij horen.’ (Joh.13,8b). In een oudere vertaling staat het naar mijn aanvoelen nog krachtiger uitgedrukt: 'Als gij u niet door Mij laat wassen, kunt gij mijn deelgenoot niet zijn.'. Met andere woorden: Als wij het neerknielen van Christus voor ons, als wij zijn reiniging aan ons, niet toelaten, kunnen wij geen deelgenoot worden van Gods liefde. Als we Christus' heling niet toelaten zullen we blijven rondcirkelen in ons eigen persoontje, in het beste geval ons uiterste best doende een zekere liefde gestalte te geven, maar we zullen in wezen geen deel hebben aan Gods liefde. Want we hebben de reiniging, die elke mens nodig heeft, niet toegelaten. We zullen blijven steken in het toe-eigenen van wat we 'liefhebben' zullen noemen. Maar we zullen het doen los van de Heer, terwijl we juist geroepen zijn lief te hebben in innige verbondenheid met Hem.

Dit laatste is de mystieke dimensie van het evangelie waar ieder van ons toe geroepen is.
Als onze Kerk vandaag aan iets nood heeft, dat is het aan deze mystieke dimensie.

Wie in zijn eigen persoontje blijft rondcirkelen, los van de Heer, kan je vergelijken met Simon uit het evangelie van vandaag die zijn netten uitgooide in oppervlakkig water, wat zo goed als niets opleverde. Jezus sprak tot hem: ‘Vaar naar diep water en gooi jullie netten uit', wat Simon en de zijnen ook deed. En we kennen het vervolg: ze vingen een 'enorme school vissen zodat de netten dreigden te scheuren.'

Op het woord van de Heer gooide Simon zijn netten uit in het diepe. Ook hier kunnen verwijzen naar de eucharistieviering: Wie het Woord van harte ontvangt, zal zijn levensnetten in het diepe gooien. Het Woord, Christus zelf, zal hem leiden naar de diepere lagen van het leven. Of anders gezegd: het Woord zal ons binnenleiden in de liefde van God, om, vanuit een ware gods-ontmoeting, Gods liefde gestalte te geven in het dagelijks leven, en wel in Jezus' naam.

En dan die sterke woorden nog van de Heer: 'Voortaan zul je mensen vangen.’ Anders gezegd: met Gods liefde zal je mensen raken. Je zal God aanwezig stellen én tonen. Door je wijze van leven zal je als persoon een levendige oproep zijn voor vele anderen om, net als jezelf, Gods liefde te gaan zoeken. In jezelf zal je je uitgenodigd weten de ander bij te staan in deze innerlijke zoektocht. Of anders gezegd: je zult geroepen zijn 'Kerk' te zijn. Je zult je gezonden weten in de wereld, om zout en licht te zijn.

Of om het met de woorden van Jesaja van vandaag te zeggen: ‘Heer, hier ben ik, stuur mij.’ 

kris

Reacties

  1. Dag Kris IK wil u alleen maar heel hartelijk danken voor het woord van leven Het is geweldig hoe u door de kracht van de H Geest het woord toegankelijk maakt voor de mensen ook voor mij een religieus van 86 jaar ben ik getroffen door Gods Woord moge ook ik blijven zeggen Hier ben ik Heer om uit te varen hier in huis om voor de ander liefde te zijn Dank u Trees

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dank je wel Trees.
      Het zijn maar eenvoudige woorden vanuit een hart dat dikwijls vecht met ongeloof. Maar de Heer is groter dan ons menselijk geknoei.
      Alle eer aan Hem !

      Verwijderen

Een reactie posten