dinsdag in week 17 door het jaar

Moeten we het onkruid uitroeien? Weg met degenen die kwaad doen? ‘Nee’ zegt Jezus heel duidelijk. Moeten we dat allemaal dan zomaar verdragen? ‘Ja’ zegt Jezus, ‘laat beiden samen opgroeien tot de oogst’. Dulden dus, eindeloos dulden. We moeten het geduld van God hebben. We moeten het onduldbare dulden en daarbij ons hart tot vrede stemmen opdat de barmhartigheid van de Heer mag zegevieren.

Wilt dat zeggen dat wij niet mogen strijden tegen het kwaad? Jawel, we mogen en moeten strijden, zowel tegen het kwaad in onszelf als tegen het kwaad rondom ons. Maar het moet een heilig strijden zijn, gericht op de bevrijding van hen die kwaad doen. Dat is dus geen strijd met wapens, maar een strijd getekend door liefde en vergeving, door geloof in het kruis dat redding brengt voor ieder, ook voor ons.

De mensen zouden aan ons moeten kunnen zien hoe het goddelijk geduld doorgaat in de geschiedenis.

Reacties

  1. Gisteren nog lazen we hoe Jeremia het volk toonde hoe het ermee gesteld was: hun liefde voor God hadden zij verloren. Vandaag weent Jeremia. Jeremia is een profeet die vaak diep in zijn hart laat kijken. Het lot van zijn volk gaat hem ter harte, weggevoerd als het wordt naar Babel. Maar Jeremia bidt ook. Hij bidt om vergeving omdat de mensen hun God vergeten hebben. Hij hoopt ook op God, die ook nu nog, ondanks al die schuld, kan redden. Dat moeten wij ook doen: bidden. Jezus deed dat ook. Heel Zijn leven lang heeft Hij gebeden en Zijn lot in Gods handen gelegd. Ook Hij leerde ons bidden: ‘Vergeef ons, Vader, onze schuld, zoals ook wij vergeven’. En Hij bad dat ook zelf op het kruis, toen hij God vroeg Zijn belagers te vergeven omdat ze toch niet wisten wat ze deden. Zijn belagers die Hem niet aanvaardden, die Hem het levenslicht niet gunden, die waren eigenlijk dat onkruid op de akker van Gods Koninkrijk. Maar Jezus heeft Gods goede woord gebracht. Wat Hij zaaide, was goed zaad, blijde boodschap: wij allen zijn kind van God, met Hem, met Jezus. Die boodschap, hoe schoon ook, werd niet door iedereen aangenomen. Ook nu niet. Het is van alle tijden. Mensen leven soms liever zonder God. Maar laat maar, zegt Jezus, op het einde zal dat wat niet deugt, verdwijnen. Laten wij de Heer om een innige kennis vragen van Hem, dat al onze gedachten, gevoelens en handelingen zuiver gericht mogen zijn op de eer en lof van Gods majesteit. Daarvoor is de mens toch geschapen: om God de Heer te laten zijn en om Hem te dienen, te loven, te prijzen en dank te zeggen. Bidden wij dat wij, op het einde, in het Koninkrijk van onze hemelse Vader mogen schitteren als de zon. Dat is onze roeping. En het onkruid, het kwaad om ons heen, dat verdragen we wel, omdat we geloven dat God ervan weet. Hij zal de grote Rechter zijn, Hij alleen. Wij moeten niet oordelen. Dat zal God wel doen. Dat geeft zo’n rust, omdat we weten: eens komt het goed. Daarvan lijkt ook het woord ‘God’ te komen: van het ‘goede’, van de onuitroeibare hoop die in elke mens leeft ‘dat eens alles goed zal worden’.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Wanneer ??
      We hopen dat "eens" alles goed zal worden.
      Eens... we weten niet wanneer.
      Matteus noemt die dag "de voltooiing van deze wereld"
      "Alles" zal goed worden, maar niet voor iedereen : voor de kinderen van het rijk der hemelen. De kinderen van het kwaad zullen dan uit ons midden worden weggehaald en uitgeroeid. God zal dan gerechtigheid brengen.
      Geloven wij dat ?
      Er zijn al duizenden jaren voorbij gegaan, en groot onrecht heeft plaatsgevonden naast veel goeds ook en vooruitgang - enorme vooruitgang op heel veel vlakken...
      God heeft tot nu toe de wereld nog niet tot voltooiing laten komen.
      Komt die tijd weldra ? of krijgen we nog duizenden jaren ?

      Verwijderen
    2. Laat ons nederig en dankbaar zijn, om elke nieuwe dag, elke nieuwe kans die we krijgen om iets in ons leven, waarvan we weten dat het nog niet goed is... liefdevol te erkennen en uit te laten roeien
      Jezus Sirach 18, 11 : De Heer heeft geduld met de mens en overstelpt hem met zijn barmhartigheid.

      Verwijderen
  2. "het moet een heilig strijden zijn, gericht op de bevrijding van hen die kwaad doen. Dat is dus geen strijd met wapens, maar een strijd getekend door liefde en vergeving, door geloof in het kruis dat redding brengt voor ieder, ook voor ons". Kris

    Heer, laat ons zien voor wie moeten opkomen. Toon ons wie we moeten vergeven en bij- zonder liefhebben

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Het coronavirus is hoogstwaarschijnlijk naar de mens overgesprongen door het eten van een wilde diersoort, die de Bijbel als 'onrein' beschouwt. God draagt het Joodse volk in Leviticus 11:47 op om scheiding te maken tussen reine en onreine dieren en tussen dieren die gegeten mogen worden en dieren die absoluut niet gegeten mogen worden. In Deuteronomium 14:18 wordt uitdrukkelijk verboden om vleermuizen te eten. Gods regels, geboden en richtlijnen zijn heilzaam en goed (Psalm 119).

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten