Filippus & Jakobus

Nog ken je me niet... horen we Jezus zeggen.

Kennen, in Bijbelse betekenis, gaat veel dieper dan weet hebben van iemands bestaan. Het reikt ook verder dan puur informatie te hebben over iemand. Wanneer Jezus hier spreekt over kennen dan gaat het over een liefdevolle relatie, over een intiem samenzijn met elkaar.
In het Hebreeuws staat er ‘jada’, wat betekent: omgang met elkaar. Kennen, in Bijbelse betekenis, gaat dus over een relationele beleving. 

Je vindt dat nog een beetje terug in de wat oudere uitdrukking dat een meisje en een jongen 'kennis hebben met elkaar'. Ook hier gaat het verder dan weet hebben van elkaars bestaan: het is een kennen gericht op een liefdesrelatie.

Wanneer Jezus vandaag Filippus teder vermaant door te zeggen dat hij Hem nog niet kent, zegt Hij dus dat Hij nog niet in relatie is getreden met Hem, of toch niet ten volle.

Als voorbeeld (zo hoorden we deze week nog) haalt Hij z’n eigen relatie met de Vader aan. ‘… zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken’. Op dezelfde wijze wil Jezus omgaan met ons; in dezelfde liefdevolle verhouding, en wel als wederkerigheid: de Heer met ons en wij met de Heer.

God heeft - doormiddel van Maria - Jezus gebaard in onszelf. Dit met de bedoeling en de uitnodiging dat wij ons zouden geven aan zijn Zoon, om, opgenomen in zijn ja-woord, beeld en gelijkenis te worden van zijn liefde.

Laten we onze vrijheid (want we kunnen ook ‘nee’ zeggen) benutten om Gods liefde te beantwoorden door ons helemaal toe te vertrouwen aan Jezus. Laten we dit heel persoonlijk doen, in een innige stille liefdevolle omgang met Hem. Neem daarvoor tijd in je gebed. Neem, naast je mondgebeden, je voorbeden, je lofzangen, tijd voor stilte. En vlij je tegen de Heer aan, zonder woorden. Enkel innige omgang. Laat je omhelzen, en omhels Hem. Drink van zijn liefde, van zijn genade. En wordt één.
De emoties die je daar wel of niet bij ervaart, zijn ondergeschikt aan het gebeuren.

Doe dit persoonlijk, maar niet alleen. Wees je ervan bewust dat je deel uitmaakt van die grote gemeenschap die Christus in zich wilt trekken: zijn mystiek Lichaam op aarde: de Kerk, maar ook ver daarbuiten: in wezen ieder mens. 

En wanneer je je gebed verlaat, stop dan niet met bidden. Maar blijf innig verbonden met de Heer. Doe wat je moet doen vanuit zijn liefde die Hij voor je heeft. Heb de ander lief door lief te hebben in Jezus' naam.

Moge je liefdesband met de Heer het centrum zijn van je dag, je diepste drijfveer, je spirit. Moge je zo drager, en uitdrager, zijn van God zelf.

Opdat Hij mag gekend zijn, meer een meer. Gekend in Bijbelse betekenis van het woord.

Laten we bidden

Heer,
Gij kent ons,
Gij hebt ons lief.
Trek ons in de brand van uw liefde,
opdat wij,
één geworden met U,
Gods liefde mogen zijn.
Tot in lengte van dagen.
Amen.

Reacties