vrijdag in week 25 door het jaar
Hij zei tegen hen: ‘En wie ben Ik volgens jullie?’
Petrus antwoordde: ‘De door God gezonden messias.’
Nadat Jezus aan de leerlingen vroeg wat de mensen zeggen wie of wat Hij voor hen was, stelde Hij deze vraag nu heel persoonlijk aan hen, waarop dan Petrus antwoordde: ‘De door God gezonden messias’.
Bij Matteüs zegt Jezus er dan nog bij: 'Gelukkig ben je, want dit is je niet door mensen van vlees en bloed geopenbaard, maar door mijn Vader in de hemel.’ (Mt. 16, 17)
Dit laatste, namelijk het geopenbaard zijn door de Vader, is van groot belang. Immers ook aan ons vraagt Jezus wie Hij voor ons is. En als we al antwoorden is het van belang dat we dit doen vanuit een innerlijke openbaring.
We zouden namelijk ook kunnen antwoorden vanuit ons allerindividueelste ikje, los van God. Antwoorden als ‘Jezus is voor mij enkel een voorbeeld, Hij komt mij interessant over, Hij is voor mij een soort licht, zijn boodschap heeft nog enige betekenis, Hij is een meester onder de vele meesters, Hij is voor mij een soort boeddha, ik doe mijn best en Hij doet de rest,…’, zijn woorden die misschien ‘iets’ zeggen over Hem, maar gewoonlijk omvatten ze lang niet wie de Heer in werkelijkheid, of in de diepte, is.
Trouwens, niet wat ik denk wie de Heer is, is van belang, maar wel wie Hij voor mij is. Dat zijn twee verschillende zaken.
Om te kunnen zeggen wie Jezus is, moeten we een hart hebben dat zich opent voor Gods openbaring. Een arm hart, een hart dat leeg is, een hart dat uitkijkt naar wat is, en wat zich daardoor wilt laten vullen.
Met andere woorden: we moeten leren stil zijn, en rustig. Stil om te kunnen luisteren, rustig om in vrede en geduld te kunnen ontvangen.
Justinus, uit de 2e eeuw, verwoordde het zo: ‘Je moet vooral bidden dat de deuren van het licht voor je worden geopend, want niemand kan zien en begrijpen, als God en Christus het hem niet mogelijk maken om te verstaan’.
Bonhoeffer (1906-1945) trekt dit nog verder open wanneer de mens, of de Kerk, meent te moeten spreken over Christus. Hij zegt: ‘Een leer over Christus begint met zwijgen. Het zwijgen van de Kerk is het zwijgen van het Woord. Over Christus spreken betekent zwijgen. Over Christus zwijgen betekent spreken. Als de Kerk op de juiste manier spreekt door op de juiste manier te zwijgen, dan verkondigt ze Christus.’
Met andere woorden: we kunnen Christus leren kennen door zijn Woord, maar we moeten dit Woord ontvangen vanuit een luisterende houding. Niet te snel invullen, maar diep luisteren, vanuit leegte en verlangen, om te kunnen ontvangen wat gegeven wordt.
Enkel dan zullen we kunnen ontmoeten; Hem ontmoeten. Want we zullen Hem maar ten diepste kunnen vinden wanneer we Hem kennen zoals Hij is. Maar nogmaals: wat ons kennen van Hem betreft hangt van Hem af, en niet van ons. Paus Benedictus XVI zei: ‘Wat we ook doen, indien Hij zich niet toont, zullen we nooit volledig tot bij Hem geraken’.
Moraal van het verhaal: laten we nooit te snel God, of Christus, invullen. Laten we, integendeel, met veel geduld en discipline, de stilte diep beminnen en koesteren, opdat we van Hem mogen ontvangen.
En laten we dan, vanuit een innige verkering met Hem, nederig en moedig, Hem uitdragen: zijn liefde, zijn vrede, zijn barmhartigheid. Eén met Hem.
kris
Ik onthou vandaag :"met véél geduld en discipline,de stilte diep beminnen en koesteren, opdat we van Hem mogen ontvangen ."Hem dan uitdragen,Zijn Liefde Zijn Vrede,Zijn Barmhartigheid ." Een met HEM.
BeantwoordenVerwijderenIk prent 't in mijn hoofd .
Dankjewel Kris .
In mijn werken met jongeren heb ik meermaals ervaren dar we met z'n allen moeten zoeken naar een hedendaagse naam voor God en voor Jezus.
BeantwoordenVerwijderenWie helpt onze jonge mensen daarbij ?
Het persoonlijk getuigenis (van mens tot mens) is het beste. Zo deden de apostelen het ook. Paulus was hierin een sterk voorbeeld. Hij sprak de mensen aan vanuit hun eigen situatie en bezig zijn en verkondigde op het gepaste ogenblik zijn boodschap.
Verwijderenik denk, als vader van twee jongemannen, dat voor jonge mensen woorden er vaak niet zo toe doen. het is vooral wat ze zien en ervaren. ben je voor hen een aansprekend voorbeeld dat richting geeft, en een houvast, een plek om aan te leggen in hun roerige zo onzekere leven, waar aandacht is en liefde?
VerwijderenDat denk ik ook, Stefan. Met woorden die we veranderen, bereiken we niet veel. Jonge mensen moeten zien en ervaren dat we van hen houden en dat ze in hun zoektocht bij ons welkom zijn. En ook dat Jezus voor ons iets betekent.
Verwijderen