zaterdag in week 25 door het jaar
Lucht en leegte, alles is leegte. Zo lezen we vandaag bij Prediker.
Leegte is een woord dat bij Prediker zeer dikwijls voorkomt. Wat hij daarmee wil zeggen is dat wanneer je een leven leidt los van God, dat alles leegte is, lucht, niets. Het leven krijgt maar werkelijk zin wanneer we bewust leven voor Gods aanschijn, wetend dat we gezonden zijn, dat we een roeping in dragen, dat we dienen een antwoord te geven op Gods vraag Hem te belichamen.
Wie los van dit alles leeft, is in leven, maar leeft niet, zou je kunnen zeggen. Hij werkt, geniet, voedt zich, heeft allerhande relaties,... maar hij mist waar het in het leven om gaat, namelijk een leven leiden voor en in God.
Prediker waarschuwt voor een leeg leven. Als we onze harten op God richten, als we zijn liefde belichamen in ons dagelijks leven, krijgt ons leven betekenis, en is het absoluut niet leeg, integendeel. God zelf zal in Christus onze volheid zijn; leven voor ieder.
kris
Prediker, Kohelet in het Hebreeuws, besluit zijn overwegingen. Hij eindigt eigenlijk waar hij begonnen is: ‘Alles is ijdelheid’. Hier op het einde verhaalt hij in mooie beelden het einde van een mensenleven: de zon verduistert, onze ogen verzwakken. De huisbewaarders en de sterke mannen krimpen ineen, de benen beven. De maalsters doen hun werk niet meer, want hun aantal is klein geworden, onze tanden gaan stuk en vallen uit. De duisternis daalt, de ogen worden troebel en het geluid van de molen wordt doffer en doffer, we worden doof. Men ziet op tegen elke helling op straat en is angstig op straat, want als je oud wordt, val je gemakkelijk en je staat niet meer vast op de benen. De amandelboom bloeit, de sprinkhaan verzadigt zich en de kappervrucht barst open, maar de mens ziet het niet meer. Hij vertrekt naar zijn eeuwig tehuis, de levensdraad raakt op en knapt af. De mens wordt weer stof en zijn levensgeest keert naar God terug. IJdelheid der ijdelheden, zegt Prediker, ja, alles is ijdelheid. Alles wat op aarde is en ook wat wij zijn en hebben, het vergaat.
BeantwoordenVerwijderenWeet je hoe dat klinkt in het Hebreeuws, ‘IJdelheid der ijdelheden’? Dat is: ‘Havel havelim’. Dat is ‘Abel der Abels’. Een mens is een Abel voor wie je goed moet zorgen. Kaïn zorgde niet, maar sloeg zijn broer dood. Abel was dan ook maar een ijdelheid, d.i. een zuchtje, een windje, niet meer dan een ademtocht. Daarom moeten wij goed voor mekaar zorgen.
Jezus kondigt ook Zijn sterven aan. Maar de leerlingen begrepen het niet. En toch durfden ze Hem geen uitleg vragen. Zo zijn wij: over de dood zwijgen we liever. We denken liever aan leukere dingen. Dat mag, zegt Prediker. En dat is zijn boodschap: Geniet van het goede dat God je geeft, maar weet dat God eens rekenschap vraagt over alles wat je doet. Gods oordeel zal uitwijzen of het goed is of kwaad.
Elke mens gaat in zijn of haar leven door perioden van leegte. De oorzaken zijn veelvuldig,
BeantwoordenVerwijderenmaar dikwijls zijn mensen de oorzaak van elkaars leegte.
Ik zou mensen aanraden om trouw te zijn aan elkaar in alle omstandigheden...en iedere dag zich af te vragen of ze trouw geweest zijn ook als de dag moeilijk en mistig was ...