maandag in week 5 van de veertigdagentijd

Vandaag zegt Jezus tot ons: ‘Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen.’ 

We zijn zo snel in het oordelen over anderen. De middeleeuwse schandpaal is soms zeer actueel. Vanwaar toch die drang naar oordelen? Op een of andere manier moet dat oppervlakkig gezien een goed gevoel geven, een soort kick. Raar maar waar. De waarheid is dat oordelen ons wegtrekt van de liefde, van elkaar, van God.

Wie oordeelt sluit inderdaad zijn hart af voor de liefde. Vergeving krijgt zo goed als geen kans meer, laat staan verzoening. En, niet onbelangrijk, we verduisteren onze omgang met God.

Betekent dit dat we geen kwaad meer mogen zien en benoemen? Ja hoor, zeer zeker wel. Het is zelfs belangrijk te zien waar er kwaad heerst, zelfs door wie dit kwaad wordt gedaan. Maar dat wil nog niet zeggen dat we degene die kwaad doen moeten veroordelen. Dit laatste is niet de weg van Christus. Dat leert ons het evangelie vandaag.

We zouden de naaste, ook degene die kwaad doet, áltijd moeten benaderen met een hart dat getekend en bewoond is door Gods barmhartigheid. Zien met de ogen van Jezus. Liefhebben met Hem, in Hem, door Hem. Dat is de weg die wij als christenen te gaan hebben.

Het is geen gemakkelijke weg. Het vraagt een achterlaten van een mentaliteit die relaties naar beneden haalt. Het vraagt een verandering van gedrag. In wezen vraagt het bekering; een zich keren naar God, om vanuit Hem - vanuit zijn liefde - opnieuw en ánders naar de naaste te zien.

We zijn mensen. Soms zal het lukken. En soms helemaal niet. Het heeft met allerlei factoren te maken: de rugzak die we dragen, ons humeur, het werkelijk boos zijn op de ander,… Het is des mensen. Maar dat betekent niet dat we als mens niet kunnen groeien. Groei, met vallen en telkens opnieuw weer opstaan, hoort tot ons christen-zijn.

Ik zou zeggen: als je faalt, als je voelt dat het niet lukt, leg je biddend neer in Gods barmhartigheid. Bid voor jezelf, en bid voor de ander. Bid om genade te kunnen vergeven, bid om de gave van verzoening.

En laten we ook mekaar dragen; enerzijds door elkaar biddend bij de Heer te brengen, anderzijds door elkaar daad-werkelijk te benaderen met Gods tederheid en barmhartigheid.

Laten we ons met ons hele zijn hechten aan Christus, opdat vergeving en verzoening geen loos principe zou zijn in ons bestaan, maar een realiteit waarin Gods liefde ten diepste geëerd en gevierd wordt.

Laat ons bidden ...

Goede Vader,
moge uw Geest ons stuwen
in de liefde van Christus,
opdat wij, verinnigd in Hem,
uw barmhartigheid mogen zijn
voor elke mens.
Tot in lengte van dagen.
Amen.

Een mooie maandag,
kris

Reacties

  1. Dit stukje evangelie behoorde tot het verkondigingsmateriaal van de eerste christenen, maar de synoptische evangelisten hebben het niet op durven nemen in hun evangelie. Het was toch wat delicaat. Uiteindelijk kreeg het een plaatsje in het Johannesevangelie, maar de stijl en verhaaltrant passen veel beter bij Lucas bv. Jezus doet wat Daniël deed in de eerste lezing: Hij spreekt vrij. Hij redt een vrouw van de dood. Daniël deed dit voor een onschuldige die vals werd beschuldigd, Jezus doet het voor iemand die betrapt is op heterdaad. Zo iemand moest volgens de Wet gestenigd worden. Men brengt de vrouw bij Jezus met de heimelijke bedoeling Hém vast te kunnen zetten. Maar Jezus schrijft in het zand. Nergens elders staat er dat Jezus iets schreef. Wat schrijft Jezus daar in het zand? Wij weten het niet. Jezus schrijft niet op papier, maar in het zand, waar de wind weer weg zal waaien wat Hij schreef. Jezus zegt dan uiteindelijk: 'Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen'. Daar heeft Hij iets gezegd. Zij druipen af, want Jezus heeft hen in hun eigen hart doen kijken. En alleen Jezus blijft achter met de vrouw. Hij is ook de enige die geen zonde heeft. Jezus veroordeelt haar niet, maar zegt: 'Ga heen en zondig niet meer'. Dat is het woord dat wij horen in elke biecht. Het is geen woord van de priester, het is een woord van Jezus zelf. De Rechter is tevens onze Redder en Verlosser. Zo goed is God.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Jezus stuurt haar weg en zegt "en zondig vanaf nu niet meer". overspel vinden we nu niet meer strafbaar maar voor Jezus was het toch echt een zonde, anders hoefde hij niet te zeggen "en zondig vanaf nu niet meer". wat zal Hij zeggen als ze toch weer onrecht begaat?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Jezus schreef in het zand... Kan het, dat Hij tijd nam om tot onderscheiding te komen? En dat, als Hij voor de tweede keer in het zand schrijft, de aanklagers de tijd krijgen om tot bezinning te komen?

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten