woensdag in week 1 van de veertigdagentijd

Jona,… een mooi figuur. Hij is het teken van Gods zorg voor de mensheid, van Gods bekommernis om ieder mens. In zijn leven verpersoonlijkte Jona als het ware de zorg van God om zijn kinderen.

Jezus vergelijkt zich vandaag met Jona, in de zin dat de Mensenzoon, ook een teken is van Gods zorg voor de mensheid. Hij doet er zelfs nog een schepje bovenop: ‘Jullie zien hier iemand die meer is dan Jona’.

Dat ‘meer’ zit ‘m in het feit dat Jezus de langverwachte Messias is, Gods mensgeworden Woord, om de mensheid te vervullen met zichzelf, haar ten diepste te redden, op te tillen, Gods Pasen aan te bieden.

Lieve mensen, hoe dragen wij Jezus in ons hart?
Mag Hij werkelijk diegene zijn die Hij is: Gods Zoon, levende Liefde van de Vader, Beeld van God, onze beschermer, Weg ten leven, Brood ons gegeven, genezend licht, deur tot het ware leven, Herder voor het verloren schaap, onze levende hoop?

Laten we zijn liefde werkelijk toe die Hij heeft voor ieder van ons?  Laten we ons erdoor verteren? Durven we de stap te wagen te verdwijnen in Hem?

Moge deze vastenperiode ons bewust maken van onze diepste roeping als christen.

kris

Reacties

  1. Kris, jij zegt het zo gemakkelijk. Laten we ons verteren door Zijn liefde. Maar wat ben ik daar nog ver vanaf. Het lijkt mij zo onbereikbaar. Juist in deze tijd wordt ons voorgehouden om voor jezelf op te komen en je niet onder te laten sneeuwen. Ik verafschuw de woorden: “ Daar heb je recht op”... En toch. Als ik zelf goed in het leven sta ben ik in staat om anderen te helpen. Ik vind het niet zo gemakkelijk maar God heeft mij altijd mijn weg gewezen en dat zal Hij blijven doen. Dat vertrouwen heb ik gelukkig.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het boekje Jona is tamelijk taal geschreven, vermoedelijk in de vierde eeuw v. Chr. Dus lang na de Babylonische ballingschap. Toch ziet de schrijver in die vreemde metropool Ninive in Babylonië nog altijd het symbool van kwaad en roof, van gewelddadigheid en onderdrukking. Nu roept God Jona om die stad tot inkeer te brengen. Jona is een Jood en ziet dat niet zitten. Ninive moet voor hem gewoon verdelgd worden. Jona vlucht dan ook weg van zijn opdracht. Maar na veel avonturen, hij ontsnapt aan de verdrinkingsdood, gaat hij toch de stad Ninive binnen. Maar tegen zijn zin. Hij is ook nog lui. Drie dagreizen groot was de stad, maar Jona houdt het na één dagreis al voor bekeken. Maar de stad bekeert zich heel en gans op dat woord van Jona: 'Veertig dagen nog en jullie vergaan'. Jona is niet opgetogen om die bekering. Hij is kwaad dat God de stad spaart. En toch is het, zoals Kris zegt, zo mooi dat God ook die mensen in Ninive wil redden. Ook in Jezus' tijd dacht men dat het heil alleen voor de Joden was. Al de rest kon ontploffen. Zo is Jezus niet. Jezus' heil zal uiteindelijk voor heel de wereld zijn. Jezus zal Zijn leven geven voor alle mensen, waar die zich ook bevinden. Maar Jezus zal dat niet zoals Jona doen tegen zijn zin. Juist met heel de liefde van God zelf zal Hij ons redden.
    Gisteren leerde Jezus ons het Onze Vader bidden. Dat was de concrete invulling van ons eerste boetewerk: bidden om de relatie met God te herstellen. Laten wij eens heel intens tot God 'Vader' zeggen: God, U bent mijn Vader. Al mijn zorgen, al mijn pijn en al mijn zonden breng ik voor U. En laten wij daarna even intens tot Hem zeggen: 'ONZE Vader'. Dan brengen wij heel de mensheid voor God, met al haar pijn en lijden, met al haar armen en verdrukten, zoveel mensen ook die zoals de Ninevieten het verschil niet kennen tussen goed en kwaad, tussen hun linker- en hun rechterhand. Laten wij dat echt even doen. Dan eren wij God en dan hebben wij onze naasten lief. Dan zijn we naar een neologisme van Mgr. Vanhoutte in Tertio van vorige week 'eredienstbaar'. Veel mensen ontmoet ik die vriendelijk en zeer dienstbaar zijn. Maar velen hebben God niet. God werkt natuurlijk ook ongeweten in hen. Goddank! Maar laten wij in de eredienst, in ons gebed, Jezus ontdekken die niets dan dienstbaar is, en ook God zelf die niets dan liefde is. En mocht de vonk dan overslaan: vanuit ons gebed worden we dienstbaar aan alle mensen. Ja, ons gebed is dan al een dienst aan alle mensen van de wereld die wij voor God brengen.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten