vrijdag na aswoensdag
De profeet Jesaja windt er geen doekjes om. We lezen als woorden van God de Heer: "Is dit niet het vasten dat Ik verkies: misdadige ketenen losmaken, de banden van het juk ontbinden, de verdrukten bevrijden, en ieder juk breken? Is het niet: je brood delen met de hongerige, onderdak bieden aan armen zonder huis, iemand kleden die naakt rondloopt, je bekommeren om je medemensen?"
Het vasten heeft de bedoeling dat we ons keren naar God, dat we afstand nemen van al wat zondig is, dat we berouw tonen en ons begeven op de weg die God met ons wilt gaan. Soberder leven, vasten op voedsel, afstand nemen van, zal ons helpen te groeien in onze diepere intimiteit met God.
Het gevaar bestaat er echter in dat we ons gaan nestelen in een hoekje, met heilige boekjes en gebeden, denkend goed bezig te zijn. Maar in dat hoekje vergeten we echter één ding, namelijk dat groei in God moet betekenen: groeien in liefde, in barmhartigheid, in naastenliefde. Als dit laatste niet is, moeten we ons vragen stellen hoe we bezig zijn.
De veertigdagentijd zou ons tot meer liefdevollere mensen moeten maken, mensen die oog hebben voor de medemens in wie de Heer zelf als bedelaar naar liefde tot ons komt.
Maar daarvoor moet gevast worden, moet de woestijn van ons hart worden ingegaan, om geheel alleen met de Heer heel duidelijk de keuze te maken enkel God te dienen. Wie dit laatste klaarspeelt zal een mens van liefde worden en de woorden uit de profeet Jesaja handen en voeten geven.
Moge God gebeuren.
kris
Reacties
Een reactie posten