zondag 2 in de veertigdagentijd - B

Vandaag horen we het zogenaamde evangelie van de gedaanteverandering, of de verheerlijking van Jezus op de berg Tabor. Een pareltje van een evangelie! Een voorafbeelding, zou je kunnen zeggen, van wat we met Pasen gaan horen, vieren en beleven.

We horen dat de leerlingen die bij dit gebeuren aanwezig waren (Petrus, Jakobus en Johannes) er duidelijk deugd aan hadden, ook al leefde er in hun hart een zekere angst. Je zou voor minder... Wat ze meemaakten, wat ze zagen, was ook niet alledaags.
Hoe dan ook, ze stelden Jezus voor tenten op te slaan, wat er op zou kunnen wijzen dat ze in die toestand wilden blijven.
Maar niets van dat. Gedaan met het lichtend visioen. Geen tenten. Terug de berg af, terug naar het gewone leven.

Ik denk dat velen van ons dergelijke momenten van 'licht' in hun leven gekend hebben. Sommigen misschien meerdere momenten, anderen misschien één moment. Sommigen misschien ook niet. Maar velen van ons, tenminste ik hoor dat toch dikwijls van mensen, hebben momenten in hun leven gekend waarvan ze zeggen: Hier heeft God me aangeraakt, hier heeft Hij zich bijzonder getoond, hier beleefde ik aan den lijve zijn aanwezigheid, hier openbaarde Hij zijn liefde op een heel sterke wijze,... Dit kan zijn bij een schouwen in het gebed, maar ook tijdens een moment van dankbaarheid tijdens het koken, of bij een moment waar verzoening tot stand kwam. Velen kenden deze moment ook wanneer ze zich geroepen voelden tot het religieuze leven, of om hun leven te wijden aan die ene persoon. Maar ook tijdens een biecht, of bij het ontvangen van de communie, kan het licht van God zich zeer diep openbaren. Persoonlijk heb ik al zeer sterke momenten gezien wanneer mensen de ziekenzalving kregen toegediend vlak voor ze de grote overstap maakten. Echt mooi.

Hoe dan ook... het zijn momenten die - wanneer we ze in her-innering roepen - ons nog steeds diep kunnen ontroeren. Misschien vervullen ze ons ook met een zekere heimwee. Moesten we kunnen, we zouden misschien ook tenten hebben willen opslaan om in die zalige toestand te blijven. Maar het leven zit zo niet in elkaar. De realiteit van het alledaagse leven is niet voortdurend 'verheerlijking'. Het leven van elke dag is geen aaneenraveling van dergelijke genademomenten. Het vraagt veeleer inspanning van ons om te blijven kiezen voor de Heer, voor zijn liefde. Het vraagt discipline om dagelijks te bidden. Het vraagt keuze om te leven niet voor onszelf maar voor de ander. Da’s geen evidentie, en zeker geen romantiek. Soms is het zelfs hard labeur, doorzetten, elkaar dragen en verdragen. Enfin, je weet het wel.

Het Taborverhaal van vandaag doet me denken aan woorden van Theresia van Lisieux: 'Leven van liefde is niet je tent opslaan op de Taborberg, maar het is mét Jezus de weg van Calvarie gaan en het kruis zien als een schat'. Waarmee ze wil zeggen dat het dagelijks leven geen voortdurend aanschouwen is van verheerlijking, maar dat het een engagement is voor de liefde van God die haar kracht vindt in het kruis van de Heer. En inderdaad, zo is dat. Het gaat om ja zeggen op de liefde, zoals de liefde (God zelf) ja zegt tot ons.

Laten we die enkele momenten van 'genadevol licht' (ik noem het nu maar even zo) die velen van ons ontvangen hebben ergens in hun leven, diep koesteren als een hoog goed. Laten we er dankbaar om zijn, en blijven. Laten we ze met regelmaat her-inneren. Maar mogen ze ons niet lam maken, maar juist fris en enthousiast om ons dagelijks leven te vullen met liefde voor al degenen die God ons toevertrouwt.

Vredevolle groeten,

kris

Reacties

  1. De weg naar Pasen is lang en de weg naar bekering is moeilijk. God, bedankt voor dit visioen van licht, waarmee U ons komt bemoedigen. Nu mogen we even zien waar ons leven naartoe gaat, ons leven dat dat van Uw Zoon is. Het gaat naar de heerlijkheid. En al begrijpen wij het niet, zoals de drie leerlingen die zich afvroegen wat dat opstaan uit de doden mocht betekenen, wij mogen Uw woord horen dat ook ons zegt: 'Dit is Mijn Zoon, de Welbeminde, luistert naar Hem'. Nu weten we dat we mogen doen wat Hij ons vraagt en voorhoudt in het evangelie, want nu weten we ook dat precies dat de weg is die ons naar U zal voeren, naar de volheid en de heerlijkheid van het eeuwig leven. Inderdaad, nu zijn wij daar nog niet, maar we mochten even het doel zien van geheel onze menselijke existentie. We zijn geroepen tot heerlijkheid, Uw heerlijkheid. En Uw Zoon gaat ons daarin voor, nog altijd.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. goede Vader, ik wil U danken dat ik Uw kind mag zijn, dat ik mijn leven in Uw handen mag leggen en dat ik mij, ondanks alle lijden, steeds weer mag verblijden in Jezus Christus, Uw
    Zoon, mijn broeder.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten