zaterdag na de Openbaring

De doper sprak: 'Een mens kan alleen ontvangen wat hem door de hemel gegeven wordt.'

Johannes is een groot voorbeeld van nederigheid. Terwijl hij veel ontzag genoot, terwijl honderden of misschien wel duizenden mensen naar hem toekwamen om hem te aanhoren, om door hem gedoopt te worden, bleef hij ten dienste van datgene wat God hem vroeg. Hij was er zich dan ook ten stelligste van bewust dat een mens enkel die dingen echt goed, juist en waarachtig kan doen, wanneer ze hem door God gegeven zijn.

'Hij (Jezus) moet groter worden en ik kleiner', zo zegt hij. Dat is heel zeker de sleutel, of het geheim, van zijn nederigheid. Het gaat niet om zijn leven dat hijzelf zou kunnen plannen en verwezenlijken. Nee, het gaat om wat God wil; God in Christus, Hij steeds groter, Johannes steeds kleiner.

Ook wij zijn geroepen om Jezus steeds groter te laten worden in ons leven en wij kleiner. En dat heeft niets te maken met minderwaardigheid, ook niet met het moeten prijsgeven van eigen identiteit, integendeel. Wie Christus groter laat worden in zijn leven zal juist meer en meer zijn ware identiteit ontdekken, en zijn diepste waardigheid. Ons ware ik is immers te vinden in ons ja-woord aan de Heer. In Hem zullen we ons meest ware zelf vinden. In Hem zullen we onze roeping horen en de genade ontvangen deze weg te kunnen gaan. Hij met ons.

Laat ons kleiner worden, opdat Jezus groter mag worden.

kris

Reacties

  1. Wie Jezus heeft, mag met recht op God vertrouwen. God luistert naar ons bidden, tenminste als wij iets vragen dat volgens Zijn wil is. Sint-Jan zegt dat wij voor onze broeder of zuster moeten bidden als hij of zij zondigt, tenminste als die zonde niet voert tot de dood. Volgens mij gaat het hier niet over doodzonden of dagelijkse zonden. Want ook voor iemand die zwaar zondigt, moet je bidden. Sint-Jan zegt hier iets wat ook Sint-Paulus zegt in de eerste brief aan de Corinthiërs 5, 5. Soms moet men iemand uitleveren aan de satan, tot ondergang van zijn lichaam, maar tot redding van zijn geest op de dag des Heren. Soms is een bepaalde daad of een bepaalde persoon zo gevaarlijk voor de (christelijke) samenleving, dat wij het maar aan God over moeten laten en even moeten stoppen met te bidden, zoals ook onze burgerlijke rechtbanken soms iemand levenslang gevangenzetten omdat die persoon een gevaar is voor de samenleving. Jezus zegt dat ook tot Zijn verkondigers: ‘Als men u ergens niet ontvangt, laat het maar, schud het stof van je voeten tegen hem of haar of tegen hen (vgl. Mt. 10, 14). Soms moet je een ander die echt niets van God wil weten, gewoon laten voor wat hij of zij is. Ik denk dat Sint-Jan hier in zijn brief ook zoiets bedoelt. Soms helpt bidden niet meer. Mensen kunnen soms zo verhard zijn dat ze voor geen rede meer vatbaar zijn. Maar Sint-Jan zegt dat wij Christus kennen en door Hem de ware God. De wereld – dat is bij Sint-Jan altijd de wereld zonder God – de wereld ligt in de macht van de Boze. Zonder Jezus is het geen leven.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De Doper heeft Jezus aangewezen en nu loopt zijn taak ten einde. Allen lopen naar Jezus. Johannes is niet boos of ontgoocheld. Hij is de Messias niet. Hij gaat maar voor Hem uit. Johannes kent zijn plaats: hij is de Bruidegom niet, hij is maar een vriend van de Bruidegom. Jezus is de Bruidegom van de mensheid. Johannes kan Hem Zijn rechten niet ontnemen. Vgl. de ritus van het losmaken van de sandalen. Johannes wil dat niet, want Jezus’ sandalen losmaken zou betekenen: Hem af doen zien van Zijn recht (vgl. Ruth 4, 8). Johannes zegt: ‘Hij moet groter worden en ik kleiner’. Dat is ook niet enkel een woord van nederigheid. Ook dit woord hoort thuis in de bruiloftsthematiek: Jezus moet kinderen krijgen, kinderen voor het Rijk Gods. Zijn aanhang, Zijn nageslacht, Zijn kroost moet groter worden, dat van Johannes is van geen belang. De Doper wil zich niets toe-eigenen wat hem niet door de hemel gegeven is. Hij wil aan God niets vragen dat niet volgens Zijn wil is, om het met de eerste lezing te zeggen. Want de Doper is de laatste profeet van het oude verbond. Nu brengt Jezus een nieuw.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. God in Christus, Hij steeds groter, ik steeds kleiner.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Jezus is de Bruidegom van de mensheid. Johannes kan Hem Zijn rechten niet ontnemen. Vgl. de ritus van het losmaken van de sandalen. Johannes wil dat niet, want Jezus’ sandalen losmaken zou betekenen: Hem af doen zien van Zijn recht (vgl. Ruth 4, 8). Johannes zegt: ‘Hij moet groter worden en ik kleiner’.

    Ik begrijp dit niet:
    Jezus’ sandalen losmaken zou betekenen: Hem af doen zien van Zijn recht

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. ik zou mijn hoofd daar niet mee breken. Het is zoals: 'Heer, ik ben niet waardig dat Gij onder mijn dak komt, maar spreek , en ik zal gezond worden'

      Verwijderen
    2. Ik zou daar ook mijn hoofd niet mee breken. We gaan geen muggen beginnen ziften. Het Evangelie is een Blijde Boodschap, verheug u.

      Verwijderen
  5. Indien je alle varianten (Mattheus, Marcus en Lucas) van die spreuk over de sandalen bij mekaar legt (de ene keer is het gewoon die aanbrengen, de andere keer is het die losmaken…), dan moet je wel besluiten dat die verwijzing naar het ontnemen van de rechten, op basis van een tekst uit Ruth, op niets is gebaseerd. Het gaat er gewoon om dat Johannes de Doper zich zo onwaardig acht dat hij zelfs niet waard is om de kleinste dienst aan de Heer te bewijzen. Zo groot is Hij die na hem komt. Die tekst uit Ruth verwijst naar een soort van gebruiksrecht bij overeenkomsten. Je wisselde een sandaal of een ander kledingstuk als pand aan mekaar bij een overeenkomst.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. eigenlijk hoef je geen sandaal los te maken als daar iedereen blootvoets rondliep

      Verwijderen

Een reactie posten