zaterdag in week 9 door het jaar
Jezus riep zijn leerlingen bij zich en zei tegen hen: ‘Ik verzeker jullie: deze arme weduwe heeft meer in de offerkist gedaan dan alle anderen die er geld in hebben gegooid; want die hebben gegeven van hun overvloed, maar zij heeft van haar armoede alles gegeven wat ze had, haar hele levensonderhoud.’
De arme weduwe geeft 'meer' dan de rijken, omdat zij 'alles' geeft, terwijl de rijken iets gegeven hebben 'van hun overvloed'.
Ware vroomheid is dus niet een zaak van meer of minder geven, maar van alles of niets.
Waar zit dat ‘alles’ dan in?
Wel, een eerste vraag die we ons kunnen stellen is: ‘Voor wie leven we?’
Ik denk dat een christen kan stellen dat hij ‘voor God’ wil leven, en enkel en alleen voor Hem. Hij, die de schepper is van je leven, Hij die je bemint zoals enkel Hij dat kan, Hij die in Christus in je woont en jou vervult met zichzelf, Hij die je roept, Hij die je zendt,… Als christen wil je toch enkel van Hem zijn, wil je een levend antwoord zijn op zijn vraag Hem in Christus toegewijd te zijn? Als christen kies je toch Hem als de kern van je bestaan, de ziel van je leven?
Wat houdt dit concreet in?
Wel, het is leven, bewegen, bidden, werken, ‘in Hem’. Het is je relatie met Hem levendig houden, je gevend aan het de gloed van de Geest in je ziel. Het is bidden, en wel zonder ophouden. Dat betekent Hem je adem laten zijn van je bestaan. Het is tijd maken voor specifiek gebed om van daaruit - in innige verbondenheid met Christus - te leven, te werken, te zingen, te rusten.
Het gaat erom Gods Vrede in je te dragen, als een voort-durend lied van binnenuit aan jou geschonken. Het is die Vrede die Christus geschonken heeft met Pinksteren aan zijn leerlingen, maar dagelijks ook aan jou. Om vanuit het dragen van die Vrede liefde-vol in het leven te staan; Gods minne leggend in al wat je doet, Gods liefde gevend naar allen die je ontmoet en waarvoor je bidt.
Het is leven vanuit de liefde jouw gegeven, om haar terug te schenken aan je Schepper door haar te belichamen in heel je persoon bij al wat je doet.
Het is Gods liefde zijn, toelatend dat Hij dat door jou heen is in Christus Jezus.
Dat is onder andere 'alles geven van wat je bezit'.
kris
De arme weduwe geeft 'meer' dan de rijken, omdat zij 'alles' geeft, terwijl de rijken iets gegeven hebben 'van hun overvloed'.
Ware vroomheid is dus niet een zaak van meer of minder geven, maar van alles of niets.
Waar zit dat ‘alles’ dan in?
Wel, een eerste vraag die we ons kunnen stellen is: ‘Voor wie leven we?’
Ik denk dat een christen kan stellen dat hij ‘voor God’ wil leven, en enkel en alleen voor Hem. Hij, die de schepper is van je leven, Hij die je bemint zoals enkel Hij dat kan, Hij die in Christus in je woont en jou vervult met zichzelf, Hij die je roept, Hij die je zendt,… Als christen wil je toch enkel van Hem zijn, wil je een levend antwoord zijn op zijn vraag Hem in Christus toegewijd te zijn? Als christen kies je toch Hem als de kern van je bestaan, de ziel van je leven?
Wat houdt dit concreet in?
Wel, het is leven, bewegen, bidden, werken, ‘in Hem’. Het is je relatie met Hem levendig houden, je gevend aan het de gloed van de Geest in je ziel. Het is bidden, en wel zonder ophouden. Dat betekent Hem je adem laten zijn van je bestaan. Het is tijd maken voor specifiek gebed om van daaruit - in innige verbondenheid met Christus - te leven, te werken, te zingen, te rusten.
Het gaat erom Gods Vrede in je te dragen, als een voort-durend lied van binnenuit aan jou geschonken. Het is die Vrede die Christus geschonken heeft met Pinksteren aan zijn leerlingen, maar dagelijks ook aan jou. Om vanuit het dragen van die Vrede liefde-vol in het leven te staan; Gods minne leggend in al wat je doet, Gods liefde gevend naar allen die je ontmoet en waarvoor je bidt.
Het is leven vanuit de liefde jouw gegeven, om haar terug te schenken aan je Schepper door haar te belichamen in heel je persoon bij al wat je doet.
Het is Gods liefde zijn, toelatend dat Hij dat door jou heen is in Christus Jezus.
Dat is onder andere 'alles geven van wat je bezit'.
kris
Jezus is een goede observator. Hij kijkt goed naar alles wat Hij ziet in de natuur en bij de mensen. En altijd stelt Hij zich bij wat Hij ziet de vraag: ‘Is dat in overeenstemming met het Rijk van Mijn Vader of niet?’ Als Hij ziet dat een graantje een halm voortbrengt met dertig nieuwe graantjes in de aar en dat er zelfs een uitstoelen is, d.w.z. dat er in de oksel van de halm nog een tweede halm of zelfs een derde opschiet, dan ziet Jezus daarin een gelijkenis met het Rijk van Zijn Vader: Zijn Vader geeft in overvloed. Ook vandaag in het evangelie. Hij ziet de religieuze leiders rondlopen in lange gewaden, belust op eer en macht, Hij ziet zelfs hoe ze arme mensen leegzuigen. Dan is dat voor Hem geen gelijkenis met wat Hij bij Zijn Vader ziet. Daar tegenover ziet hij een arme weduwe haar laatste centjes in offerkist werpen. Dat is voor Hem iets dat Hem blij maakt. Dat arme vrouwtje gaf alles. Zo moeten wij allemaal doen. En het gaat niet om het geld. Het gaat om een zelfgave die totaal is. We mogen doen wat Maria deed. Met haar mogen we zeggen: ‘Heer, hier ben ik. Doe met mij wat Gij doen wilt’. Iedereen kan dat zeggen, een arme en een wat meer begoede, een zieke en een gezonde. Wat onze situatie ook is, we mogen ons geven aan God. Helemaal! Dat deed ook de H. Norbertus. Hij was eerst een kanunnik die werelds leefde. Maar Hij wilde meer. Hij ging een gemeenschap stichten van priesters die zowel monnik waren als zielenherders. Had ik die ‘Witheren’ gekend toen ik jong was, dan zou ik mij waarschijnlijk graag bij hen aan hebben gesloten. Maar zoals het nu is, is het ook goed, als ik mij maar geven kan aan God en aan de mensen. In deze Coronatijd kon ik dat wat minder, maar ik heb hoop: de maatregelen versoepelen al.
BeantwoordenVerwijderenOch Kris toch, je geeft ons woorden die zingen, woorden van eeuwig leven.
BeantwoordenVerwijderenGod loven en danken door te bidden, door respect te tonen voor de natuur, voor onszelf, voor de medemens.
Zodoende ont-dekken we Christus, de Zoon van God overal waar we kijken.
Hij daalde neer om ons te redden door Zijn genade.
Genade is gratis, hoeft niet verdiend te worden.
Enkel ons geloof rechtvaardigt ons en door het doopsel vereeuwigt.
We zijn allemaal Gods kinderen die niets hoeven te bewijzen.
Alleen in de nietigheid verheug ik mij.
Dank U.
......alleen in de nietigheid en...... het gelovig aanvaarden van Gods scheppende liefde....verheug ik me !!!!!
BeantwoordenVerwijderenDank Kris, Daniël ,en Luc !