maandag in week 22 door het jaar
Jezus rolde de boekrol op, gaf hem terug aan de dienaar en ging weer zitten; de ogen van alle aanwezigen in de synagoge waren op Hem gericht. Hij zei tegen hen: ‘Vandaag hebben jullie deze schrifttekst in vervulling horen gaan.’
Jezus is verleden, heden en toekomst.
Hij heeft historisch gezien hier op aarde rond gelopen, Hij is vandaag aanwezig in en onder ons, en Hij zal komen bij zijn wederkomst.
De woorden ‘Vandaag hebben jullie deze schrifttekst in vervulling horen gaan.’ gaan terug op de tijd dat Hij lijfelijk onder ons was, ze gaan ook over de dagen van zijn wederkomst, maar ze gaan ook over de dag van vandaag.
Dat is het mooie aan het evangelie: het is elke dag nieuw, actueel en fris. Daarom lezen we al eeuwen de evangelies, elke dag opnieuw, omdat het woorden zijn die dagelijks door de Heer tot ons worden uitgesproken.
‘Vandaag hebben jullie deze schrifttekst in vervulling horen gaan.’ Inderdaad, vandaag, maandag, 30 augustus 2021.
Deze schrifttekst gaat over de aloude profetieën die Jezus’ komst voorspeld hebben, de Messias, die de mensheid wil tonen wie God is, die bevrijding en redding brengt aan ieder mens; de mensen van toen en allen die daarna nog zullen geboren worden. Anders gezegd: Die schrifttekst gaat dus ook voor ons; over u en mij.
Laten we Jezus welkom heten in ons hart. Laten we Hem een verblijfplaats geven diep in onze ziel, een warme inwoning, opdat zijn reddingswerk aan ieder van ons, aan de gemeenschap van de Kerk, en aan de hele mensheid ten diepste mag geschieden.
kris
Bij de tiende week door het jaar zijn we in de liturgie overgeschakeld van het Marcusevangelie naar dat van Mattheus. Nu schakelen we over naar het evangelie volgens Lucas. We staan weer aan het begin van Jezus’ openbaar optreden. Jezus leest voor uit Jesaja en ziet in wat Hij leest Zijn levensopdracht. Dat de armen de Blijde Boodschap horen, dat gevangenen vrij worden gelaten, dat blinden zien, dat verdrukten bevrijd worden, dat het een genadejaar wordt van de Heer, dat ziet Jezus in zichzelf vervuld, nu Hij gedoopt is door de Doper en nu de H. Geest over Hem is gekomen. Nazareth is verwonderd en de verwondering slaat om in ergernis. Jezus lokt het zelf niet uit, zoals je bij de lezing van het evangelie zou kunnen denken, wanneer Hij zegt: ‘Natuurlijk zult ge Mij dit spreekwoord voorhouden: Geneesheer, genees uzelf’. Maar dat is een antwoord op hun bedenking: ‘Is Hij niet de zoon van Jozef?’ Dat is ons aller vraag die ook voor ons ergernis kan worden: dat Jezus de Zoon van God is, dat God mens wordt in Jezus van Nazareth. De mensen van Nazareth willen Jezus in de afgrond duwen, ook al lijkt Nazareth niet op de rand van een berg gebouwd, zoals Lucas dat zegt. Maar het is duidelijk: Nazareth aanvaardt Jezus niet. En dat is al een begin van Zijn algehele verwerping die uit zal lopen op Zijn kruisdood. Toch is Jezus zo’n wonder iemand. Iemand die ons toekomst geeft over de dood heen, een perspectief dat verder reikt dan onze aardse horizon. Jezus brengt ons God. En dan kan Sint-Paulus later zeggen: ‘Als iemand sterft, moet ge niet bedroefd zijn zoals de mensen die geen hoop hebben’. Jezus is uit de dood opgestaan. Ook wij zullen dat in ons eigen lichaam mee mogen maken. Dat is het bijzondere aan Jezus: zonder Hem zouden wij geen zin vinden in ons leven. Menselijk gezien loopt elk leven uit op een niets. Jezus leert ons en toont het met Zijn eigen leven aan dat dit toch niet de echte werkelijkheid is. Een mens is een eeuwigheidswezen, ook al moet hij nog sterven ten gevolge van de zonde van de eerste mensen die ons aller zonde is. God heeft ons echter niet aan ons droevig lot overgelaten. Daarom zond Hij ons Zijn Zoon. Goede God, hoe zullen wij U ooit genoeg kunnen danken voor zoveel goedheid en genade?
BeantwoordenVerwijderen