maandag in de derde week van de advent

GODS PLANNEN ZIJN DE ONZE NIET
(Bij Mt 1, 18-24)

Jozef moet vanbinnen diep gekwetst geweest zijn; we mogen dat niet onderschatten. Zijn verloofde was immers zwanger geraakt ‘door een Ander’. Wat moet de man vanbinnen pijn hebben gehad, en een gevecht hebben geleverd.
Jozef was een goed en rechtschapen man. Ondanks wat er gebeurd was, wilde hij Maria niet in diskrediet brengen, en koos ervoor om in stilte van haar te scheiden. Hij wilde het voor de buitenwereld zo schoon mogelijk afhandelen. Dat siert de goede man.

Anderzijds leert dit evangelie ons dat wij niet geroepen zijn om enkel menselijk rechtschapen te leven. Het zou wel eens kunnen zijn dat we ons, in al onze goedheid, opsluiten binnen onze gewone menselijk plannen, binnen onze persoonlijke reikwijdtes en horizon, zonder rekening te houden met de hemel, met wat God wil.  Er is méér in het leven dan puur menselijke goedheid.

Zo ook bij Jozef. En God moest dus ingrijpen. In een droom liet Hij een engel verschijnen aan Jozef die hem gerust stelde door te zeggen hoe Gods vork in de steel zat. En, zo lezen we dan, Jozef deed wat de engel van de Heer hem had opgedragen en nam Maria bij zich als zijn vrouw.

God is Vader van zijn kinderen, van ons allemaal. Maar Hij is ook Vader van zijn wilsbesluiten, van wat Hij wenst en droomt voor de mensheid; voor ieder van ons. Als zijn kinderen zijn we geroepen gehoor te geven aan Hem als Vader, maar dus ook aan Hem mét zijn wilsbesluiten.
Als we nadenken over gehoorzaamheid, komt het er niet enkel op aan een pure humane goedheid te realiseren, maar we moeten leren de hemel binnen te brengen in het humane, opdat we ‘vanuit God’ zouden denken. Hij is het centrum. Hij is het hart. Hij is de spirit. En vanuit Hem zijn we geroepen te denken, te leven, te beslissen. En dat kan wel eens anders uitdraaien dan wanneer je enkel leeft puur vanuit menselijke goedheid.

In eerste instantie koos Jozef voor dit laatste. In tweede instantie, na het ingrijpen van God, koos Jozef voor Gods wil, voor Gods plan. Moge dit een leerschool zijn voor ons allemaal.

Als we kiezen om God tegemoet te treden (ons adventsthema voor dit dit jaar), dan is dat kiezen voor God, mét zijn wilsbesluiten. Je kan niet kiezen voor God en tegelijk je eigen hart volgen. Als je werkelijk kiest voor God, kies je ook om in zijn wil te staan, en deze te volgen. God toetreden is toelaten dat God de regie van je leven in handen neemt.

Het gebed is de plek bij uitstek waar we God toelaten dat Hij ingrijpt in ons leven. In het gebed van het hart (bedoeld als Gods-ontmoeting) laten we toe dat God onze persoonlijke, dikwijls goedbedoelde plannen, doorkruist. Dat kan soms erg lastig zijn. Het kan een innerlijke crisis veroorzaken. Maar dat is niet erg. Dat is een vruchtbare storm. Belangrijk is niet van deze storm weg te lopen. Aanwezig blijven in de storm - vaak getekend door innerlijke stilte of dorheid - is van fundamenteel belang.

In het wachten mogen we God verwachten. Het gaat hier niet over een passief wachten, eerder zelfs over een wakker wachten. Het is toelaten dat de Geest je innerlijk arm maakt, leeg en beschikbaar voor het komen en het werk van de Heer.

Laten we bidden

Goede God,
leer ons uw wil te beminnen
als het hoogste goed.
Geef ons een hart dat luistert naar U,
dat beschikbaar is voor U,
een hart dat 'ja' zegt op wat U,
en enkel U, vraagt.
Om deze genade bidden wij,
in Christus, onze Broeder en Heer.
Amen.

Een mooie maandag,
kris

Reacties

  1. Voor mij nog niet helemaal duidelijk. . Misschien met een voorbeeld? Of het zal mijn dag niet zijn. Fijne dag nog.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. ik moest denken aan Simeon, die al zijn hele leven 'wachtte op de Messias', en Hem uiteindelijk zou herkennen in de baby van Maria en Jozef. in Simeon is 'wakker wachten' tot de kern van zijn leven met God geworden, tot de kern van zijn spiritualiteit. deze geesteshouding past helemaal bij de advent voor mij.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten