donderdag in week 4 van de veertigdagentijd

Bij de eerste lezing van vandaag.

In de woestijn, zoals in de moeilijke momenten van het leven, is het gemakkelijk om te denken dat God ver weg is. Het volk Israël heeft net als wij de instinctieve reactie om zijn eigen ‘god’ te maken om het te leiden en in zijn behoeften te voorzien.

Als wij ons niet meer herinneren wat de Heer heeft gedaan wordt alles het werk van onszelf. Alleen de herinnering aan Gods machtige daden in ons eigen leven maakt een eerlijk antwoord op de moeilijkheden van het leven mogelijk. Helaas geeft de concentratie op onszelf ons een olifantenhuid. Wij hebben de voorbeden nodig van een broer of zus, zoals Mozes, om voor ons tot de Heer te bidden.

Het dienstwerk van de liefde in de Kerk vindt plaats wanneer wij voor elkaar bidden. In dit gebed voor de hele Kerk, voor de hele gemeenschap, vervullen wij met z’n allen een ware priesterlijke dienst. Het gemeenschappelijk gebed stijgt op tot de Heer en bereikt zijn hart. Het gebed is een buitengewone kracht in de handen van de gelovigen.

Laat ons, naar het voorbeeld van Mozes, voortdurend het volk Gods, de hele mensheid, biddend voor de Heer brengen.

Naar woorden van Vincenzo Paglia.

Reacties

  1. 'Laat ons naar het voorbeeld van Mozes, voortdurend de hele mensheid biddend voor de Heer brengen.'
    Dat is een zeer mooie en goede manier van bidden.
    Daarbij moeten we ook rustig overwegen voor onszelf wat God allemaal voor ons doet en waarvan de Schrift getuigenis aflegt. Want niet alleen het volk dat uit Egypte weg was geraakt, maar ook het volk ten tijde van Jezus en ook wijzelf blijven hardleers. In het evangelie van deze donderdag brengt Jezus een apologie voor Zijn optreden en voor Zijn identiteit. Maar men heeft Hem toen niet geloofd. Ook nu val ik in slaap als ik bid. Het gaat inderdaad onze krachten te boven ook maar één uur met Jezus te waken (Marcus 14, 37). We kunnen het niet; onze aandacht glijdt weg naar onze inkopen en facturen, naar onze tv, pc, auto, huis, ons huishouden en ons dagelijks werk. God krijgt maar een heel karig deeltje van mijn aandacht. Heer, ontferm U over mij, wees mij, zondaar, genadig.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja ...bidden we voor elkaar dat we méér en méér onze gedachten ,onze handelingen onze geest ,onze levens laten leiden door HEM !
    "Niet mijn willetje ,maar ZIJN Wil geschiedde in ons' !
    Elke dag weer proberen met vallen en weer opstaan !
    Wetende dat HIJ ons "onvoorwaardelijk liefheeft" !

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten