29 juni - Petrus & Paulus
Petrus en Paulus waren allebei mannen die - om het netjes te zeggen - geen grote diplomaten waren. Eerder waren het mannen vol vuur en enthousiasme waarop het spreekwoord van toepassing kan zijn: ‘waar het hart van vol is loopt de mond van over.'
Petrus komen we in het evangelie nogal eens tegen. Meestal is hij de eerste om te reageren als Jezus iets zegt. Niet het type om eerst stil te luisteren en lang na te denken: nee, meteen: Dat is het. Of niet. Recht uit het hart. Zo ook vandaag. Vol overtuiging zegt hij: ‘U bent de Christus.'
Paulus kennen we uit het boek van de Handelingen en vooral zijn eigen brieven. Soms heel vriendelijk en meegaand, maar meestal vol energie om Christus te verkondigen en soms ook heel scherp. Beide mannen hadden een sterke drijfveer: in de kracht van de heilige Geest Christus verkondigen.
De Kerk in onze dagen lijkt soms een moeizaam geheel, 'een zinkend schip' zegt men wel eens onterecht.
Anderzijds is het waar dat de Kerk dikwijls veel moeite heeft om 'goed' over te komen. Dat ligt niet alleen aan de media maar dat ligt ook en vooral aan haar eigen gestuntel. We hebben schrik om 'zieltjes' te verliezen, om mensen te kwetsen, om 'niet over te komen'. Dikwijls missen we een zekere krachtdadigheid en hebben we wel eens de neiging om in onze catacomben te kruipen, dicht bij elkaar, menend dat we bij die kleine groep mensen horen die trouw zijn.
We missen ook soms 'lucht', frisse lucht, misschien omdat we onze ramen wat te lang gesloten hielden.
We zouden onze deuren weer, of meer, moeten openen; de deuren van onze kerken, de deuren van onze gemeenschappen, de deuren van onze huizen, vooral ook de deuren van onze harten.
We moeten onze deuren openen om de wereld welkom te heten, én om er zelf door te gaan, richting wereld. Tot dit laatste, de wereld, zijn we immers gezonden. We vergeten dat soms en blijven liever binnen onze comfortzone gemeenschap vormen met elkaar. Met dit laatste is op zich niets mis, maar als christenen moeten we er ons van bewust zijn dat we ook en vooral gezonden zijn in de wereld, ver buiten onze eigen geloofsgemeenschap.
Wordt het geen tijd dat de Kerk, ieder van ons dus, weer gaat spreken? Geen donderpreken, niet rond de oren slaan, maar van binnenuit, daar waar de Heer woont. Geen hoogstaande theologie, maar eenvoudige woorden die het hart van de mens raken. Niet afgelezen vanop een papiertje, netjes voorbereid vanuit boekjes, maar woorden waarmee we de mensen werkelijk 'ontmoeten', hen aankijkend met de liefde van de Heer; verkondiging dus in de diepe betekenis van het woord.
Laten we zo spreken en handelen dat de mensen zin krijgen in het proeven van God, smaak in zijn liefde, dorst naar zijn aanwezigheid.
We denken te dikwijls dat we moeten zwijgen, en enkel door ons voorbeeld de Heer aanwezig te moeten stellen. Uiteraard moeten we dit laatste ook doen, en misschien zelfs vooral, maar we mogen ook spreken. Het evangelie verbiedt dat niet; echt niet.
Een mooie dinsdag.
Ik heb me laten inspireren aan een tekst waarvan ik de bron kwijt ben... dus de woorden zijn niet alleen van mijn hand.
Volledig akkoord!
BeantwoordenVerwijderenEnkele bedenkingen bij het Evangelie van vandaag. Ondanks het verwijt aan de leerlingen dat hun geloof nog klein is (kleingelovigen!) bedaart Jezus de storm en spreekt het water en de wind bestraffend toe. Troostvolle gedachte dat wij ook hulp krijgen zelfs als ons geloof nog niet 'volwassen' of volgroeid is. Er is niets mis mee om toch te roepen om hulp!
BeantwoordenVerwijderenVaak voel ik me als een kind dat aan het spelen is, beneden op het tapijt, terwijl mijn Papa boven is, altijd aanwezig en klaar om te komen helpen bij de minste zucht of wenk. De vanzelfsprekendheid van dit kinderlijk geloof wordt stilaan omgevormd tot een wederkerige relatie, een relatie die inzet vraagt, en een soort mede-verantwoordelijkheid doet ontstaan. Ook wij kunnen in onze onmiddellijke omgeving kleine of grote stormen helpen bedaren. Zelfs de grote wereldproblemen (alle huidige crisissen van oorlogen, honger, klimaat, energie, enz.) kunnen door ons gebed tot een oplossing komen. Niet voor niets vraagt Maria bij al haar verschijningen dat wij de Rozenkrans zouden bidden, het wapen bij uitstek om het kwaad in onszelf en in de grote wereld om te keren naar liefde en genade.
En dan nog dit: in de hof van Olijven is de rol omgekeerd: Jezus moet de leerlingen wekken om Hem bij te staan in dit moeilijk moment op de avond voor zijn lijden. Als het soms lijkt alsof Jezus slaapt als wij Hem aanroepen in onze nood, als ons levensbootje dreigt te vergaan, hoeveel keren roept Hij ons (tevergeefs?) en maakt Hij ons wakker voor de noden van de mensen rondom ons, voor de noden van de grote wereld?
Troostvolle gedachte ook dat Jezus de leerlingen uiteindelijk laat slapen en zelf blijft waken...!
Dankbaarheid overheerst als ik weet dat bij elk roepen mijn stem wordt gehoord, dat hopeloosheid dankzij de aanwezigheid van de Heer niet in mijn woordenboek moet staan!
Mooie dinsdag aan iedereen, vooral aan Kris in Westvleteren! Geniet ervan!
Wivina
Pastoor Gerben in Heverlee is zo iemand die zonder papiertje met eenvoudige woorden het hart van de mensen kan raken. Hij maakt de H.Mis steeds boeiend en brengt zijn parochianen dichter bij de Heer onze God.
BeantwoordenVerwijderenkris, dank voor je woorden. ik weet natuurlijk ook niet door wie je je liet inspireren voor je overweging, maar ik hoor hier toch ook de stem van onze paus franciscus, die alle kerken oproept om hun deuren te openen en iedereen toe te laten die zoekende is en zelf naar buiten te treden om Gods liefde uit te dragen voor wie en wat zwak en weerloos is.
BeantwoordenVerwijderenDaar zeggen je raken dingen Kris,mag ik je tekst delen met de synodale opvraging?
BeantwoordenVerwijderenja, hoor natuurlijk. Maar zeg niet dat hij volledig van mijn hand is, want dat is niet zo ;-)
VerwijderenLaten we vooral naar buiten trekken. Maak iedereen tot mijn leerling, is de opdracht die Jezus geeft aan ieder die zegt Hem te willen volgen.
BeantwoordenVerwijderen