vrijdag in week 11 door het jaar

'Het oog is de lamp van het lichaam. Dus als je oog helder is, zal heel je lichaam verlicht zijn. Maar als je oog troebel is, zal er in heel je lichaam duisternis zijn. Als het licht in jezelf verduisterd is, hoe groot is dan die duisternis!' Zo zegt Jezus ons vandaag.

Via het oog nemen we vele dingen waar: mooie dingen, goddelijke dingen, zaken waardoor de Heer oproept. Maar ook schadelijke dingen, zaken die ons van de Heer wegtrekken, die ons lokken naar allerlei valkuilen in het leven.
Dat het zien een mix is van beiden... daar kunnen we doorgaans weinig aan doen. Maar waar onze voorkeur naar uitgaat, daar kunnen we wel voor kiezen. We kunnen namelijk ons oog afsluiten voor die zaken waar God zich in openbaart en ons enkel richten naar die dingen we 'laag' mogen noemen en ons verwijderen van God.
Vraag is: waarvoor kiezen we om naar te kijken?

Het citaat hierboven aangehaald uit het evangelie van vandaag leert ons dat het belangrijk is oog te hebben voor God, voor zijn schoonheid, zijn oproep, zijn openbaring doorheen mensen en dingen.

Zien we de medemens als een pure toevalligheid in ons leven los van wat dan ook, of zien we onze naaste als door God gezonden met de oproep hem of haar lief te hebben? Zien we het broze in de wereld louter als iets dat nu eenmaal zo is, of zien we daarin God die ons appelleert het te omarmen? Zien we de wereld als een puur biologisch gegeven, of zien we hierin een werkterrein waarin God een engagement van ons vraagt arbeiders te zijn in zijn wijngaard, door allen en alles te beminnen, zowel mens als natuur? Zien we in conflictsituaties enkel het conflict, of kunnen we doorheen de pijn van het conflict de roep van de Heer zien om te werken aan verzoening? Zien we in de mensenmassa enkel een massa, of hebben we oog voor 'verloren schapen' die de weg of de pedalen kwijt zijn, en dragen we Gods liefde in ons die ons stuwt naar hen?
En zo kunnen we doorgaan met tal van voorbeelden.

Van belang is ons te verenigen met het licht van de Heer dat diep in onszelf aanwezig is. Dit licht is de Heer zelf. Maar we kunnen dit licht ook verduisteren, er als het ware een grafsteen voor rollen. Ja, we kunnen stokken steken in de wielen van Gods genadevolle aanwezigheid. Wat zo jammer zou zijn. We houden dan onze innerlijke groei tegen, we remmen het leven van en in de Kerk, en we begeven ons op paden die ons mogelijk van God verwijderen.

We zijn geroepen, geliefde mensen, ons te verinnigen met Gods licht diep in onszelf; Gods licht dat zich openbaart in Christus die ons bewoont.

Gebed is je gelovig bewust zijn van die aanwezigheid, én je er aan toevertrouwen. Je ziel leggend in Hem, als een werkelijk verliefde, minnend om wie Hij is, drinkend van Hem; je daardoor verliezend en terugvindend in God.

Om vanuit je gebed de vensters en de deuren van je hart wijd open zetten om de wereld welkom te heten. Met andere woorden: in gebed blijven. Gods liefde bezingend in elke ontmoeting die je doet, in elk schouwen van welk schepsel ook.

Mogen we het goddelijk licht nooit verduisteren, integendeel. Mogen we deelgenoot worden van dit licht. Laat ons de liefde bezingen vanuit een minnend hart om haar.

Een lichtende vrijdag voor ieder van u.

kris

Reacties

  1. Amen!!! En nu aan de slag, verbonden en minnend ,putten uit Zijn Liefde in ons en zo in staat om mens en natuur te omarmen !

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten