donderdag in week 10 door het jaar

Vandaag horen we Jezus zeggen: 'Ieder die in woede tegen zijn broeder of zuster tekeergaat, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht. Wie hen voor nietsnut uitmaakt, zal zich moeten verantwoorden voor het Sanhedrin. Wie “Dwaas!” zegt, zal voor het vuur van de Gehenna komen te staan.'

Als een mens boos is (los van het feit of dit terecht of onterecht is) zegt hij soms domme dingen. In het beste geval heeft hij er achteraf spijt van, en zegt hij 'sorry'. Dit laatste is edel, moedig, het getuigt van nederigheid en respect voor de ander. Om vergeving vragen heelt de relatie en schept nieuwe mogelijkheden.

Jammer genoeg gebeurt dat niet altijd. In boosheid worden soms kwade dingen gezegd en er gebeurt achteraf niets mee. De scherpe woorden hebben kwetsuren veroorzaakt en heeft de relatie vertroebeld.

Jezus' oproep vandaag is duidelijk: Doe het niet! En als het gebeurt, verzoen je met de ander.

De eucharistieviering zou ons tot mensen van verzoening moeten maken. Jezus is duidelijk: 'Wanneer je je offergave naar het altaar brengt en je je daar herinnert dat je broeder of zuster jou iets verwijt, laat je gave dan bij het altaar achter; ga je eerst met die ander verzoenen en kom daarna je offer brengen.' Tot God bidden, eucharistie vieren,... terwijl je met je naaste in onmin leeft,… Het kan moeilijk samengaan. Het vloekt. Er klopt iets niet. Om met een zuiver geweten tot God te naderen is het dus van belang je eerst te verzoenen met je naaste.
Met je naaste in onmin leven is immers hetzelfde dan met God in onmin leven.

In de brief van Jakobus lezen we: 'Met onze tong zegenen we onze Heer en Vader, en we vervloeken er mensen mee die God heeft geschapen als zijn evenbeeld. Uit dezelfde mond klinkt zegen en vervloeking' (Jak.3,9-10). In de verzen daarvoor spreekt hij over de gevaren van het onzorgvuldig gebruiken van onze tong naar de naaste toe. Je moet het maar eens nalezen.
Maar het is zo hé: met onze mond zitten we op de ene moment God lof toe te zingen, en de andere moment gebruiken we hem om de naaste te kleineren of te kwetsen. Het vraagt waakzaamheid en beheersing hiermee zorgvuldig en liefdevol om te gaan.

En als we de fout ingaan (ach... wie doet dit niet?), laten we dan om vergeving vragen: aan ons Heer, maar als het kan ook aan die naaste. En laten we het weer goed maken; op welke wijze ook.

Ja, moge God gebeuren.

Een gezegende donderdag,

kris

Reacties

  1. Om vergeving te vragen zijn wel twee mensen nodig,Onlangs is iemand overleden waarmee ik heel goed bevriend was. Daar is op een gegeven moment door iets heel onnozels in mijn ogen de klad ingekomen waardoor de vriendschap van jaren verbroken werd. Ondanks diverse pogingen van mijn kant lukte het niet om de vriendschap te herstellen. Ik vind het heel jammer dat ze ook zo overleden is. Ik vind het verdrietig maar ik voel mij niet schuldig. Dat geeft aan dat vergeven belangrijk is maar ook het aanvaarden van vergeving.
    Roosje

    BeantwoordenVerwijderen
  2. ik had ook zo'n soort gedachte, roosje: het is goed om om vergeving te vragen (en te krijgen) als je vanuit boosheid iets lelijks hebt gezegd, maar wat als er een gegronde rede was om boos te zijn en dat daar vervolgens niets mee gebeurt omdat de ander zich in zijn of haar gekwetstheid verschanst? al te makkelijk houden we op bij de uiterlijke vorm van verzoening ('sorry zeggen'), terwijl werkelijke verzoening ( het weer echt 'goed maken') achterwege blijft.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten