vrijdag in week 7 van de paastijd
Vandaag horen we Jezus zeggen tot Petrus: 'Toen je jong was deed je zelf je gordel om en ging je waarheen je wilde, maar wanneer je oud wordt zal een ander je handen grijpen, je je gordel omdoen en je brengen waar je niet naartoe wilt.'
Het zijn woorden die gericht zijn tot Petrus, maar we mogen ze ook rustig beluisteren alsof ze aan ons adres zijn gericht. Want ook voor ons is het een feit dat wanneer wij jong waren/zijn, dat we vol vuur ons een eigen gordel omdoen en gaan waarheen we willen. Wanneer we ouder worden (zeg maar volwassen in het geloof) zullen we inzien dat een ander (de Ander) ons een gordel wil omdoen om ons te brengen op een weg waar we zelf in eerste instantie misschien nooit voor gekozen zouden hebben.
Maar dit vraagt een geloof dat geleerd heeft zich te geven aan de Heer, en wel op zo'n wijze dat de gelovige inziet dat het in het leven niet draait om hem, maar om wat God wil, en dat Jezus op zo’n wijze genadig kan zijn dat we die weg ook daadwerkelijk kunnen gaan.
Laten we ons schenken aan de Jezus, opdat Hij ons bij de hand mag nemen om samen met ons de weg te gaan die God met ons wilt gaan, zowel in de kleine dagdagelijkse dingen alsook in de grote levenskeuzes die we te maken hebben.
Met een zomerse groet,
kris
We krijgen inzicht in het gerechtelijk dossier van Paulus. Heel zijn proces draait rond Jezus die dood is, maar die voor Paulus leeft. Ook Petrus dacht dat Jezus dood was. Ondanks enkele verschijningen ging hij toch maar weer vissen. Maar het gaat niet meer. Er staat een man aan het strand die vraagt of hij en zijn gezellen wat vis hebben. Maar daar zit het hem juist: ze hebben een hele nacht gevist, maar ze hebben niets gevangen. Dan zegt de man: 'Probeer het eens rechts van de boot'. En dan een wonderbare visvangst. Johannes had gezegd: 'Het is de Heer'. Op het strand kregen zij van de vreemde man een stevig ontbijt. 'Heb je Mij lief?' vraagt de man die Jezus is. 'Wijd dan Mijn kudde', zegt Jezus. Petrus weet wel dat hij Jezus verloochend heeft, maar hij houdt van Jezus. Jezus zegt hem nu: 'Volg Mij; je moet niet meer vissen op het meer van Galilea; jouw ware roeping is nu te vissen op de wereldzee en mensen te brengen in Gods Koninkrijk'. Dat zal van Petrus wel vergen dat hij Jezus nu volgt waar Deze hem brengen zal. Uiteindelijk zal dit ook voor hem het kruis worden, net zoals het voor Jezus was geweest. Moge onze ziel nu ook in stille verwachting zijn van het komen van de H. Geest. Dan zullen ook wij leven in navolging van die vreemde man die Jezus van Nazareth is. Hij die dood is, maar die leeft.
BeantwoordenVerwijderenbedankt kris, voor t eerst begrijp ik deze diepzinnige vergelijking: het gaat om overgave!
BeantwoordenVerwijderen