zondag 17 door het jaar - C
De evangelies vertellen vaak dat Jezus zich terugtrekt op eenzame plaatsen om te bidden. Het is een dagelijkse bezigheid, het zijn belangrijke momenten voor Hem. Niet zelden zien de leerlingen Hem in gebed. En ze bewonderen Hem daarom.
Op een van die momenten, zo verhaalt Lucas vandaag, vraagt een van de leerlingen Hem: ‘Heer, leer ons bidden, zoals ook Johannes het zijn leerlingen geleerd heeft.’ Jezus’ gebed maakt indruk op de leerlingen en daarop vragen ze: ‘Heer, leer ons bidden’. Ze vragen niet zomaar een gebed, maar ze vragen om te leren bidden zoals Hij bidt, met dat vertrouwen en dat geloof in de Vader dat hen zo verbaast.
In feite moeten we allemaal leren bidden. En vandaag willen we met dankbaarheid denken aan al die ouders en grootouders, of wie dan ook, die ons hebben leren bidden, en die door te bidden hun geloof aan ons hebben doorgegeven. Dat is wat Jezus doet als Hij aan zijn leerlingen niet alleen de woorden van het Onzevader leert, maar ook het geloof in een God die geen abstracte idee is, maar een Vader die zijn kinderen liefheeft: ‘Wanneer je bidt, zeg dan Vader’, abba, papa.
Jezus doet ons in het gebed het vertrouwen en de onmiddellijke nabijheid van God (her)ontdekken. Niet de plaats waar je bidt of de woorden die je zegt, zijn van tel. Wat telt is het hart, de vriendschap met God.
Dit laatste was ook het geval met Abraham, zoals we vandaag hoorden in de eerste lezing. Exemplarisch en beeldend is de dialoog die hij met God aanknoopt als hij smeekt om Sodom te redden, dat in chaos was vervallen.
Het smeekgebed, zoals Abraham dat verrichtte, is een taak van alle gelovigen; vrienden van de mensen en vrienden van God. Het gebed kan de wereld redden. De Heer hoort de smeekbeden, want Hij is de vriend van de mensen. De aandrang in een gebed in vriendschap, raakt het hart van God.
Jezus onderstreept dit met twee korte voorbeelden uit het dagelijks leven. De vriend die om middernacht komt, en de vader die geen slang zal geven aan zijn zoon die hem om een vis vraagt. En Hij besluit: ‘Als jullie dus, slecht als jullie zijn, je kinderen al goede gaven kunnen schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie Hem daarom vragen!’ Dat is een manier om uit te leggen dat God grenzeloos bereid is om ons gebed te verhoren.
Laten we vragen en ons zal gegeven worden. Laten wij zoeken en wij zullen vinden. Laten wij aankloppen aan Gods hart, zoals Abraham deed, en de Heer zal zijn blik op ons houden.
Tot zover woorden van de hand van Vincenzo Paglia.
Sta me toe er nog iets aan toe te voegen.
Ik kan me voorstellen dat er nogal wat mensen zijn die zeggen: ‘Allemaal goed en wel, maar ik heb al zoveel gevraagd – in vriendschap met God – waar ik niet verhoord ben, in de zin dat ik niet gekregen heb waar ik om vroeg.’ Of: ‘Wat doe je met die vele miljoenen gebeden die de voorbije weken en maanden zijn opgestegen naar de Vader betreffende de vrede in Oekraïne, en kijk hoe het kwade zich daar verder manifesteert.’
Ik zelf stel me die laatste vraag ook. En ik moet eerlijk zeggen dat ik in mijn onvolkomendheid hierop geen pasklaar antwoord heb.
Bidden we niet genoeg met ons hart? Is ons vertrouwen te klein? Bidden we te weinig? Zien we een mogelijk antwoord van God op onze smeekbeden als te menselijk? Hebben we te weinig geduld? Het zijn vragen die leven in de harten van vele mensen; ook in het mijne. Vergeef mijn onvolkomendheid in deze.
Wat we, denk ik, zeker moeten blijven doen is ons smeekgebed – in welke vorm ook – blijven verder zetten; en wel dagelijks.
Vandaag keer ik huiswaarts, maar de voorbije dagen verbleef ik bij de broeders trappisten in Westvleteren. Deze gemeenschap legt dag in dag uit alle noden en vragen van de mensheid op de schoot van de Heer. Zo ook de intentie wat betreft vrede in de wereld. En dit terwijl die wereld maar doordraait en er altijd wel ergens oorlog woedt. Maar deze broederschap doet wel verder, los van mogelijke antwoorden van God uit (om het even zo uit te drukken). Zij zijn trouw in het dagelijks gebed, zowel wat betreft hun lofzangen als hun smeekbeden.
Wat deze broederschap doet is deelnemen aan het gebed van de Kerk; de Kerk die het als haar zending ziet (terecht overigens) de mensheid voortdurend in gebed bij God te brengen. Laat ons deelnemen aan dit gebed; dagelijks, mét ons hart, in diep vertrouwen.
Mijn gedachten gaan uit naar het verhaal uit het evangelie van de vrouw die al vele jaren lang aan bloedverlies leed. Ze volgde Jezus doorheen de drukte en raakte zijn mantel aan. Wat haar genas. Jezus prees haar om haar geloof. Sterk en diep verhaal; je moet het maar eens nalezen: Marcus 5, 24-34.
In dat verhaal gaat het om geloof, om vertrouwen en toevertrouwen. Moge het een voorbeeld zijn van wat de vrucht kan zijn van een volghouden gebed dat zich laat opnemen door de Heer.
Een gezegende zondag,
kris
Abraham bidt voor de wereld die zichzelf opbrandt. Als een Oosterse volleerde sjacheraar dingt hij bij God af. Misschien zijn er nog vijftig rechtvaardigen in de stad. Ga je die dan ook vernietigen? Neen, zegt God. En dan gaat Abraham afdingen: 45, 40, 30, 20..., 10. Waarom stopt hij bij die 10? Omdat dat het minimum aantal aanwezigen is voor de Joden om nog een eredienst te kunnen brengen aan God. Abraham vraagt - en dat mag best ook onze vraag zijn - dat er altijd nog een eucharistie zal kunnen doorgaan. Toch zijn die tien rechtvaardigen niet gevonden. Eigenlijk is er maar één rechtvaardige en dat is Jezus die de oorkonde met haar beschuldigingen tegen ons aan het kruis genageld heeft (tweede lezing). Abraham is nu een klein Clarissen- of Karmelietessenkloostertje geworden, of een abdijtje ergens in de Westhoek, dat bidt voor de wereld. Eigenlijk is Abraham Moeder Maria geworden die onder het kruis van haar Zoon bidt voor ons. Ook wij mogen met haar meebidden. En God geeft altijd Zijn H. Geest. Misschien niet direct dat wat we vragen, maar de H. Geest leert ons vindingrijk te zijn en creatief om te gaan met de problemen die zich aandienen in ons leven, in dat van de Kerk en van de wereld. God verhoort altijd. Maar wij willen het op een bordje, hier en nu. Heer, bidden wij, laat me slagen in mijn eindexamens. Maar God verhoort ons misschien niet nu, maar misschien pas volgend jaar in de tweede zit. Niet ongeduldig worden, maar blijven bidden. Ook wij mogen een Abraham zijn of een Maria, een kleine gebedsgroep of zelfs heel alleen thuis: biddend om redding van de wereld.
BeantwoordenVerwijderenGod grondvest de waarheid.Laat ons daar al blij om zijn.Ook al willen mensen die vernietigen.
BeantwoordenVerwijderenHij heeft het laatste woord tegen alle menselijke agressie en dwaasheid in.Zie de Verrijzenis.
Hij troost de bedrukten diep in het verborgene.
Voor mij is het mooiste voorbeeld van de kracht van het gebed het relaas van Paulus en Silas in de gevangenis. Midden in hun ellende zingen zij Gods lof. Geen klagen of vragen of smeken, maar lof zingen, God groot maken in alle omstandigheden. Dat werkt bevrijdend en genezend, meer dan wat dan ook. Daarom ligt de klemtoon van het kerkelijk gebed ook altijd op de lofprijzing. In de eucharistie, in het getijdengebed enz.
BeantwoordenVerwijderenTijdens het lezen van Woord naar leven, viel me ineens te binnen dat, dank zij het gebed, er - nog - geen derde wereldoorlog is uitgebarsten. Wat er ons ook overkomt, we moeten altijd door.
BeantwoordenVerwijderenHij heeft het document met voorschriften waarin wij werden aangeklaagd, nietig verklaard en het weggedaan door het aan het kruis te nagelen.
BeantwoordenVerwijderenIk ben alcoholist en in het diepst van mijn ellende bad ik de Heer om verlossing.
BeantwoordenVerwijderenVandaag ben ik meer dan 36 jaar nuchter. Mijn verlossing uit mijn lijden verliep anders dan ik in gedachten had. Het heeft moeite gekost. Ik zie soms mensen in de vereniging die mij geholpen heeft om nuchterheid te vinden die zeggen dat God niets voor hen heeft gedaan.
Die mensen zijn dan op dat moment nuchter en gaan ervan uit dat dit hun verdienste is. Zij zien niet dat God hun gebed heeft verhoord. Wij steken zo graag de pluimen van succes op onze eigen hoed.
Ik wil bidden voor alle verslaafden dat ze de weg naar verlossing mogen vinden,
Amen
Bidden is volgens mij niet alléén vragen om een gunst, is ook soms vragen om kracht om (een tegenslag, een wens die niet vervuld wordt) te aanvaarden, GOD weet wel wat goed voor ons is
VerwijderenOnze pastor reageerde ook met: ik weet niet waarom onze gebeden vaak niet verhoord worden.
BeantwoordenVerwijderendat is, denk ik, het meest eerlijke antwoord.
En dan is er nog enige verantwoordelijkheid van ons mensen zelf: God gaat niet in tegen de vrije wil. laten we daarom ook blijven bidden dat degenen die de wapens oppakken tot het inzicht komen dat geweld niets oplost.