dinsdag in week 20 door het jaar
De profeet Ezechiël waarschuwt de koning van Tyrus: Je bent hoogmoedig geworden, je hebt gezegd: ‘Ik ben een god, ik zit op een godentroon, midden in zee.’ Je achtte jezelf een god gelijk, terwijl je een mens bent, en geen god.
Waarin bestond die zonde? Het hart van de stad Tyrus, of liever het hart van haar inwoners, was gezwollen van hoogmoed, belust op macht en het had zijn vertrouwen gesteld in de rijkdommen die zij door handel hadden vergaard.
Het is deze logica die ook vandaag de oorzaak is van zoveel onrechtvaardigheden en ongelijkheden en die onverbiddelijk leidt tot conflicten en oorlogen. God aanvaardt niet dat de arrogantie van de rijken en de machtigen de wereld beheerst. Het Magnificat, dat we gisteren beluisterden op het feest van Maria Tenhemelopneming, is duidelijk: 'God toont zijn macht en de kracht van zijn arm en drijft uiteen wie zich verheven wanen, heersers stoot Hij van hun troon en wie gering is geeft Hij aanzien. Wie honger heeft overlaadt Hij met gaven, maar rijken stuurt Hij weg met lege handen.'
Het woord van de profeet is een ernstige waarschuwing: mensen en volkeren die enkel hun eigen belangen op het oog hebben en die menen meester te zijn over het leven van anderen en over de goederen van de aarde zullen 'van hun troon' gestoot worden.
Waar het om gaat is dat rijkdom, arrogantie en macht ons niet zullen redden. Laten we met nederigheid naar ons leven kijken en niet toegeven aan de verleiding van macht en rijkdom, die vaak zoveel kwaad voortbrengt en zoveel onrechtvaardigheid en ellende veroorzaakt.
Ezechiël kent de verleiding om zich in Gods plaats te stellen, en dat deze neiging aanwezig is in het hart van iedere mens. Zoals een profeet het betaamt waarschuwt hij ons, en houdt ons een spiegel voor. Om ter harte te nemen.
Ook Jezus waarschuwt in het evangelie van vandaag: 'Slechts met grote moeite zal een rijke het koninkrijk van de hemel binnengaan. Het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan.’ Jezus is niet tegen rijkdom op zich, maar wel tegen een bepaalde houding die nogal wat rijken en mensen met een zekere status zich toemeten. De waarde van een mens ligt niet in wat hij heeft, niet in wat hij bezit, niet in zijn status, titel of inkomen, maar wel in wie hij is. Je bent die persoon die je bent voor God en niet die persoon die je meent te zijn of die anderen denken dat je bent. Rijkdom en aanzien spelen voor God geen rol. Wel wie je bent in het licht van de liefde. Daar gaat het om. En rijkdom en macht, zo waarschuwen Ezechiël en Jezus, zijn gevaarlijke addertjes om de liefde te verliezen.
Laat wie rijk is delen met zij die minder hebben. Laten zij die een zekere macht hebben over anderen deze in dienstbaarheid dragen. De dag van vandaag spreekt men, wanneer het over leiding geven gaat, over 'dienend leiderschap'. In deze woordkeuze zit veel in. En heel wat 'machtigen' op deze aarde zouden daar veel van kunnen leren.
Moge de lezingen van vandaag ons diep inspireren wat betreft ons mens-zijn en onze relatie met de naaste.
Een gezegende dinsdag voor ieder van u.
kris
Wat de uitleg over Ezechiël betreft liet ik me inspireren door Vincenzo Paglia.
als t gaat over rijken en het oog van de naald en de kameel die daar niet of nauwelijks doorheen zal kunnen ligt het voor de hand om aan de machtigen der aarde te denken. voor mij is het veel dichter bij. als invalide in een elektrische rolstoel ben ik in het openbare leven voortdurend afhankelijk van anderen. in een winkel, op een terras, bij een versperring, in de tram etc. en jazeker, ik wordt altijd meteen geholpen als ik het vraag, soms zelfs voordat ik het vraag en ik maak daar natuurlijk graag gebruik van. maar helaas begin ik me steeds bewuster te worden van een addertje onder het gras. mensen vinden het nu eenmaal fijn om zich beter te voelen dan een ander, en in deze prestatiegerichte samenleving kan men zich beter voelen omdat men iets beter kán dan een ander. dan ben je 'rijk'. hoewel ik t iedereen van harte gun zich even 'rijk' te voelen zie ik het ook als een gemiste kans. een kans tot werkelijke ontmoeting. ze hebben een taak verricht die hun eigenwaarde streelt en gaan tevreden met zichzelf hun weg. mij achterlatend met mijn behoeften, maar vaak eenzamer dan ik daarvoor was. eens temeer ben ik anders. én minder. zou Jezus dat niet van ons vragen: dat we elkaar, ondanks alle verschillen, primair zien als gelijken? iemand behulpzaam zijn als gelijke. ik kom het helaas te weinig tegen.
BeantwoordenVerwijderenIk begrijp je, Stefan, dat aspect wordt zelden in het licht gebracht. Het is goed dat je dat eens vanuit uw menselijk aanvoelen beschrijft. Ik denk dat wij maar echt menselijk met elkaar kunnen omgaan, als dat vanuit de Liefde van God in ons gebeurt. Dan pas zal een menselijk contact deugd doen en vrucht dragen als een diepe eenvoudige wederzijdse vreugde. Het is onze verantwoordelijkheid om in alles en op elk moment nederig en dankbaar met Hem verbonden te blijven
BeantwoordenVerwijderenJa, Stefan, het Koninkrijk Gods is nu eenmaal zo anders dan wat wij, mensen, denken en doen. Jezus wil ons nochtans allemaal echt goed, maar wij gaan niet altijd in op Zijn uitdagingen en uitnodigingen. Tyrus was eigenlijk een schiereiland en daarom oninneembaar. Zelf veroverde het vanuit zijn sterke positie vele andere steden die het uitplunderde. Het werd hoogmoedig, het voelde zichzelf God. Dat was echter niet zo. Het werd te gronde gericht. Jezus heeft een rijke jonge man ontdaan heen zien gaan nadat Hij hem uitgenodigd had alles te verkopen en Hem te volgen. Jezus zegt dan dat het moeilijk is voor iemand die rijk is, het Koninkrijk binnen te gaan. En de leerlingen die Hem gevolgd zijn, verstaan zij Jezus? Neen, zij klagen: 'Wie kan dan nog gered worden?' En Petrus vraagt zelfs wat zij zullen krijgen, nu zij zogezegd alles achter hebben gelaten voor Jezus. Jezus zegt dat zij het honderdvoudige zullen krijgen, hier al op aarde en eens het eeuwig leven. Hoe mooi is dat. Als priester bezit ik geen huizen en heb ik geen persoonlijke relatie. Maar in werkelijkheid mag ik in vele huizen en harten binnengaan en daar te gast zijn, omdat de mensen vinden dat ik van Jezus ben. Toch doe ik het daar niet voor. Ik verlang eigenlijk geen beloningen, zelfs niet van God. Ik ben gelukkig omdat God altijd al zelf mijn grote beloning was. Ook ik heb vragen en dagen dat ik wat ontmoedigd ben. Maar dat komt omdat ik mezelf dan te veel op de voorgrond wil plaatsen. Ik ben niets en ik hoef niets te zijn. God ziet mij graag en dat mag ik overbrengen naar de mensen, dat God ook hen graag ziet. De leerlingen hebben een lange weg moeten gaan. Zaterdag nog wezen ze de kinderen af die de mensen bij Jezus brachten. En vrijdag waren ze zo ontdaan over Jezus' pleidooi voor het onontbindbare van het huwelijk, dat ze met een pruilmondje zeiden: 'Dan is het beter niet te trouwen'. Jezus zegt dat niet. Jezus is 'God redt', Jezus is genade, voor wat Hij vraagt aan ons, daarvoor geeft Hij ons ook de kracht. Wij kunnen struikelen en vallen, jazeker. Maar Jezus heeft ons niet beloofd dat we nooit zullen vallen, maar dat we altijd weer op mogen staan. De genade van God is niet dat wij volmaakte mensen zijn zonder enige fout. Gods genade is precies de kracht om altijd weer op te mogen staan. Laten wij niet te veel kijken naar de anderen, ook niet naar onszelf. Laten wij eenvoudig altijd kijken naar God die ons Jezus geeft, Joshua, 'God redt'.
BeantwoordenVerwijderenIk bezocht vorige week in het ziekenhuis een vrouw, met heel veel fysieke en geestelijke pijn die weende omdat haar leven voorbij was. Toen kwam een verpleger binnen met haar middagmaal. Hij viel uit de lucht als ik zei dat die vrouw niet meer recht kon om zelf te eten..Het gebeuren erna was schrijnend, liefdeloos en mensonterend..en dat was maar 1 kamer in een reuzengroot ziekenhuis..
BeantwoordenVerwijderenHelpers kunnen soms zelf heel hulpbehoevend zijn 'men kan nooit de binnenkant van iemand zien 'en dit is dan het tegengestelde van het hierboven vermelde en dat bestaat ook zij het onzichtbaar.
BeantwoordenVerwijderen