vrijdag in week 20 door het jaar

De profeet Ezechiël krijgt vandaag een dal vol uitgedroogde beenderen te zien. Hij hoort van de Heer dat dit beeld het volk van Israël voorstelt dat zich wanhopig en ellendig voelt: “Onze botten zijn verdord, onze hoop is vervlogen, onze levensdraad is afgesneden.”. Binnen zijn zending als profeet krijgt Ezechiël de opdracht aan dit volk van Israël het goede nieuws te melden dat de Heer zelf in hen nieuw leven zal komen blazen: "Ik zal jullie graven openen, Ik ga jullie adem geven zodat jullie tot leven komen. Ik zal jullie pezen geven, vlees op jullie laten groeien en jullie met huid overtrekken. Ik zal jullie adem geven zodat jullie tot leven komen. Ik zal jullie naar het land van Israël brengen."

Dit ging over toen. Maar dit gaat ook over vandaag. Hoeveel vrouwen en mannen hebben vandaag de dag de hoop verloren, wiens leven verdord is door pijn en gebrek aan liefde...? Hoeveel oude mensen zitten vandaag te vereenzamen in hun huizen of in woonzorgcentra...? Hoeveel mensen kreunen in deze dagen onder het geweld van oorlog en zijn uitgepunt door ellende en uitzichtloosheid...? Hoeveel mensen lopen er vandaag rond (en nee je ziet het niet altijd) met gevoelens van weemoed soms uitmondend in een lange periode van depressie...? Hoeveel jongeren lopen er vandaag rond met vragen rond zingeving en religiositeit...?

Is er een antwoord op de pijn die het leven van zovelen raakt?
En zo ja, wie verwoordt dit antwoord?

Ezechiël krijgt de opdracht, zoals we hoorden, een bevrijdende boodschap te brengen naar zijn mensen. Zoals ook wij, geliefde mensen, christenen anno 2022, leven met de roeping, én de opdracht, de wereld in te trekken om het Goede Nieuws te gaan brengen doorheen woord en daad. Dit goede nieuws is het nieuws van het evangelie dat zegt dat God de mensheid niet uitlevert aan de dood, maar dat Hij de mensen uitnodigt deel te nemen aan zijn liefde door in naam van Christus deze liefde te belichamen doorheen gebed en leven. Deze uitnodiging omarmen zal de mensen brengen in een diepe bevrijding van zich geneigd weten op te sluiten in een zekere duisternis. Christus die gezegd heeft Licht te zijn, zal inderdaad de duisternis verdrijven door de mensen op te nemen in zijn licht, en wel zo dat ze zelf licht zullen zijn voor elkaar.

Mensen... laat ons oog en hart hebben voor zij die weemoedig door het leven gaan, voor zij die lijden onder het feit dat ze zich niet bemind en ontvangen weten. Zo goed als iedere mens heeft plekjes in zich die meer getekend zijn door donkerte dan door licht. Heel vaak ziet men dat niet en draagt men deze duisternis in grote eenzaamheid. Een christen is geroepen om vanuit een diepe genegenheid voor de naaste deze donkerte aan te voelen en er met heel veel liefde mee om te gaan. Zodat niemand zich nog eenzaam hoeft te voelen, zodat niemand nog de ervaring hoeft te hebben zijn pijn alléén te moeten dragen, zodat niemand zich nog de vraag moet stellen: 'God, waarom heb Je me verlaten?' Als christen zijn we geroepen en gezonden de goedheid van God, en het Pasen van de Heer, daadwerkelijk gestalte te geven naar elkaar en naar ieder.

En laten we vooral ook niet nalaten te kijken in de dieptes van ons eigen leven. Want ieder van ons kent vormen van duisternis, van pijn, van smacht naar liefde. Laten we dit verdriet niet wegduwen, niet verdringen, maar laten we het eenvoudig biddend neerleggen in de schoot van de Heer, met de oprechte vraag dat Hij zich erover wil ontfermen. Laat toe dat Hij je aanraakt en omarmt in je meest diepe verdriet. Laat Hij je troost zijn, je metgezel, degene die je ten diepste draagt.
En als je een goede band hebt met iemand - een partner, een vriend(in), een medezuster of -broeder, een collega,... - laat niet na naar hem of haar toe te gaan voor een hartverwarmend gesprek waarin je elkaar ten diepste ontmoet en ontvangt. In het tonen van elkaars kwetsbaarheden zitten vele mogelijkheden tot vriendschap en innerlijke groei.

Maar laat ons ook naar de wereld kijken, naar hen die niet onmiddellijk ons leven delen. Ook zij zijn onze medemensen en vragen vanuit zichzelf bemind te worden. Ik denk aan zieken mensen, eenzamen, vluchtelingen, armen, gevangenen,...
Er is in deze wereld zoveel behoefte naar liefde en omarming.

Laat ons niet enkel het evangelie beminnen, maar laat ons ook evangelie zijn.

Met een genegen groet,

kris

Reacties

  1. Dat is inderdaad Wet en Profeten, dat is het Rijk Gods, Kris: de anderen beminnen, wie ze ook zijn, hen beminnen alsof het je eigen familie was, want de naaste beminnen als zichzelf betekent in het O.T. juist dat: de ander beminnen alsof zij je eigen broer of zus, je eigen kinderen of je eigen partner waren. En dat omwille van God, die wij nog het eerst moeten proberen te beminnen. Hoe mooi is dit. De mensen in Oekraïne, maar ook in Rusland, de armen in Afrika die honger lijden, zij zijn mijn broers en zussen. Dan zal in de kortste keren het leven dat voor veel mensen gelijkt op een vallei vol dorre doodsbeenderen, een verrijzenisleven worden. Verrijzenis begint NU. Het is leven voor God en voor de medemens om ons heen. Dat zal ook de hemel zijn. Ieder zal God en de ander beminnen. Wat een droom. Maar deze droom mag en kan vandaag al beginnen. De hemel begint nu in de kracht van de H. Geest.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten