woensdag in week 1 van de veertigdagentijd
Het offer voor God is een gebroken geest; een gebroken en verbrijzeld hart zult U, God, niet verachten. Zo bidden we vandaag in psalm 51. Jezus had een grote liefde voor zondaars. Uiteraard niet omdat Hij de zonde beminde, maar wél de zondaars. Voor hen was Hij immers gekomen, niet voor de 'gezonden'. Zoals de vader uit de parabel van de verloren zoon speurt Hij elke dag opnieuw de horizon af om te kijken of er zondaars 'terugkomen'. Hij zou, net zoals in het verhaal, naar hen toesnellen, hen omhelzen, hen ontvangen, én er zelfs een feest voor geven. Echte zondaars, die hun zonde voor God niet verdoezelen, die hun zwakheden onder ogen willen zien ... aan zulke zondaars kan God geen weerstand bieden. Hij zal áltijd vergeven en optillen. In deze paaservaring - zoals André Louf dat noemt - zal hij de levende werkelijkheid van God ervaren, namelijk een God die liefheeft en die zijn barmhartig hart altijd voor iedereen zal openen. Méér zelfs: Hij komt met zijn barmhartighe...