woensdag in week 3 advent

Jozef moet vanbinnen diep gekwetst geweest zijn; we mogen dat niet onderschatten. Zijn verloofde was immers zwanger geraakt ‘door een ander’. Wat moet de man vanbinnen pijn hebben gehad.

Jozef was een goed en rechtschapen man. Ondanks wat er gebeurd was, wilde hij Maria niet in diskrediet brengen, en koos ervoor om in stilte van haar te scheiden. Hij wilde het voor de buitenwereld zo schoon mogelijk afhandelen. Dat siert de goede man.
Anderzijds leert dit evangelie ons dat wij niet geroepen zijn om enkel menselijk rechtschapen te leven. Het zou wel eens kunnen zijn dat we ons, in al onze goedheid, opsluiten binnen onze gewone menselijk plannen, onze persoonlijke reikwijdtes en horizon, zonder rekening te houden met de hemel, met wat God wil.
Er is meer in het leven dan puur menselijke goedheid.

Zo ook bij Jozef. En God moest dus ingrijpen. In een droom liet Hij een engel verschijnen aan Jozef die hem gerust stelde door te zeggen hoe Gods vork in de steel zat. En, zo lezen we dan, Jozef deed wat de engel van de Heer hem had opgedragen en nam Maria bij zich als zijn vrouw.

God is Vader van zijn kinderen, van ons allemaal. Maar Hij is ook Vader van zijn wilsbesluiten, van wat Hij wenst en droomt voor de mensheid; voor ieder van ons. Als zijn kinderen zijn we geroepen gehoor te geven aan Hem als Vader, maar dus ook aan Hem met zijn wilsbesluiten.
Als we nadenken over gehoorzaamheid, komt het er niet enkel op aan een pure humane goedheid te realiseren, maar we moeten leren de hemel binnen te brengen in het humane, opdat we ‘vanuit God’ zouden denken. Hij is het centrum. Hij is het hart. Hij is de spirit. En vanuit Hem zijn we geroepen te denken, te leven, te beslissen. En dat kan wel eens anders uitdraaien dan wanneer je enkel leeft puur vanuit menselijke goedheid.

In eerste instantie koos Jozef voor dit laatste. In tweede instantie, na het ingrijpen van God, koos Jozef voor Gods wil, voor Gods plan. Moge dit een leerschool zijn voor ons.

Het gebed is de plek bij uitstek waar we God toelaten dat Hij ingrijpt in ons leven. In het gebed van het hart (bedoeld als Gods-ontmoeting) laten we toe dat God onze persoonlijke, dikwijls goedbedoelde plannen, doorkruist. Dat kan soms erg lastig zijn. Het kan een innerlijke crisis veroorzaken. Maar dat is niet erg. Da’s een vruchtbare storm. Belangrijk is niet van deze storm weg te lopen. Aanwezig blijven in de stilte. God toelaten dat Hij je ‘aanspreekt’. Zijn spreken koesteren. Je eraan toevertrouwen. Toelaten dat Hij je transformeert in zijn liefde. Dat is gehoorzaamheid in de biddende betekenis van het woord.

Wie God op deze wijze met zich meedraagt, laat toe dat je de persoon wordt die Hij wilt dat je wordt. Het is leven naar de woorden van Jezus uit het Onze Vader: ‘Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel’. Dat leert Jozef ons vandaag.

kris

Reacties

  1. Vandaag geeft Mattheus een voetnoot bij zijn abrupt afbreken van zijn stamboom van Jezus. Die stamboom is eerder een stamboom van Jozef dan van Jezus. Jozef wil van Maria in stilte weggaan. Zij is zwanger in de tijd tussen de verloving en de eigenlijke bruiloft. Dat kon niet, dat was ook niet de schuld van Jozef. Maar Jozef die nu het recht had Maria publiekelijk aan te klagen en voor de rechtbank te brengen, doet dat niet. Zelf zal hij weggaan en zo zal hij alle schuld op zich nemen. Jozef is eigenlijk bang om zo’n heilige vrouw tot echtgenote te nemen. Hij wil het liever wat meer gewoon, zoals de andere mannen van het dorp. Maar een engel komt hem in een droom zeggen: ‘Jozef, aarzel niet. Maria’s kind is wel van de H. Geest, helemaal uit God, maar jij moet voor haar en haar goddelijk kind zorgen’. En dat doet Jozef dan ook. Mattheus ziet daarin een vervulling van de profetie van Jesaja. ‘De maagd zal zwanger worden en een zoon baren die men Immanuel zal noemen, God-met-ons’. Deze profetie uit Jesaja 7 was bedoeld als een teken voor koning Achaz, maar reeds in het O.T. werd ze beschouwd als een voorzegging van de Messias. In het Hebreeuws staat er eigenlijk de ‘alma’. Dat kan zowel ‘maagd’ betekenen als ‘jonge vrouw’. Maar de Septuagintvertaling uit de tweede eeuw v. Chr., dat is een vertaling van de Hebreeuwse Bijbel in het Grieks door 70 joodse geleerden, die Septuagint vertaalt ‘alma’ met ‘parthenos’, d.i. maagd. Welnu het is deze Septuagintvertaling die de evangelisten gebruikten ten tijde van Jezus. Jeremia heeft ook een profetie in de eerste lezing en die maakt het nog wat duidelijker. Het koningshuis van David is dan vervallen, er is ballingschap en zo, maar Jeremia mag van Godswege een ‘wettige’ afstammeling aankondigen van David. Dan wordt het land weer rechtvaardig bestuurd. Die wettige telg krijgt de naam ‘God, onze gerechtigheid’. Als God komt, brengt Hij Zijn gerechtigheid mee en dat is dat Hij, God, de Heer mag zijn van het leven der mensen. Dan komt een nieuwe Exodus, niet meer uit Egypte, maar uit Babylon. En ook deze profetie werd algauw gelezen als een profetie van de Messias. Een ‘wettige’ afstammeling van David: door het evangelie wordt het duidelijk. Jezus is een ‘wettige’, niet een biologische afstammeling van het huis van David. Jozef is niet zijn biologische vader, wel Zijn wettelijke, zijn ‘wettige’ vader. En deze wettige telg uit het koningshuis van David brengt nog een andere Uittocht: niet uit Egypte, niet uit Babylon, maar een uittocht uit onze aardse dood naar het eeuwig leven. Zo groot is de redding die God ons in Jezus brengt.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De engel kwam tevoorschijn in een droom en Jozef wist wat Gods wil is.
    Kunnen wij hetzelfde verwachten van die engel en droom ?

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten