Posts

Posts uit augustus, 2024 tonen

zondag 22 door het jaar B

HET HART ALS BRON VAN GOED EN KWAAD Onderstaande overweging is geïnspireerd door aartsbisschop Vincenzo Paglia, zoals weergegeven in 'Het Woord van God elke dag - 2024', uitgegeven bij Halewijn. Niets dat geschapen is, is ongeschikt voor God; niets is onrein. De onreinheid zit namelijk niet in de dingen zelf, maar in het hart van de mens. 'Niets dat van buitenaf in de mens komt, kan hem onrein maken; het zijn de dingen die uit de mens naar buiten komen die hem onrein maken. Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen slechte gedachten, ontucht, diefstal, moord, overspel, hebzucht, kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, laster, hoogmoed, dwaasheid; al deze slechte dingen komen van binnenuit, en die maken de mens onrein.' Jezus bedoelt dat het kwaad niet toevallig ontstaat of het resultaat is van een blind noodlot. Het kwaad heeft zijn voedingsbodem in het hart en wordt gecultiveerd door de mensen. Iedereen is een bewerker van zijn eigen hart, waar

zaterdag in week 21 door het jaar

KRACHT IN KWETSBAARHEID (Bij 1 Kor 1, 27-29) Bij Paulus lezen we vandaag: Wat in de ogen van de wereld dwaas is, heeft God uitgekozen om de wijzen te beschamen; wat in de ogen van de wereld zwak is, heeft God uitgekozen om de sterken te beschamen; wat in de ogen van de wereld onbeduidend is en wordt veracht, wat niets is, heeft God uitgekozen om wat wél iets is teniet te doen.  Paulus wijst ons op een waarheid die vaak over het hoofd wordt gezien in een wereld waar kracht, succes en wijsheid worden beoordeeld op basis van uiterlijke prestaties. In de ogen van de wereld worden degenen die gezond, daadkrachtig en vol initiatief zijn, beschouwd als wijzen en sterken. Maar God hanteert een andere logica. Wat zwak en kwetsbaar lijkt, wordt door Hem uitgekozen om een diepere wijsheid te onthullen en om datgene wat als sterk en wijs wordt gezien, op een nieuwe manier te benaderen. We leven in een samenleving waar de zwakken - zij die lijden onder een beperking, ouderen die hun kracht verli

vrijdag in week 21 door het jaar

OVER HET BELANG VAN ALERTHEID (Bij Mat 25, 1-13) De parabel die we vandaag horen, wordt – zeer terecht overigens – gewoonlijk gelezen in het licht van onze ontmoeting met de Heer aan de grens van de aardse tijd en die van de eeuwigheid. Daar zullen we Hem ontmoeten als Verlosser, als Rechter, als God die – wanneer we ja zeggen – ons met open armen zal ontvangen en welkom heten. Maar we mogen deze parabel ook lezen in het licht van de Heer die dagelijks tot ons komt en bij ons is. Jezus is immers niet alleen toekomst, Hij is ook heden en hier. Het is goed om van binnenuit alert te zijn op Jezus’ dagelijkse komst naar ons. In alles en doorheen alles nodigt God ons uit om lief te hebben. Zijn Zoon, die Hij met al zijn liefde in onze ziel baart, wacht op ons ja-woord, onze overgave aan Hem. En Jezus … die staat klaar, wakker als Hij is, om ons te ontvangen. In die zin is Jezus zelf het ultieme beeld van evangelische waakzaamheid. Hij is alert op ons komen naar Hem. Zodra wij enige neigi

29 aug - Marteldood Joh de Doper

MANIPULATIE DOORSTAAN IN CHRISTUS (bij de gedachtenis van de marteldood van Johannes de Doper) Vandaag gedenken we de marteldood van Johannes de Doper, wat een gelegenheid biedt om na te denken over de krachten die ons beïnvloeden en de zwakheden die zich kunnen openbaren wanneer ons hart niet stevig gegrond is in de liefde van Christus. Het verhaal van Johannes de Doper en Herodes is een mooi voorbeeld van hoe manipulatie en zwakte hand in hand kunnen gaan. Herodes erkende Johannes als een rechtvaardig en heilig man, maar zijn karakter was kwetsbaar voor de invloed van anderen. Herodias wist precies hoe ze Herodes kon manipuleren door haar dochter te laten dansen op zijn feest. Herodes, door zijn trots en de druk van de menigte, kon niet terugkrabbelen op zijn belofte. Zijn zwakheid, gevoed door de angst om gezichtsverlies te lijden, leidde uiteindelijk tot een gruwelijke daad. Dit verhaal leert ons over de invloed van manipulatie en de kwetsbaarheid van een hart dat niet stevig ge

woensdag in week 21 door het jaar

AUTHENTICITEIT VERSUS SCHIJN (Bij Matteüs 23, 27-32) Opnieuw spreekt Jezus scherpe woorden tot de schriftgeleerden en farizeeën. Vandaag vergelijkt Hij hen met witgepleisterde graven: aan de buitenkant mooi en verzorgd, maar vanbinnen vol doodsbeenderen en onreinheden; een krachtige waarschuwing tegen een leven dat zich richt op uiterlijke schijn, terwijl het innerlijk ontbreekt aan oprechtheid en rechtvaardigheid. Kijken we eens naar ons eigen gedrag. Wat is de diepere motivatie achter onze wijze van doen? Vaak zoeken we goedkeuring en waardering van anderen. We willen bewondering en applaus, en laten ons veelal leiden door wat anderen van ons denken. In onze pogingen om indruk te maken, kunnen we onszelf verliezen in uiterlijk vertoon en verwaarlozen wat werkelijk telt. Jezus roept ons op om onze focus te verleggen naar een diepere innerlijke waarachtigheid. Het gaat niet om de schijn die we ophouden, maar om de oprechtheid van ons hart, ons geworteld zijn in God en de echtheid va

dinsdag in week 21 door het jaar

STANDVASTIG (Bij 2 Tes 2, 1-3a + 14-17 / ps 96) Beste mensen, hoe vaak komt het niet voor dat we iets verkeerd verstaan? Niet alleen omdat onze oren, bij het ouder worden minder goed functioneren, maar ook omdat we te snel conclusies trekken en er onze eigen invulling aan geven die niet overeenkomt met de bedoeling van wat gezegd is. Vandaag maken we zoiets mee in de christengemeente van Tessolanica, een Noord-Griekse havenstadje. We lezen uit de tweede brief hoe woorden uit zijn eerdere verkondiging over de wederkomst van Christus, dat geloof in die wederkomst erg verslapt is. Dit omdat ze die al eerder verwacht hadden. Bovendien was er tegenwerking van de Joden, en hadden de mensen het er moeilijk mee om trouw te blijven aan hetgeen Paulus had verteld. Er is Paulus ter ore gekomen dat de Tessalonicensen zich niet meer zo bekommeren om die wederkomst en het daarom maar wat af laten weten. Paulus roept op tot herbezinning. Laat u door niemand misleiden, op geen enkele manier.

maandag in week 21 door het jaar

LIEFDE VERSUS HUICHELARIJ (Bij Mat 23, 13-22) Met zijn drie keer 'wee u' aan het adres van de schriftgeleerden en farizeeën waarschuwt Jezus ons voor een geloofsleven dat zich beperkt tot uiterlijke schijn zonder innerlijke waarheid. We zouden dan zijn als slechte appels: van buiten glanzend en mooi, maar vanbinnen leeg en smaakloos. In het christendom gaat het om de innige ontmoeting tussen God en de mensheid, als een goddelijke kus. De kunst is om in deze omarming te blijven staan, levend in volle gemeenschap met God door Christus. Dit vraagt om een biddend hart, niet slaafs, maar uit liefde, van Aangezicht tot aangezicht, in diepe ontmoeting met de Vader, gestuwd door de Geest, levend in Christus en gericht op een liefdevol leven in Hen, biddend en actief betrokken op de wereld. Het spreekt vanzelf dat deze weg van innige liefde niets te maken heeft met huichelarij of formalisme. Het christendom is een religie van oprechtheid, een godsdienst van het hart, van Hart tot ha

zondag 21 door het jaar

VOLGEN OF VERLATEN ? (Bij Joh 6, 60-69) 'Willen jullie soms ook weggaan?' Deze vraag, die Jezus aan zijn leerlingen stelde, wordt vandaag ook aan ons gesteld. In de wereld van vandaag zien we dat velen de boodschap van Jezus niet omarmen. De gevolgen hiervan zijn duidelijk zichtbaar in vele vormen van conflict, armoede, ongelijkheid en het lijden van talloze mensen. Deze wereldwijde problemen weerspiegelen vaak de innerlijke strijd die we zelf ervaren. We staan voortdurend voor de keuze of we ons laten meeslepen door een wereld die vaak gericht is op eigenbelang, macht, rijkdom en prestige, of dat we ons schenken aan Christus, die ons door onze toewijding aan Hem een leven van liefde en paasvreugde kan en zal schenken. Laten we eerlijk zijn: we hebben allemaal wel eens de neiging om weg te lopen. Maar de vraag is: willen we werkelijk het pad van liefde, waarheid en gerechtigheid verlaten? We verlangen allemaal toch naar de volheid van leven die enkel Christus bieden kan? Di

24 aug - Bartholomeüs

IN DE SCHADUW VAN DE VIJGEBOOM (Bij Johannes 1, 45-51) Voor de vrome Jood was het zitten onder een vijgenboom een gebruikelijke manier om zich bezig te houden met de dingen van God. Met zijn laag neerhangende takken bood de vijgenboom een rustige, ongestoorde plek voor het bestuderen van de Schrift. Het was een plek van vrede. Ongetwijfeld heeft Nathanaël daar zijn verlangen naar de Komende gevoed en zijn verwachting levend gehouden. En dan … ja, dan wordt hij geroepen om de Messias te ontmoeten. Wat een bijzondere ervaring voor hem! Het is goed voor ieder van ons om zo’n vijgenboom te hebben, een plek van rust, overdenking en gebed. Een plek waar we herinnerd worden aan de vrede met God en waar we die vrede kunnen oefenen. Een plek waar we ons kunnen voorbereiden op zijn komst in ons leven. Deze plek kan een kapel of kerk zijn, een gebedshoekje in huis, of een plek in de natuur; een plek die ons in de eenzaamheid brengt, waar geen verstrooiing is, waar we met de Heer alleen kunnen z

vrijdag in week 20 door het jaar

IN DE STROOM VAN DE LIEFDE (Bij Mat 22, 34-40) Als we de rijkdom en diepte van de Bijbel in enkele woorden zouden moeten samenvatten, zouden we dit kunnen doen met de woorden van Jezus aan de wetgeleerde: 'Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf.' Deze woorden vormen niet alleen de essentie van ons geloof, maar ook de basis van ons handelen en ons leven. Hoewel deze twee geboden onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn, beluisteren we er een zekere hiërarchie in. Onze liefde voor de naaste vindt haar oorsprong en kracht in de liefde van God. Het is deze liefde van God die ons van binnenuit beweegt, ons motiveert en ons in staat stelt om werkelijk van de ander te kunnen houden. Zonder deze eerste liefde, zonder deze innerlijke bron, zou onze liefde voor de naaste vaak een uitputtende poging zijn, voortkomend uit ons eigen ik los van God. Het zou weliswaar liefde lijken, m

donderdag in week 20 door het jaar

DE MANTEL VAN BEREIDHEID (Bij Mat 22:1-14) We leven in een wereld vol uitnodigingen. Sommigen zijn aantrekkelijk, anderen verleidelijk, en weer anderen onverwacht. Maar er is één uitnodiging die boven alles uitstijgt: de uitnodiging van God om deel te nemen aan zijn koninkrijk, aan de bruiloftsmaaltijd die Hij voor ons heeft bereid. In de gelijkenis van de koninklijke bruiloft, zoals vandaag verteld door Jezus, zien we dat – in tweede instantie – iedereen wordt uitgenodigd, ongeacht wie ze zijn of wat hun verleden is. De genade van God kent geen grenzen; zijn uitnodiging is voor ons allen. Of we nu dwalen in duisternis of al wandelen in het licht, de deur van zijn koninkrijk staat voor ons open. Maar er is één voorwaarde, één onmisbaar onderdeel van deze uitnodiging: we moeten de 'mantel van bereidheid' aantrekken, ons hart openen voor de oneindige barmhartigheid van God. Deze mantel is geen luxe kledingstuk, maar een symbool van ons innerlijk verlangen om ons leven door zij

woensdag in week 20 door het jaar

GENADE OP ELK UUR (Mat 20, 1-16) Vandaag beluisteren we de gelijkenis van Jezus over de werkers van het laatste uur. Terwijl sommigen de hele dag hadden gewerkt, kregen de laatkomers hetzelfde loon voor de korte tijd dat zij die dag gewerkt hadden. Wat leert deze gelijkenis ons? Ten eerste valt op dat het koninkrijk van de hemel wordt vergeleken met een wijngaard, een plaats waar gewerkt wordt. Zoals we weten, is de kerkgemeenschap – en in wezen elke mens – geroepen om het koninkrijk van God hier op aarde gestalte te geven. Dit is een rijk waar God en de naaste ten diepste worden bemind. De wereld waarin we leven, en waartoe we gezonden zijn, mag dus geen plek zijn om een luilekkerleventje te leiden. Nee, het is een plaats waar men zich in vrijheid engageert om Gods goedheid zichtbaar te maken door zorg te dragen voor elkaar, biddend en handelend, ieder naar zijn roeping en met zijn gaven en talenten. Een tweede punt dat opvalt, is de houding van de heer van de wijngaard, vooral aan

dinsdag in week 20 door het jaar

OMWILLE VAN MIJN NAAM (Bij Mt 19, 23-30) Beste mensen, vandaag wordt Bernardus van Clairvaux herdacht. Bernardus kwam uit een adellijk geslacht. Hij heeft grote bekendheid gekregen door alles wat hij in zijn leven gedaan heeft om het kloosterleven een nieuwe impuls te geven. Zijn ouders waren zeer religieus. Al hun zeven kinderen zijn uiteindelijk naar het klooster gegaan. Hun kasteel was als het ware in een half klooster veranderd. Bij zijn intrede in het klooster van Cîteaux was Bernardus niet de enige. Nog vijf familieleden traden tegelijk met hem in. En nog dertig edellieden! Zoiets kun je je bijna niet voorstellen . Het waren sterk gemotiveerde mannen met een brandend verlangen om hun leven aan God te geven. Veel kloosters waren in die tijd groter en groter geworden. Een groot deel van de monniken leefde niet meer echt volgens de oorspronkelijke kloosterregel waarbij eenvoud en soberheid horen. Bernardus  en zijn volgelingen zorgden voor nieuwe stichtingen die veel strenger de oo

maandag in week 20 door het jaar

DE KERK ALS VRIEND VAN DE ARMEN (Bij Matteüs 19, 16-22) Het evangelie van vandaag is een ongemakkelijke oproep: Jezus roept ons op om afstand te doen van ons bezit en in plaats daarvan de armen te omarmen. Dit is geen abstract of louter spiritueel appel, maar een concrete oproep aan ieder van ons. Jezus vraagt om echte, tastbare daden die, indien nodig, onze manier van leven grondig veranderen. Paus Franciscus benadrukt voortdurend dat de Kerk een vriend van de armen moet zijn. Dit betekent dat de Kerk, en wij als haar leden, niet alleen moeten spreken over armoede, maar ook actief aan de kant van de armen moeten staan. De paus herinnert ons eraan dat een Kerk die de armen niet dient, haar essentie verliest. Het gevaar voor ons christenen bestaat erin dat we de armen zien als een soort objecten van onze liefdadigheid. De Kerk - zo zegt paus Franciscus - moet leren een bondgenoot te zijn van de armen, hen erkennen in hun waardigheid en met hen solidair zijn. Heiligen zoals Franciscu

zondag 20 door het jaar

COMMUNIO MET DE HEER ‘Kom, eet het brood dat ik je geef, drink de wijn die ik heb gemengd. Breek met je onnozelheid en betreed de weg van het inzicht, dan zal het je goed gaan.’ Zo lezen we vandaag in de eerste lezing uit het boek Spreuken. Wie nederig van hart is, zal deze oproep als tot hem gericht aanhoren. Want wie kan zeggen dat hij ten diepste leeft naar Gods wil? Toegegeven, de ene al meer dan de andere, maar allen hebben we behoefte aan meer geestelijk inzicht, aan een soort innerlijk weten welke wegen we moeten bewandelen. Moge ons inzicht zijn dat God zelf op de eerste plaats naar ons toekomt in de persoon van Jezus. Hij biedt zichzelf aan ons aan, opdat we ons in volle overgave kunnen schenken aan Hem. Als we bekering nodig hebben, zal dat gebeuren in onze ontmoeting met Hem, beseffend dat Hij naar ons toekomt, ons in zich wil opnemen, om ons om te vormen naar zijn beeld en gelijkenis. Wanneer wij naar de eucharistieviering gaan, zijn wij het, zou je kunnen zeggen, die d

zaterdag in week 19 door het jaar

OPVOEDING (Bij Ezechiël 18, 1-10-11 + 13b + 30-32) De profeet Ezechiël leert ons vandaag dat ieder mens verantwoordelijk is voor zijn eigen daden. Het oude spreekwoord 'Als de ouders onrijpe druiven eten, krijgen de kinderen stompe tanden' wordt door God zelf verworpen. Dit spreekwoord suggereerde dat kinderen zouden lijden onder de zonden van hun ouders, alsof schuld en straf automatisch van generatie op generatie worden overgedragen. Maar God maakt in deze passage duidelijk dat dit niet het geval is. Hij zegt: 'alleen wie zondigt zal sterven.' Hiermee bevestigt Hij dat ieder individu zelf verantwoordelijk is voor zijn eigen daden en dat iedereen een persoonlijke relatie met God heeft. Anderzijds dragen wij als ouders, leerkrachten en begeleiders van onze jongeren een ongelooflijk belangrijke verantwoordelijkheid. Door wat wij hen meegeven en voorleven, worden zij gevormd, ook al zullen zij later als individuen zelf verantwoordelijk zijn voor hun daden. De opvoedin

vrijdag in week 19 door het jaar

HET HUWELIJK ALS SPIEGEL VAN GODS TROUW (Bij Mat 19, 3-12) Jezus sprak: ' Daarom zal een man zich losmaken van zijn vader en moeder en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen één lichaam zijn. Ze zijn dus niet langer twee, maar één. Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden.' Wanneer twee mensen verliefd worden, kan het gebeuren dat ze ervoor kiezen om te trouwen. Zij kiezen, maar wat er gebeurt bij het altaar is puur gave, en wel van God. God maakt deze twee mensen tot één. In liefde geven ze zich aan elkaar, maar wezenlijk is het iets dat aan hen gebeurt. Het is Christus die door het sacrament van het huwelijk de band smeedt. Het is de bedoeling dat de geliefden dagelijks putten uit dit sacrament. Net zoals bij het doopsel is elk sacrament een bron van levend water die niet ophoudt genade te schenken. Daarom is het belangrijk om dicht bij deze bron te blijven, in goede en kwade dagen. Liefde is zowel gave als opgave, iets waar dagelijks aan gewerkt moet

Maria Tenhemelopneming

HET STRALENDE VISIOEN VAN HOOP (Bij het feest van Maria's Tenhemelopneming) Vandaag vieren we het hoogfeest van Maria Tenhemelopneming, een dag vol betekenis en geestelijke diepgang. In de eerste lezing uit het boek Apocalyps krijgen we een sterk visioen voorgeschoteld: een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten, en een krans van twaalf sterren rond haar hoofd. Ze staat tegenover een grote vuurrode draak, met zeven koppen en tien hoorns, symbool van kwaad en chaos. Dit visioen raakt aan een werkelijkheid die we ook vandaag de dag zien. De draak, de belichamer van het kwaad, is duidelijk zichtbaar in onze wereld. We zien hem in oorlog, onrecht en uitsluiting. Hij zaait verdeeldheid en dompelt de mensheid onder in ellende. Dit kwaad manifesteert zich ver weg, in de grote wereld, maar ook dichtbij, in onze eigen omgeving en vaak ook in ons eigen hart. Maar net zoals de draak aanwezig is, zo is ook het reine aanwezig, al is het vaak onzichtbaar. Het is een zachte, tede

woensdag in week 19 door het jaar

OVER BROEDERLIJKE VERMANING EN VERGEVING (Bij Mat 18, 15-20) Jezus leert ons dat wanneer een broer of zus zondigt, het onze plicht is om deze persoon met zorg en liefde aan te spreken. Dit is geen gemakkelijke taak, maar het is noodzakelijk om elkaar te helpen groeien in ons christen-zijn. Het gaat niet om veroordelen, maar om liefdevolle correctie, met als doel de ander terug te winnen voor de weg van Christus. Broederlijke vermaning is een daad van liefde die voortkomt uit de zorg voor het welzijn van de ander, de gemeenschap en de eer van God. Even belangrijk als het vermanen is het schenken van vergeving. 'Waar twee of drie mensen in mijn naam samen zijn, ben Ik in hun midden.' Wanneer we elkaar vergeven, verbinden we ons opnieuw met de bron van goddelijke liefde, die ons allen omringt en draagt. Vergeving schenken is geen teken van zwakte, maar van kracht die voortkomt uit Gods genade. Het is een daad van geloof in de omvormende kracht van Gods liefde, die harten kan ve

dinsdag in week 13 door het jaar

KAUWEN OP WOORDEN Bij Ez 2, 8 – 3, 4 ) Beste mensenkinderen, dit lijkt jullie misschien een vreemd begin, maar weet dat in het boek Ezechiël waaruit we vandaag lezen, deze profeet telkens met ‘mensenkind’ aangesproken wordt. Wel 92 keer, zeggen Bijbelgeleerden. In feite zijn we allemaal mensenkinderen. Als deze term in de Bijbel gebruikt wordt is dat om de sterfelijkheid van ons mensen tegenover de grootheid van de eeuwige God te plaatsen. Jezus noemt zichzelf trouwens ook meerdere keren de Mensenzoon, zelfs al is hij ook Gods zoon. Een vreemde opdracht Ezechiël, dit mensenkind, krijgt de opdracht: Doe je mond wijd open en eet wat ik je te eten geef . Wat hem daarna met een uitgestoken hand wordt aangereikt is een boekrol, die aan twee kanten beschreven is, (wat normaal maar aan één kant gebeurt). Dat zal dus een belangrijke en ernstige boodschap zijn. Profeten moeten vaak zware woorden doorgeven die niet altijd goed begrepen of in praktijk gebracht worden. Ze moeten mensen oproe

maandag in week 19 door het jaar

KRUISLIEFDE ALS BRON VAN LEVEN (Bij Mt 17, 22-23) Toen ze bij elkaar waren in Galilea, zei Jezus tegen zijn leerlingen: ‘De Mensenzoon zal worden uitgeleverd aan de mensen. Zij zullen Hem doden, maar op de derde dag zal Hij uit de dood worden opgewekt.’ Deze woorden maakten hen zeer bedroefd. Toen Jezus aan zijn leerlingen vertelde dat de Mensenzoon zou worden uitgeleverd, gedood en op de derde dag zou opstaan, vervulde hen dat met diepe droefheid. Het is begrijpelijk dat deze woorden hen terneersloegen, want de genade van het kruis en de opstanding waren voor hen nog verborgen. Toch sprak Jezus hierover, opdat zij zich die eerste dagen na zijn kruisdood zouden herinneren dat zijn dood niet het einde zou betekenen, maar juist een bron van hoop. Ook voor ons, mensen van vandaag, is de weg van het kruis vaak beangstigend. We worden afgeschrikt door de gedachte aan het lijden dat deze weg met zich meebrengt. Niet het lijden als gevolg van oorlog en onrecht in deze wereld, maar het lijd

zondag 19 door het jaar B

ZALIGE EENWORDING (Bij Joh 6, 41-51) 'Ik ben het brood dat leven geeft,' zegt Jezus ons vandaag. Deze uitspraak omhelst veel meer dan enkel het sacrament van de eucharistie; het opent de deur naar het allesomvattend mysterie van Christus' aanwezigheid en de levenschenkende kracht die Hij ons biedt. Vandaag willen we echter specifiek stilstaan bij de eucharistie en hoe deze heilige viering ons uitnodigt tot een persoonlijke en gemeenschappelijke verbondenheid met Christus. De eucharistie is niet slechts een ritueel, maar een uitnodiging tot een diepe ervaring van Christus in ons leven. Het ontvangen van het brood en de wijn is veel meer dan een symbolische daad; het is een werkelijke ontmoeting met Christus zelf. Daarom moeten we dit sacrament niet enkel met ons verstand ontvangen, maar vooral met ons hart, in een diep en sterk geloof, en een geest van toewijding. Het is belangrijk dat we de eucharistie benaderen in de gloed van de heilige Geest. Hij is het immers die on

10 aug - Laurentius

STERVEN OM TE LEVEN (Bij Joh 12, 24-26) 'Als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft, brengt hij veel vruchten voort.' Dit zegt Jezus ons vandaag. Daarna voegt Hij eraan toe: 'Wie zich aan zijn leven vastklampt, verliest het, maar wie in deze wereld zijn leven loslaat, behoudt het voor het eeuwige leven.' En Hij besluit met: 'Wie Mij dient, moet Mij volgen: waar Ik ben, daar zal ook mijn dienaar zijn, en wie Mij dient, zal door de Vader geëerd worden.' Drie keer wijst Jezus ons op het hart van ons christen-zijn: het afsterven van een ego dat gericht is op liefdeloze zelfontplooiing. We moeten afstand nemen van een ik dat leeft voor applaus en erkenning. We moeten loskomen van een ik dat zich vastklampt aan zichzelf. Jezus nodigt ons uit om ons aan Hem te schenken, ons aan Hem toe te vertrouwen. Sterker nog, Hij vraagt ons om ons aan Hem te hechten. Hij verlangt ernaar dat we onze diepste identite

9 aug - Edith Stein

OCHTENDROOD De overweging van vandaag is van de hand van Frans Wiertz, gewezen bisschop van Roermond, n.a.v. de 10e verjaardag van de heiligverklaring van Edith Stein op 12 okt. 2008 te Echt Er is al heel veel over Edith Stein geschreven en gepubliceerd. Maar wat waarschijnlijk maar weinig mensen weten, is dat zij een bijnaam had. Ik bedoel niet een kloosternaam, maar een echte bijnaam. Misschien heeft ze het ook zelf nooit geweten, maar zij werd (in het Duits) ‘Die Matutina’ genoemd. Matutin dat is de Duitse naam voor het Nachtofficie, het Nachtgebed uit het getijdengebed van de Kerk. In het Nederlands noemen we dit gebed de Metten. Vooral in contemplatieve kloosters wordt dit ook echt ’s nachts of ’s ochtends heel vroeg gebeden. Matuta betekent letterlijk: ochtendrood. In de jaren vóórdat Edith Stein intrad bij de Karmel in Keulen, ging ze regelmatig op retraite bij de Benedictijner monniken in Beuron, een klein dorp in het dal van de Donau in het Schwarzwald. De abt van die abdi

donderdag in week 18 door het jaar

SLEUTELDRAGERS (Bij Mt 16, 19a) Jezus zegt tot Petrus: 'Ik zal je de sleutels van het koninkrijk van de hemel geven.' Eerder noemt Hij Petrus de rots waarop zijn kerk gebouwd zal worden, een krachtige metafoor die vaak terecht in verband wordt gebracht met het pausambt, het zogenaamde Petrusambt. Deze symbolische rots biedt een fundament waarop wij mogen bouwen, mits de ambtsdrager een ware volgeling is van de Heer – dienend, barmhartig en voortdurend verwijzend naar God die ons oproept liefhebbende mensen te zijn, in navolging van Christus. Maar Petrus krijgt dus ook de sleutels van de hemel. Het volksgeloof plaatst hem vaak aan de hemelpoort, beslissend wie er wel of niet binnen mag. Echter, deze sleutels dragen een diepere betekenis dan enkel de toegang tot de hemel bewaken. Ze zijn een symbool voor de verantwoordelijkheid en de macht om te openen wat gesloten is, om te ontsluiten wat verborgen blijft. In zekere zin zijn we allemaal sleuteldragers in het koninkrijk van

woensdag in week 18 door het jaar

OVER DE KRACHT VAN ONWANKELBAAR GELOOF (Bij Mat 15, 21-28) Deze evangelietekst vertelt het inspirerende verhaal van een Kanaänitische vrouw, een 'vreemde' uit het gebied van Tyrus en Sidon. Deze vrouw, die niet tot het volk van Israël behoorde, benaderde Jezus met een hartenkreet: 'Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David! Mijn dochter wordt vreselijk gekweld door een demon.' Ondanks dat Jezus in eerste instantie niet reageerde en zijn leerlingen Hem vroegen haar weg te sturen, gaf zij niet op. Haar vertrouwen in de Heer was onwankelbaar. De vrouw smeekte Jezus om hulp, zelfs toen Hij haar vertelde dat zijn missie was om de verloren schapen van Israël te helpen. Ze toonde haar nederigheid en doorzettingsvermogen door zich voor Hem neer te werpen en te zeggen: 'Heer, help mij!' Toen Jezus antwoordde dat het niet goed was om het brood voor de kinderen aan de honden te voeren, gaf zij een opmerkelijk antwoord vol geloof en wijsheid: 'Zeker, Heer, maar

6 aug - Gedaanteverandering

HET EEN ÉN HET ANDER (Bij Mc 9, 2-10; 2 Pe 1, 16-19) Beste mensen, het verhaal over de verheerlijking op de berg  is heel bekend. Drie van de vier evangelisten vertellen het met eigen woorden. Bovendien komt Petrus er in zijn tweede brief ook nog op terug. Het is mooi om de context er ook bij te lezen, want die is zeer bepalend voor het begrijpen van dit verhaal. Zoals we niet lang op één been kunnen blijven staan zonder om te vallen, zo zou het lezen van dit mooie verhaal ons weleens op het verkeerde spoor kunnen zetten. We zouden kunnen denken dat het leven met de Heer één groot feest is van schittering, Hier zouden we wel altijd willen blijven, zoals Petrus ook aangeeft.  Maar in het voorgaande stukje heeft Jezus iets verteld over hetgeen Hem, de Mensenzoon, te wachten stond: verworpen worden, en sterven. Hij sprak hierover in alle openheid . Jezus voegt er echter aan toe dat Hij na drie dagen zal opstaan, maar dat horen de leerlingen nauwelijks. Hij vertelt dan dat het één ni