woensdag in de 4e paasweek
Jezus zegt ons vandaag: 'Ik ben het licht dat naar de wereld is gekomen, opdat iedereen die in mij gelooft niet meer in de duisternis is.'
Jezus is het licht dat door de Vader naar de wereld gezonden is. Wie in Hem gelooft, wie zich aan Hem geeft, leeft en beweegt in dit licht. Hij ziet de wereld en God vanuit en in dit licht. Hij weet zich verlost van elke vorm van duisternis opdat hij zich weet opgenomen door het licht, door Christus zelf.
Dit is voor de mens echter geen wit-zwart gebeuren. Hoewel hij ten diepste verlost is, zal hij moeten toegroeien naar dit licht, met veel vallen en telkens weer opgericht worden, door bereid te zijn te sterven in Christus, door zich toe te vertrouwen aan zijn leven in ons.
Hoe doen we dat? Door ons te openen voor Hem, door te kiezen ons aan Hem te hechten, door het evangelie handen en voeten te willen geven, met alle consequenties die deze weg mogelijk met zich meebrengt. En wel in zijn naam, vanuit zijn inwoning in ons, als een feest van gemeenschap, groeiend in Hem.
kris
Jezus is het licht dat door de Vader naar de wereld gezonden is. Wie in Hem gelooft, wie zich aan Hem geeft, leeft en beweegt in dit licht. Hij ziet de wereld en God vanuit en in dit licht. Hij weet zich verlost van elke vorm van duisternis opdat hij zich weet opgenomen door het licht, door Christus zelf.
Dit is voor de mens echter geen wit-zwart gebeuren. Hoewel hij ten diepste verlost is, zal hij moeten toegroeien naar dit licht, met veel vallen en telkens weer opgericht worden, door bereid te zijn te sterven in Christus, door zich toe te vertrouwen aan zijn leven in ons.
Hoe doen we dat? Door ons te openen voor Hem, door te kiezen ons aan Hem te hechten, door het evangelie handen en voeten te willen geven, met alle consequenties die deze weg mogelijk met zich meebrengt. En wel in zijn naam, vanuit zijn inwoning in ons, als een feest van gemeenschap, groeiend in Hem.
kris
Wat we lazen in de eerste lezing is het begin van de eerste missiereis van Paulus. Vanuit Antiochië in Syrië waar de leerlingen christenen werden genoemd, vertrokken Paulus en Barnabas naar Seleucië en voeren dan naar het eiland Cyprus. Het woord van God breidde zich uit. Belangrijk is dat we een mooi beeld krijgen van de gemeente in Antiochië, veel concrete namen van haar leraren en profeten. Daar is zelfs een jeugdvriend bij van de viervorst Herodes. Wonder hoe God werkt. Mooi is ook de handoplegging, iets wat nog altijd gebeurt bij een diaken- of priesterwijding en ook in de ziekenzalving. Bij dat laatste is de betekenis eerder beschermend: God legt Zijn beschermende hand op de zieke. Bij de uitzending van missionarissen gaat het eerder om een dragen vanuit de kracht van de H. Geest van de mensen die uitgezonden worden. Ze hebben een mandaat van de Kerkgemeenschap. Als pastoraal werkenden nu ziekenzegeningen en afscheidsgebeden verzorgen, zijn ze ook gedragen door een zending door de bisschop. Niet onbelangrijk! Belangrijk is ook dat de gezondenen begeleid worden door het gebed en zelfs door het vasten van de gelovige gemeenschap en haar leiders. Onze paus zei onlangs nog dat wijzelf niemand kunnen bekeren. Dat doet God die de mensen trekt. Wij kunnen alleen getuigen en bidden, zegt de paus. Bekeren, dat kan alleen God.
BeantwoordenVerwijderenOok Jezus is door de Vader gezonden. Wie Hem ziet, ziet eigenlijk de Vader. Dat zal Jezus nog met meer nadruk verkondigen aan Filippus, als deze op het laatste avondmaal vraagt: ‘Heer, toon ons de Vader’ (Joh. 14, 8-10). Als dusdanig, als gezonden door de Vader, is Jezus een licht voor de wereld. Wie in Jezus gelooft, ziet de werkelijkheid veel beter en in een juister perspectief. Hij weet dat deze wereld die voorbijgaat hem naar zijn eeuwige thuis voert: God. Wie dat niet gelooft, wordt door Jezus eigenlijk niet veroordeeld, maar hij veroordeelt zichzelf, hij blijft in de duisternis en weet niet waarvoor hij leven moet en waar hij naartoe gaat. Maar op de laatste dag, bij het einde van alles, zal zo iemand inzien wat hij of zij gemist heeft. Zonder Jezus’ woord is het moeilijk om tot de volheid van het leven te komen, hier en ook hierna. Dat er een gerechtigheid is die deze wereld overstijgt, dat zei ook de Verlichtingsfilosoof Emmanuel Kant. Hij zei: Met je theoretisch verstand kun je dat niet weten. Met het praktisch verstand, d.w.z. zodra je begint te leven, moet je eigenlijk zo’n alles overstijgende gerechtigheid veronderstellen. Zonder een gerechtigheid die deze van de wereld overstijgt, zou het leven niet houdbaar en zinvol zijn. Want er is op het einde van ieders leven een overschot van goedheid die hier op aarde niet werd beloond; en vaak is er ook een overschot van kwaad dat hier niet uit werd geboet of werd gestraft. Dus, zegt Kant, moet je eigenlijk zo’n eeuwige gerechtigheid postuleren, wil je eigenlijk wat zinvol kunnen leven. Deze alles overstijgende gerechtigheid is een postulaat van de praktische rede, zeg maar van het concrete leven zelf. Jezus zegt dat ook. Hijzelf zal zelfs de norm zijn bij Zijn wederkomst. De vraag van het eindexamen kennen wij al. Ze zal zijn: In hoever gelijk je al op Mij, in je liefde en zelfvergetelheid?